...

Als u geflitst wordt met de wagen van uw vennootschap, dan weet het parket niet wie er op het moment van de verkeersovertreding precies met de wagen reed. U zal dan een inlichtingenformulier ontvangen met het proces-verbaal en een uitnodiging om de identiteit van de bestuurder van de wagen op het moment van de overtreding kenbaar te maken. Iets anders is het als u bij een overtreding met de wagen 'tegengehouden' wordt door de politie. In dat geval weet men namelijk wel wie er met de wagen reed en ligt er wel degelijk een identificatie van de bestuurder voor. Krijgt u het inlichtingenformulier toegestuurd dan is het is aan de vennootschap of aan u als bestuurder van de vennootschap om de identiteit van de bestuurder van de wagen op het ogenblik van de feiten mee te delen of - indien u die niet kent - de identiteit van de persoon die verantwoordelijk is voor het voertuig, uitgezonderd wanneer u diefstal, fraude of overmacht kunt bewijzen. Dit alles moet u doen binnen een termijn van 15 dagen te rekenen vanaf de datum waarop de vraag om inlichtingen werd verstuurd. U kunt de melding onder andere doen via de website Welkom bij Justitie (verkeersboetes.be). Hou er rekening mee dat deze verplichting geldt ongeacht de aard van de begane verkeersovertreding. U moet de identiteit van de bestuurder bovendien ook meedelen als de verkeersinbreuk niet wordt betwist en de minnelijke schikking wordt betaald. Deelt u de gegevens van de bestuurder mee binnen de gestelde termijn (vaak zal u zelf de bestuurder zijn), dan zal het parket overgaan tot verdere vervolging. De kans bestaat dan dat de bestuurder wordt gedagvaard voor de politierechtbank. Daar kan hij veroordeeld worden tot een geldboete en eventueel ook een rijverbod. De sanctie die men riskeert zal daarbij afhangen van de aard van de begane overtreding. Deelt u de gegevens niet mee dan kan het parket niet weten wie de bestuurder was en die ook niet vervolgen. Ook de vennootschap zelf kan dan niet beboet worden voor het begaan van de overtreding die werd vastgesteld. Toch betekent dit niet dat u en de vennootschap in dat geval totaal 'vrijuit' zullen gaan voor de overtreding die begaan werd. De wet bepaalt een specifieke sanctie voor het geval u de informatieplicht over de bestuurder van de wagen van de vennootschap op het ogenblik van de overtreding niet naleeft. Die sanctie is op zijn zachtst uitgedrukt stevig te noemen. Zowel uzelf (als bestuurder van de vennootschap) als uw vennootschap riskeren dan een geldboete van 1.600 tot 32.000 euro en zelfs een gevangenisstraf van 15 dagen tot zes maanden. Deze straffen worden bovendien verdubbeld bij herhaling binnen drie jaar te rekenen vanaf de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis dat in kracht van gewijsde* is gegaan. Als u naliet de informatie te verstrekken zal het parket u (en/of uw vennootschap) dagvaarden voor de politierechtbank. U doet dan maar beter een beroep op de diensten van een advocaat om u te laten bijstaan. Als u een rechtsbijstandsverzekering afsloot voor de wagen, dan kunt u allicht een beroep doen op de diensten van een advocaat op kosten van de verzekeraar. U kunt voor de rechtbank eventueel inroepen dat er sprake was van overmacht. Weet wel dat dit maar zelden zal worden aanvaard. Het volstaat daarbij niet te zeggen dat u het informatieformulier niet had gezien of niet wist dat u de identiteit van de bestuurder moest meedelen. Volgens het hof van cassatie moet er daarvoor namelijk sprake zijn van omstandigheden waarin het voor elke normale, voorzichtige en redelijke persoon onmogelijk zou zijn geweest om te voldoen aan de informatieverplichting. U kunt eventueel wel wijzen op andere verzachtende omstandigheden. Probeer alleszins een zo mild mogelijke straf te krijgen, of bijvoorbeeld een straf met uitstel.