Het waait en regent. Nee, dat is een understatement. De gure, gierende herfstwind blaast een striemend neergutsend regengordijn in grillige waaiers door het kille schemerdonker. Geen weer om een hond door te jagen. Maar de dikke druppels kunnen de eenzame fietser niet deren. Dapper trapt hij in een ritmische cadans zonovergoten heuvels op, slalommend tussen Toscaanse wijngaarden, Pogaçar en van der Poel achterna op de stoffige Strade Bianche.

Bewegen is gezond, maar op sportief vlak heeft de pandemie ons met enkele zwerende restletsels opgezadeld. Mini-tennis in een glazen box bijvoorbeeld. Het lijkt wel alsof je voltallige vrienden- en kennissenkring op woensdagavond onstuitbaar aangezogen wordt door één van de 1.162 padelterreinen die in Vlaanderen de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond gerezen zijn, en meer klachten voor geluidsoverlast genereren dan grondscherende cargovliegtuigen op de aanvliegroute naar Brussels Airport. Zoals je buurman met beginnende bierbuik en ontdubbelde onderkin ongewild bevestigt, betreft het eerder een gezellig samenzijn onder de dekmantel van een avondje sporten. Alles om thuis de afwas maar niet te moeten doen. Maar als betrouwbare en welbespraakte voetballers als Tom De Sutter en Vadis Odjidja er hun brede schouders onder zetten, wie zijn wij dan om deze pseudo-sportieve tijdsbesteding te bekritiseren?

Ik behoor tot de groep nerdy cijferliefhebbers. Strava, or it didn't happen. Na het sporten snel je data dump checken, glimmend van trots door een nieuw persoonlijk record

Voor de minder sociale medemens is er het digitale sporten. Onlangs verdedigde een jonge collega vurig zijn doctoraatsthesis over telerevalidatie. Geweldig hoe technologische vooruitgang en een team enthousiaste medewerkers het tijdens de covid-jaren mogelijk hebben gemaakt om patiënten via een thuisprogramma te begeleiden. Maar je kan het ook helemaal zelfstandig, en je hoeft er eigenlijk ook allerminst ziek voor te zijn. Enkele aardige appjes op de smartphone zwieren, een inderhaast aangekochte interactieve fietstrainer (moeizaam) aansluiten, en zwift je bent al klaar voor een virtueel ritje met een hele hoop virtuele gelijkgestemden. De workout-symfonie van het Zweedse concern Björn Borg knallend uit de bluetooth speaker, met zijn ritme van 123 slagen per minuut ideaal voor een stevig sportief intermezzo.

Ik beken, ik behoor tot de groep nerdy cijferliefhebbers. Strava, or it didn't happen. Na het sporten snel je data dump checken, glimmend van trots door een nieuw persoonlijk record. Stiekem verwoede maar vruchteloze pogingen ondernemen om Wout Van Aert te onttronen door zijn KOM tijden op segment 'Kanaal Ravels-Turnhout' of 'Zijkkruispunt tot Begraafplaats Kloesbos' - ik verzin het echt niet... - te verbeteren... Het moet steeds sneller, harder, beter. Een rustig ritje met enkele luie tussenstops bij idyllische uitkijkpunten is verleden tijd. Sport wordt herleid tot een setje getallen, dat prompt met vrienden gedeeld wordt. Zelfs de scouts van Anderlecht hebben enkel nog oog voor statistieken. Maar - 9 kg minder en gemiddeld 100 watt meer - kan ik meedelen: het werkt verbazend goed (behalve bij Anderlecht dan...) en verbazend verslavend.

Grote sport begint waar ze al lang opgehouden is gezond te zijn, zo poneerde Bertolt Brecht. Enkele iconische helden hebben dit jaar hun sportieve pensioen bereikt. Adieu Piqué, Dumoulin en Federer. Het lichaam was op, de goesting verdwenen. Of... zouden ze misschien verdreven zijn door die duivelse data en statistieken, die aantoonden dat ze niet meer aan de verwachtingen voldoen? Zouden ze nu tijd nemen voor een sloom spelletje padel? Of een gezapig tochtje langs het kanaal tot Kloesbos? Kudos!

De auteur schrijft in eigen naam.

Het waait en regent. Nee, dat is een understatement. De gure, gierende herfstwind blaast een striemend neergutsend regengordijn in grillige waaiers door het kille schemerdonker. Geen weer om een hond door te jagen. Maar de dikke druppels kunnen de eenzame fietser niet deren. Dapper trapt hij in een ritmische cadans zonovergoten heuvels op, slalommend tussen Toscaanse wijngaarden, Pogaçar en van der Poel achterna op de stoffige Strade Bianche. Bewegen is gezond, maar op sportief vlak heeft de pandemie ons met enkele zwerende restletsels opgezadeld. Mini-tennis in een glazen box bijvoorbeeld. Het lijkt wel alsof je voltallige vrienden- en kennissenkring op woensdagavond onstuitbaar aangezogen wordt door één van de 1.162 padelterreinen die in Vlaanderen de laatste jaren als paddenstoelen uit de grond gerezen zijn, en meer klachten voor geluidsoverlast genereren dan grondscherende cargovliegtuigen op de aanvliegroute naar Brussels Airport. Zoals je buurman met beginnende bierbuik en ontdubbelde onderkin ongewild bevestigt, betreft het eerder een gezellig samenzijn onder de dekmantel van een avondje sporten. Alles om thuis de afwas maar niet te moeten doen. Maar als betrouwbare en welbespraakte voetballers als Tom De Sutter en Vadis Odjidja er hun brede schouders onder zetten, wie zijn wij dan om deze pseudo-sportieve tijdsbesteding te bekritiseren? Voor de minder sociale medemens is er het digitale sporten. Onlangs verdedigde een jonge collega vurig zijn doctoraatsthesis over telerevalidatie. Geweldig hoe technologische vooruitgang en een team enthousiaste medewerkers het tijdens de covid-jaren mogelijk hebben gemaakt om patiënten via een thuisprogramma te begeleiden. Maar je kan het ook helemaal zelfstandig, en je hoeft er eigenlijk ook allerminst ziek voor te zijn. Enkele aardige appjes op de smartphone zwieren, een inderhaast aangekochte interactieve fietstrainer (moeizaam) aansluiten, en zwift je bent al klaar voor een virtueel ritje met een hele hoop virtuele gelijkgestemden. De workout-symfonie van het Zweedse concern Björn Borg knallend uit de bluetooth speaker, met zijn ritme van 123 slagen per minuut ideaal voor een stevig sportief intermezzo. Ik beken, ik behoor tot de groep nerdy cijferliefhebbers. Strava, or it didn't happen. Na het sporten snel je data dump checken, glimmend van trots door een nieuw persoonlijk record. Stiekem verwoede maar vruchteloze pogingen ondernemen om Wout Van Aert te onttronen door zijn KOM tijden op segment 'Kanaal Ravels-Turnhout' of 'Zijkkruispunt tot Begraafplaats Kloesbos' - ik verzin het echt niet... - te verbeteren... Het moet steeds sneller, harder, beter. Een rustig ritje met enkele luie tussenstops bij idyllische uitkijkpunten is verleden tijd. Sport wordt herleid tot een setje getallen, dat prompt met vrienden gedeeld wordt. Zelfs de scouts van Anderlecht hebben enkel nog oog voor statistieken. Maar - 9 kg minder en gemiddeld 100 watt meer - kan ik meedelen: het werkt verbazend goed (behalve bij Anderlecht dan...) en verbazend verslavend. Grote sport begint waar ze al lang opgehouden is gezond te zijn, zo poneerde Bertolt Brecht. Enkele iconische helden hebben dit jaar hun sportieve pensioen bereikt. Adieu Piqué, Dumoulin en Federer. Het lichaam was op, de goesting verdwenen. Of... zouden ze misschien verdreven zijn door die duivelse data en statistieken, die aantoonden dat ze niet meer aan de verwachtingen voldoen? Zouden ze nu tijd nemen voor een sloom spelletje padel? Of een gezapig tochtje langs het kanaal tot Kloesbos? Kudos!