...

Van Wiemeersch is voorzitter van de Vlaamse Erkenningscommissie gynaecologie-verloskunde. "Als beroepsgroep vrezen wij reeds geruime tijd voor een dreigend overaanbod van gynaecologen in de toekomst en dat wordt nu zwart op wit bevestigd door het tweede PlanKad-rapport", schrijft de gynaecoloog in een brief aan Artsenkrant. PlanKad koppelt het artsenkadaster aan andere databanken om duidelijker zicht te krijgen op de activiteit van artsen (zie ook AK nr. 2601).In eenzelfde adem herinnert dr. Van Wiemeersch aan de bevraging die collegagynaecoloog Toenga De Vos en assistent Bart Vergauwe recent opzetten bij assistenten, bij gynaecologen die minder dan vijf jaar afgestudeerd zijn en bij diensten gynaecologie in alle Vlaamse ziekenhuizen. Uit de resultaten, die vorig jaar verschenen, bleek dat er op dat moment 187 Vlaamse assistenten gynaecologie in opleiding waren voor 91 vacatures de volgende vijf jaar (dus tot 2023)."De bevindingen van de PlanKad-analyse slaan op berekeningen tot eind 2016. Daardoor kunnen we met quasi zekerheid stellen dat de jaren nadien, met name 2017 tot op heden, dezelfde trend wordt aangehouden", duidt dr. Van Wiemeersch. "Dit bewijst eens te meer dat het oprichten van een Vlaamse planningscommissie, die zeer nauwgezet de verschillende subquota voor alle specialiteiten zal bepalen, enorm belangrijk is.""Zeggen dat het vijf voor twaalf is, is dus absoluut niet overdreven", vervolgt de gynaecoloog. "Critici van het zogenaamde overaanbod alluderen op de vervrouwelijking, de subspecialisatie, de verminderde werkduur en activiteit van toekomstige collega's als ze beweren dat het allemaal niet zo'n vaart zal lopen. Het is echter onze morele plicht om erover te waken dat het geobserveerd overschot wordt weggewerkt. Alleen zo kan een dreigende werkloosheid en onaanvaardbare daling van de medische prestaties per arts voor ons specialisme worden afgewend."