...

De hoge prevalentie brengt aanzienlijke maatschappelijke kosten met zich mee, onder andere door het ziekteverzuim dat ermee gepaard gaat. "Vorig jaar hebben we een balans opgemaakt met Belgische gastro-enterologen die geïnteresseerd zijn in functionele ziekten, en we zijn tot een consensus gekomen die gepubliceerd werd in Acta Gastro-enterologica Belgica (1)", zegt Hubert Louis, gastro-enteroloog in het Erasmusziekenhuis (ULB). "Het prikkelbaredarmsyndroom (PDS) is sinds enkele jaren veel beter gedefinieerd, maar dat belet niet dat de behandeling ervan voor veel artsen nog steeds ontmoedigend is. Vaak denken artsen dat ze weinig kunnen doen om de patiënt te helpen, terwijl dit niet klopt." Aanvullend onderzoek brengt bij PDS niets bijzonders aan het licht. Er zijn echter wel mechanismen die het syndroom kunnen verklaren. "Zo heeft tot een derde van de patiënten met functionele diarree aantoonbare galzuurmalabsorptie." Ook probiotica worden momenteel onderzocht, en het gebeurt dat gastro-enteritis leidt tot een overgevoeligheid van de darm, ook al is het infectieuze agens verdwenen. In feite gaat het eerder om een sensibilisering van het darmslijmvlies voor voedselallergenen die voordien werden verdragen. Daarnaast zijn er problemen met de darmmotiliteit en het effect van bepaalde voedingsmiddelen. Bovendien bestaan er belangrijke interacties tussen de hersenen en de darm (GBA, gut-brain axis), die in verband worden gebracht met stress, angst en depressie. De Belgische Consensus geeft niet alleen een overzicht van de huidige kennis, maar ook van de aanbevelingen die worden gemaakt op basis van de literatuur, rekening houdend met de bewijskracht van de beschikbare gegevens. In de tekst wordt verwezen naar de consensus van Rome IV, die PDS definieert als chronische buikpijn die aanwezig was in de voorbije drie maanden, zonder organisch letsel, die zes maanden vóór de diagnose is opgetreden en gepaard gaat met ten minste twee van de volgende criteria: pijn gerelateerd aan de defecatie, een veranderde consistentie van de feces en een verandering in de defecatiefrequentie (constipatie, diarree, of afwisselend beide). Het nazicht omvat een bloedonderzoek om coeliakie uit te sluiten. "Sommige mensen denken intolerant te zijn voor gluten, maar in werkelijkheid zijn ze intolerant voor fructanen, dat zijn de koolhydraten aanwezig in het omhulsel van granen, die deel uitmaken van de groep van de FODMAP's. Bij mensen met PDS worden fructanen onvoldoende verteerd en veroorzaken ze gisting in de dikke darm, met als gevolg een opgeblazen gevoel en buikpijn." Het is belangrijk ook te polsen naar distale constipatie. Deze problematiek komt vaak voor en is meestal te wijten aan recto-anale dissynergie, met onvoldoende ontspanning van het anale kanaal. De oorsprong van het probleem gaat vaak terug tot de kindertijd, bijvoorbeeld omdat het kind niet de mogelijkheid had om tijdens de lessen naar het toilet te gaan. "De arts moet ernaar vragen, want patiënten praten er maar zelden spontaan over", zegt Hubert Louis, hoewel dit type constipatie doeltreffend kan worden behandeld door een gespecialiseerde fysiotherapeut, met behulp van een biofeedbacktechniek. PDS kan worden behandeld met verschillende producten of geneesmiddelen, zoals galzuurchelatoren bij malabsorptie, loperamide, spasmolytica, pepermuntolie, psyllium, vezels, of laxeermiddelen in geval van hardnekkige constipatie. "Eenvoudig dieetadvies volstaat vaak, want lang niet alle patiënten hebben een FODMAP-arm dieet nodig", voegt Hubert Louis eraan toe. Probiotica kunnen ook worden overwogen, maar het is nog niet zeker welk probioticum men bij PDS precies moet geven en in welke dosering. Tot slot nog een belangrijk punt, dat niet altijd aan bod komt bij de behandeling van functionele aandoeningen: na een minimaal nazicht (een colonoscopie bijvoorbeeld is over het algemeen niet nuttig bij een 25-jarige patiënt die klaagt over constipatie) dat wijst op PDS, moet de arts achter zijn diagnose staan en daarover duidelijk met de patiënt communiceren. "Anders kan de patiënt verdwalen in een eindeloze diagnostische zoektocht en zich ten onrechte vastklampen aan pseudodiagnoses zoals lekkende darmen, of behandelingen volgen waarvan de doeltreffendheid twijfelachtig is", benadrukt Hubert Louis.