...
Dat kan geconcludeerd worden uit een studie uitgevoerd in het O.L.V-zieken huis van Aalst. De leiding van het onderzoek was in handen van Isabelle Maes, stafmedewerker processen en kwaliteit (*) in Aalst.PROMs en PREMs maken al sinds 2017 integraal deel uit van het kwaliteitsbeleidsplan. Om ermee van wal te kunnen steken, sloot het ziekenhuis in juni 2017 een samenwerkingsovereenkomst af met de Hogeschool Gent en met Janssen Pharmaceutica.De opstart van de PROMs en PREMs verliep alvast niet van een leien dakje. Isabelle Maes noteert hierbij dat dergelijke projecten "slechts kans op slagen maken indien de voltallige staf overtuigd is van het belang ervan." PROMs afnemen vraagt tijd. De patiënt dient gedurende het hele traject voldoende ondersteund te worden."Het OLV-ziekenhuis maakte hierbij gebruik van de app van myNexuzHealth. Deze laat toe antwoorden onmiddellijk op te laden in het elektronisch patiëntendossier. "Inloggen op myNexuzHealth ondersteunden we met het Patiënten-ServicePunt van het ziekenhuis," zegt Maes. "Er werd ook voorzien in opvolging van patiënten die hun vragenlijst nog niet hadden ingevuld."Een eerste analyse van de resultaten toont aan dat minder dan 10% van de patiënten de vragenlijsten uit eigen beweging invulden. Het overgrote deel deed niet mee of haakte af. Het percentage stijgt zienderogen indien 'dedicated' verpleegkundigen of secretariaatsmedewerkers het invullen van de vragen ondersteunen. Al dient gezegd dat ook dan het aantal respondenten nog niet hoog ligt.Isabelle Maes: "Persoonlijke begeleiding is dus zeker noodzakelijk. Hierbij is volgens ons een taak weggelegd voor de 'toekomstige healthcare manager' of de voormalige 'medical management assistant.' Essentieel is alleszins dat de patiënt voldoende geïnformeerd wordt over het belang en het nut van de vragen. Hem ondersteunen bij het invullen, is evenzeer primordiaal."Dat blijkt ook uit dit onderzoek. Het ziekenhuis zette een student in om gedurende zijn stage de patiënten wegwijs te maken bij het inloggen en bij het invullen van de vragenlijsten. Het resultaat was spectaculair. De responsgraad voor een bepaalde ingreep steeg van 9,45% naar 34,65%.Na afloop van de stage en dus na beëindiging van deze persoonlijke opvolging en begeleiding daalde de responsgraad weer naar 3,15%. Buiten de arts was er op dat moment dus niemand meer toegewezen om de patiënt te ondersteunen.Om de responsgraad op te krikken, kan een Medical Management Assistant (MMA) of een Healthcare manager worden ingezet. Voorwaarde is wel dat hun takenpakket wordt aangepast. Want momenteel worden de meeste MMA's in de praktijk nog ingezet om verslagen uit te tikken en te versturen. Dat gebeurt echter van langsom meer digitaal.Isabelle Maes is van oordeel dat MMA's meer aandacht kunnen besteden aan de patiënten en het begeleiden van patiënten en het ondersteunen van de artsen tijdens de consultatie. "De opleiding moet studenten de juiste vaardigheden bijbrengen om de patiënt bij te staan en hem te empoweren'."Met haar kwaliteitsproject wou het O.L.V.-ziekenhuis ook nagaan of MMA's hiervoor over de juiste skills beschikken. Vraag is bovendien waarin best geïnvesteerd wordt om patientempowerment - een centrale doelstelling in het kwaliteitsbeleidsplan van het Aalsterse ziekenhuis - te kunnen uitbouwen.Sinds september 2018 is het curriculum van de studenten healthcare management in de Hogeschool Gent aangepast aan de nieuwe noden. Healthcare managers zouden daardoor in staat moeten zijn om als schakel tussen de zorgprofessional en de patiënt te fungeren. Daarnaast kunnen ze een belangrijke rol spelen bij de uitrol en de opvolging van PROMs en PREMs. Zorgprofessionals hebben zodoende meer tijd om zich met hun kerntaken bezig te houden.Maes noteert tot slot nog dat de geaggregeerde gegevens uit PROMs en PREMs het mogelijk maken om op mesoniveau kwaliteitsverbeteringen door te voeren. Bovendien laten ze benchmarking toe. Tussen artsen van dezelfde discipline maar net zo goed tussen ziekenhuizen.