Het regeerakkoord bouwt voort op de erfenis van ex-minister Maggie De Block. Het formuleert een aantal ambitieuze doelen. Toch laat dat de nieuwe minister heel wat ruimte.
...
De eerste kopzorg van de regering blijft natuurlijk het beheersen van de pandemie. Het akkoord gaat voort op de aangegeven weg. De Celeval moet een plan uitwerken om van crisismanagement naar risicomanagement te gaan. Dat moet de samenleving ruimte bieden om maximaal te functioneren binnen de veiligheidsmaatregelen - economisch, sociaal en cultureel. De bevolking krijgt - door nudging - instrumenten aangereikt voor veilig gedrag. De interfederale samenwerking wordt voortgezet. De federale overheid moedigt innovatie aan om de eerste verdedigingslinie binnen de Gemeenschappen te ondersteunen. In de tweede verdedigingslinie wordt gewerkt met een systeem van cliquets om, volgens het dreigingsniveau, tot gerichte acties over te gaan in de zorginstellingen. De regering De Croo stelt, tenminste voor één jaar, Pedro Facon aan als coronacommissaris. Bijgestaan door een team, eventueel met ook buitenlandse experts, moet hij de onderlinge afstemming verzekeren van het beleid van de verschillende overheden. Hij zorgt voor het aanbrengen van de nieuwste kennis, bijvoorbeeld over het virus, en waakt over de maatschappelijk impact van de maatregelen. Het regeerakkoord besteedt relatief ruime aandacht aan een groeipad voor de geestelijke gezondheidszorg. De eerste prioriteit is terugbetaling van de psychologische zorg in de eerste lijn. Daarnaast moeten de mobiele equipes verder worden uitgebouwd, en moet er meer personeel komen voor de 'intensieve' psychiatrische zorgprogramma's. De kwaliteit en professionalisering monitoren is ook de taak van een nieuwe transversale overeenkomstencommissie, waarin ook klinische psychologen en orthopedagogen een plaats krijgen. Er komt een grondige hervorming van de wet van 26 juni 1990 op de bescherming van de geesteszieke persoon. Onderzoek start naar een zorgtraject voor jongdementen. Nog een opmerking over de nieuwe groeinorm: nieuw geld wordt gericht ingezet, niet gelijkelijk verdeeld over de diverse posten. Voor de hervorming van het ziekenhuislandschap en van de ziekenhuisfinanciering gaat het beleid voort op de ingezette weg. Dat betekent: meer gebundelde forfaitaire financiering en pay for quality. En ook: centralisatie van complexe zorg, basiszorg dicht bij huis. Een deel van de financiering kan misschien gebeuren op netwerkniveau. De ziekenhuizen moeten kunnen werken binnen een budgettair meerjarenkader. Daarbinnen krijgt ook de geldstroom via de honoraria aandacht, terwijl de ereloonsupplementen onder controle worden gebracht en afgebouwd. Het akkoord verwijst naar de specifieke rol en financiering van de universitaire ziekenhuizen, zonder details. Bijsturing van de financiering van het dagziekenhuis past binnen het stimuleren van alternatieven voor een klassieke opname. De dringende geneeskundige hulpverlening wordt hervormd: de patiënt wordt naar het meest geschikte ziekenhuis gevoerd, niet noodzakelijk naar het dichtstbijzijnde. In samenwerking met de Gemeen- schappen wordt de eerste lijn versterkt - dat houdt ondersteuning van de huisarts in, maar ook verdere reflectie over de rol van de apotheker. De regering De Croo moet komen tot een interfederaal plan voor chronisch zieken: samen met de Gemeenschappen werkt men aan de continuïteit van de zorg over de verschillende echelons heen. Ziekenhuisbedden worden afgebouwd in het voordeel van 'intermediaire structuren' en betere ambulante zorg. Het e-Gezondheidsplan moet verder de weg wijzen naar informatiedoorstroming en patiëntenparticipatie. De beheersing van het geneesmiddelenbudget blijft een aandachtspunt. Het aandeel van goedkope geneesmiddelen en biosimilars moet omhoog, en de volumes van bepaalde voorgeschreven geneesmiddelen (antibiotica, antidepressiva, PPI,...) moeten omlaag. Om de toegang tot innovatieve geneesmiddelen te blijven garanderen, worden het terugbetalingsproces, het prijszettingsmechanisme, de werking van de CTG en het gebruik van de managed entry agreements grondig hervormd.De samenwerking met andere landen, zoals de gezamenlijke prijsonderhandelingen in Beneluxa, loopt door. De eerste minister organiseert opnieuw een 'Biopharma R&D overlegplatform' en er komt een nieuw pact met de farmaceutische sector. De regering De Croo, ambitieus zoals steeds, wil van België een health and biotech valley maken. De nieuwe regering wil nog meer sleutelen aan de wet op de gezondheidszorgberoepen (wet van 2015 over de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen/KB78). Een samenwerkingsmodel wijst taken toe aan de meest doelmatige zorgverlener. Mondhygiënisten, tandartsassistenten en praktijkassistenten moeten zo een plaats in het systeem krijgen. In de toepassing van de wet op de kwaliteitsvolle praktijkvoering gaat de aandacht onder meer naar het klachtrecht en de toegang tot het patiëntendossier. Er komt een nieuw interfederaal orgaan om de verschillende bevoegde ministers op federaal en regionaal niveau te adviseren over de medical workforce, waarbij de behoeften van iedere Gemeenschap objectief is vastgesteld. De federale quota en de subquota van de deelstaten blijven op elkaar afgestemd - met oog voor de knelpuntspecialismen. Een 'responsabiliseringsmechanisme' treedt in werking wanneer een Gemeenschap de federale quota niet respecteert.