...

Het is algemeen geweten dat patiënten tijdens een verblijf op intensive care (IC) veel spiermassa verliezen, met grote gevolgen voor de revalidatie na ontslag. De afname in spiervezelomvang en spierkracht is mogelijk gelinkt aan verschillende factoren: bedlegerigheid, comorbiditeiten, immuunproblemen, de mechanische beademing,... Bij de covid-populatie merkte men echter op dat de herstelfase post-IC opvallend lang duurde - en dan spreken we niet over de aspecten die samenhangen met de longrevalidatie, maar eerder de algemene revalidatie. De oorzaak daarvan is onduidelijk, en dus besliste (het team rond) doctoraatstudent Sjoerd Stevens, in navolging van een vergelijkbaar voorafgaand onderzoek bij IC-patiënten met een neurotrauma, om dit verder te analyseren. Heeft SARS-CoV-2 een intrinsiek toxisch effect op de spieren? Verschillende elementen maken van deze observationele studie een uniek verhaal. "Enerzijds het mooie samenwerkingsverband dat tot stand kwam tussen de collega's van Maastricht (prof. Van Loon en prof. Snijders) en die van Hasselt (dr. Dubois, prof. Stessel, prof. Lambrichts, dr. Agten, drs. Stevens en mezelf), waarbij ieder complementaire kennis en mogelijkheden inbracht", vertelt prof. Vandenabeele met trots. "Daarnaast is ook de diepgang van ons onderzoek uitzonderlijk: het gaat om een cohorte van 22 patiënten, waarbij we op twee meetmomenten een spierbiopt afnamen(2). Die analyseerden we vervolgens op cellulair én subcellulair (ultrastructureel) niveau, via immunohistochemisch en elektronenmicroscopisch onderzoek. In deze vorm en setting is het onderzoek een eerste in zijn soort." Men keek naar de spiervezelkarakteristieken en naar de verschillen die zich manifesteerden na een week intensieve zorg op de covid-afdeling. "Net zoals de waarnemingen die we deden in de hierboven genoemde studie bij IC-patiënten met neurotrauma, zagen we ook hier de typische tekenen van spieratrofie, met duidelijke degeneratie van de contractiele eiwitten", beschrijft dr. Agten. "Bij de covid-patiënten waren de resultaten echter zeer heterogeen en, nog verrassender, een subset van patiënten vertoonde spiervezels met vergrote diameter - het tegenovergestelde van wat je verwacht bij spierafbraak. De spieren waren echter gezwollen, oedemateus, en een groot deel van de vezels was necrotisch." De 'grotere' spieren zijn dus wel degelijk een ongunstig teken: het lijkt erop dat de zwellingsfase het voorstadium is van het afsterven van deze spieren. Naast de nieuwe bevindingen omtrent de eigenschappen van spiervezels bij kritieke ziekte, geven deze resultaten een interessante invalshoek voor de revalidatie van IC-patiënten met covid. "Het zou uiterst zinvol zijn om tijdens de revalidatie rekening te houden met het feit dat er spiervezels zijn die 'louter' atrofie en degeneratie kenden, want die bevatten nog alle spiercontractiele eigenschappen om zich, na herstel en training, opnieuw om te vormen tot volwaardige, functionele skeletspiervezels. Voor de vezels die door oedeem en ongecontroleerde necrose werden getroffen, is wellicht geen of weinig regeneratie mogelijk", aldus prof. Vandenabeele. Deze kennis kan dus gerichtere nazorg mogelijk maken, wat de langetermijnuitkomsten van een IC-behandeling zou verbeteren. "Het is wat we binnen de Faculteit Revalidatiewetenschappen al deden voor andere patiëntreeksen(3): spiervezel(type)onderzoek aan de hand van onze eigen fine needle biopsietechniek met als doel de revalidatie optimaal aan te sturen." De specifieke invloed van covid-19 (of van de respiratoire insufficiëntie die deze patiënten op IC deed belanden) is op dit moment niet duidelijk. "De bedoeling is om inzicht te krijgen in de onderliggende mechanismen. We hebben nog een derde fractie van de biopsieën in de vriezers liggen, waarop we moleculaire technieken willen toepassen. Misschien vinden we bepaalde indicaties voor een direct toxisch effect van het virus, zoals de aanwezigheid van viraal RNA in de necrotische spiervezels. Daarnaast zullen we gelijksoortig onderzoek starten bij non-covid-IC-populaties, om onze bevindingen te versterken", zegt dr. Agten. "Op basis van de gegevens die uit onze follow-up analyses komen, kunnen we verdere stappen zetten, zoals een interventie- of revalidatiestudie", besluit prof. Vandenabeele.