Twee jaar geleden al, bij zijn afscheid als secretaris-generaal van het VBS, loofde Artsenkrant dokter Marc Moens met een filmpje. Jo De Cock, Pedro Facon en andere toplui uit de gezondheidszorg hadden toen vele mooie woorden veil voor de afscheidnemende syndicalist. In november 2019 riepen de lezers van Artsenkrant de Mechelse klinisch bioloog ook uit tot 'Specialist van het Jaar'.

Beter laat dan nooit organiseerde het VAS, afdeling Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant nu een symposium ter ere van dokter Moens. En hoewel de Bvas een unitair Belgisch syndicaat is, was het aantal Franstaligen - op voorzitter Philippe Devos na - op de vingers van één hand te tellen. Het hele symposium verliep trouwens in het Nederlands.

Tandpasta

Verwijzend naar de titel van een interview met dokter Moens in Artsenkrant - " Ik heb 28 ministers versleten" - wees Vlaams minister van Welzijn, Gezin, Volksgezondheid en Armoedebestrijding Wouter Beke (CD&V) er in zijn toespraak op dat hijzelf 40 jaar lang enkel Marc Moens gekend heeft als vertegenwoordiger van de artsen. "Onmiskenbaar heeft dokter Moens zijn stempel gedrukt op de gezondheidszorg", aldus minister Beke. "Op vier decennia is er ongelooflijk veel veranderd. Eén constante blijft: België/Vlaanderen mag nog altijd fier zijn op zijn gezondheidszorg. Dat is niet zozeer de verdienste van het kader dat de overheid creëerde maar vooral van artsen zoals dokter Moens, van verpleegkundigen en van de vrijwilligers."

Beke herinnerde eraan dat met de staatshervorming in 1980-'81 voor het eerst bevoegdheden in gezondheid en welzijn gecommunautariseerd werden. Het ontlokte hem de bedenking dat "het met de huidige politieke discussie over herfederalisering van bevoegdheden is alsof men de tandpasta terug in de tube wil krijgen."

Welzijn en zorg zijn nu veel meer aan elkaar geschakeld, zei hij nog. "Er is dus meer integratie nodig tussen ambulante zorg, ziekenhuiszorg dagcentra, eerste lijn...." Voorts overliep Beke de genese van de advies- en overlegorganen. Hij eindigde bij de pas opgestarte Vlaamse Raad voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

Veeleisend

Riziv-topman Jo De Cock maakte een interessante Swot-analyse van het overleg artsen-ziekenfondsen. Sterk punten zijn voor hem het vermogen om een brug te slaan tussen overheid en zorgactoren, de gulden middenweg tussen overheidssturing en marktwerking, de expertise en terreinkennis, de continuïteit en financiële stabiliteit en de ruimte om nieuwe initiatieven te ontwikkelen (accreditering, GMD, zorgtrajecten...). Het ontbreken van een strategische dimensie, het status-quo, de versnipperde en weinig transparante overlegstructuren, de traagheid en het gebrek aan een gemeenschappelijk project en duidelijke doelstellingen zijn even zoveel zwaktes. Opportuniteiten zag hij in het gezamenlijke antwoord dat kan geboden worden op nieuwe omstandigheden en evoluties zoals telegeneeskunde. Ook de generatiewissel die zich zowel bij ziekenfondsen als artsenorganisaties voltrekt, zag hij als een kans: "Dat kan tot frisse inzichten leiden".

Bedreigingen zijn voor de Rizivtopman de bevoegdheidsverdeling inzake gezondheidszorg, de complexe regelgeving, de sluipende erosie van de conventioneringsgraad en de soms ongebreidelde ereloonsupplementen die de tariefzekerheid in het gedrang brengen. De dalende participatie bij medische verkiezingen wegen op de representativiteit van het overlegmodel.

Om de organisatie van het overleg te moderniseren is een vereenvoudiging/reductie en verhoogde efficiëntie van de structuren aangewezen. De verticale silo's in het overleg moeten op sommige domeinen plaats ruimen voor een meer horizontale, multidisciplinaire benadering. De 'scope' van het overleg dient meer te stoelen op gezondheidsdoelstellingen en prioriteiten. Een meerjarenbenadering en innoverende zorgmodellen kunnen dit bevorderen.

De budgettaire context tot slot zal volgens De Cock ertoe nopen dat de responsabilisering en accountability van alle actoren versterkt wordt. Jo De Cock: "Overleg vergt dat iedere partner de meerwaarde ervan inziet, oog heeft voor het algemeen belang en voor lange termijndoelen en dat de partners voldoende representatief zijn. Overleg vergt ook vertrouwen gebaseerd op wederzijds respect en geloofwaardigheid. Met andere woorden, overleg vergt veel van de onderhandelaars. Het is een werkwoord. Marc Moens weet dat als geen ander."

Enorme inzet

Collega-syndicalist en ASGB/Kartelvoorzitter Reinier Hueting zei overtuigd te blijven van het belang van goede beroepsverdediging door de artsen. Hij noemde het idee om vele andere beroepsgroepen daarin te laten participeren interessant. Tegelijk waarschuwde hij ervoor dat de artsen daarin nu al enigszins ondergesneeuwd geraken. Hueting bracht hulde aan de enorme inzet van dokter Marc Moens. Dat deed ook dokter Bob Van den Oever (CM), jarenlang lid van de medicomut. Van den Oever gaf ook mee dat dokter Moens in onderhandelingen niet gemakkelijk kwaad te krijgen is. "Dat gebeurt enkel als iemand zijn afspraken niet nakomt of als de overheid beslissingen neemt zonder overleg", zei hij.

Op dit jubileumsymposium namen verder onder meer nog minister De Block en topman van de FOD Volksgezondheid Pedro Facon het woord. Hulde werd gebracht door de Bvas-collega's Luc De Clercq, Dirk Scheveneels en voorzitter Philippe Devos. Een ronde tafelgesprek sloot het event af.

Twee jaar geleden al, bij zijn afscheid als secretaris-generaal van het VBS, loofde Artsenkrant dokter Marc Moens met een filmpje. Jo De Cock, Pedro Facon en andere toplui uit de gezondheidszorg hadden toen vele mooie woorden veil voor de afscheidnemende syndicalist. In november 2019 riepen de lezers van Artsenkrant de Mechelse klinisch bioloog ook uit tot 'Specialist van het Jaar'.Beter laat dan nooit organiseerde het VAS, afdeling Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant nu een symposium ter ere van dokter Moens. En hoewel de Bvas een unitair Belgisch syndicaat is, was het aantal Franstaligen - op voorzitter Philippe Devos na - op de vingers van één hand te tellen. Het hele symposium verliep trouwens in het Nederlands.Verwijzend naar de titel van een interview met dokter Moens in Artsenkrant - " Ik heb 28 ministers versleten" - wees Vlaams minister van Welzijn, Gezin, Volksgezondheid en Armoedebestrijding Wouter Beke (CD&V) er in zijn toespraak op dat hijzelf 40 jaar lang enkel Marc Moens gekend heeft als vertegenwoordiger van de artsen. "Onmiskenbaar heeft dokter Moens zijn stempel gedrukt op de gezondheidszorg", aldus minister Beke. "Op vier decennia is er ongelooflijk veel veranderd. Eén constante blijft: België/Vlaanderen mag nog altijd fier zijn op zijn gezondheidszorg. Dat is niet zozeer de verdienste van het kader dat de overheid creëerde maar vooral van artsen zoals dokter Moens, van verpleegkundigen en van de vrijwilligers."Beke herinnerde eraan dat met de staatshervorming in 1980-'81 voor het eerst bevoegdheden in gezondheid en welzijn gecommunautariseerd werden. Het ontlokte hem de bedenking dat "het met de huidige politieke discussie over herfederalisering van bevoegdheden is alsof men de tandpasta terug in de tube wil krijgen."Welzijn en zorg zijn nu veel meer aan elkaar geschakeld, zei hij nog. "Er is dus meer integratie nodig tussen ambulante zorg, ziekenhuiszorg dagcentra, eerste lijn...." Voorts overliep Beke de genese van de advies- en overlegorganen. Hij eindigde bij de pas opgestarte Vlaamse Raad voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.Riziv-topman Jo De Cock maakte een interessante Swot-analyse van het overleg artsen-ziekenfondsen. Sterk punten zijn voor hem het vermogen om een brug te slaan tussen overheid en zorgactoren, de gulden middenweg tussen overheidssturing en marktwerking, de expertise en terreinkennis, de continuïteit en financiële stabiliteit en de ruimte om nieuwe initiatieven te ontwikkelen (accreditering, GMD, zorgtrajecten...). Het ontbreken van een strategische dimensie, het status-quo, de versnipperde en weinig transparante overlegstructuren, de traagheid en het gebrek aan een gemeenschappelijk project en duidelijke doelstellingen zijn even zoveel zwaktes. Opportuniteiten zag hij in het gezamenlijke antwoord dat kan geboden worden op nieuwe omstandigheden en evoluties zoals telegeneeskunde. Ook de generatiewissel die zich zowel bij ziekenfondsen als artsenorganisaties voltrekt, zag hij als een kans: "Dat kan tot frisse inzichten leiden".Bedreigingen zijn voor de Rizivtopman de bevoegdheidsverdeling inzake gezondheidszorg, de complexe regelgeving, de sluipende erosie van de conventioneringsgraad en de soms ongebreidelde ereloonsupplementen die de tariefzekerheid in het gedrang brengen. De dalende participatie bij medische verkiezingen wegen op de representativiteit van het overlegmodel.Om de organisatie van het overleg te moderniseren is een vereenvoudiging/reductie en verhoogde efficiëntie van de structuren aangewezen. De verticale silo's in het overleg moeten op sommige domeinen plaats ruimen voor een meer horizontale, multidisciplinaire benadering. De 'scope' van het overleg dient meer te stoelen op gezondheidsdoelstellingen en prioriteiten. Een meerjarenbenadering en innoverende zorgmodellen kunnen dit bevorderen.De budgettaire context tot slot zal volgens De Cock ertoe nopen dat de responsabilisering en accountability van alle actoren versterkt wordt. Jo De Cock: "Overleg vergt dat iedere partner de meerwaarde ervan inziet, oog heeft voor het algemeen belang en voor lange termijndoelen en dat de partners voldoende representatief zijn. Overleg vergt ook vertrouwen gebaseerd op wederzijds respect en geloofwaardigheid. Met andere woorden, overleg vergt veel van de onderhandelaars. Het is een werkwoord. Marc Moens weet dat als geen ander."Collega-syndicalist en ASGB/Kartelvoorzitter Reinier Hueting zei overtuigd te blijven van het belang van goede beroepsverdediging door de artsen. Hij noemde het idee om vele andere beroepsgroepen daarin te laten participeren interessant. Tegelijk waarschuwde hij ervoor dat de artsen daarin nu al enigszins ondergesneeuwd geraken. Hueting bracht hulde aan de enorme inzet van dokter Marc Moens. Dat deed ook dokter Bob Van den Oever (CM), jarenlang lid van de medicomut. Van den Oever gaf ook mee dat dokter Moens in onderhandelingen niet gemakkelijk kwaad te krijgen is. "Dat gebeurt enkel als iemand zijn afspraken niet nakomt of als de overheid beslissingen neemt zonder overleg", zei hij.Op dit jubileumsymposium namen verder onder meer nog minister De Block en topman van de FOD Volksgezondheid Pedro Facon het woord. Hulde werd gebracht door de Bvas-collega's Luc De Clercq, Dirk Scheveneels en voorzitter Philippe Devos. Een ronde tafelgesprek sloot het event af.