...

Geen Théo Van Rysselberghe dit keer in Het Kunstuur, wel twee andere artiesten die zich aan het pointillisme waagden, met name Léon Desmet met twee mooie intieme taferelen én de minder bekende Evarist De Buck die met drie werken de aandacht trekt: een familieportret, een zelfportret en een prachtig pointillistisch werk uit privébezit, Waterpret bij de tempelhoeve.De idyllische scene speelt zich af in de zomer van 1918 wanneer ons land nog kreunt onder de Eerste Wereldoorlog. Uit het bijhorende verhaal vernemen we dat De Buck zich in 1917 in het kunstenaarsdorp Sint-Martens-Latem vestigde, maar zich omwille van zijn communistische ideeën afzonderde van de Latemse groep schilders. Op Wikipedia lezen we dat in zijn testament vermeld stond dat zijn oeuvre bekend moest gehouden worden bij een ruim publiek. Het Kunstuur draagt daar nu dus toe bij. Ook staaltjes van de vaderlandse geschiedenis, die vaak weggemoffeld werden, komen ook weer bovendrijven dankzij de schilderijen. Neem nu het werk De uitdrijving van Charles Degroux, een rauw realistisch schilderij dat het verhaal van de Onteigeningswet van 1867 schetst waardoor duizenden huizen in Brussel tegen de vlakte gingen en de bewoners verdreven werden zodat Leopold II de hoofdstad kon verfraaien. Maar - noblesse oblige - er zijn natuurlijk ook absolute topwerken op Kunstuur 4 te bewonderen. In de eerste plaats De blauwe canapé van Gust De Smet, in 1989 in Londen geveild voor 900.000 dollar, Skeletten in gesprek van Paul Delvaux, niet toevallig uit 1944, of De maanzieke man van Floris Jespers, becommentarieerd door psychiater Dirk De Wachter. Maar vooral Nel naakt in een rieten zetel dat net als een zelfportret van Rik Wouters, afkomstig is uit - zoals dat heet - een discrete privécollectie. Nel wordt ruggelings geschilderd in een interieur dat slechts met enkele toetsen van zijn met terpentijn verdunde verf wordt gesuggereerd. Het is een vluchtige en intieme momentopname met snelle penseeltrekken geschetst, mogelijk een studie ter voorbereiding, en daarom ook des te spontaan geschilderd. En ja, tal van sprekers geven tekst en uitleg bij de werken volgens de inmiddels geijkte formule. Van premier De Croo tot Phara de Aguirre die commentaar geeft bij een portret door Victor Leclercq van één van de 35.000 ninos de la guerra die tijdens de Spaande burgeroorlog van 1936 naar verschillende landen gestuurd werden, van Annelies Verlinden tot Radja Nainggolan wiens getattoeëerde huid de allure van een kunstwerk heeft.