De overheid pompte tijdens de coronajaren massaal veel extra middelen in de algemene ziekenhuizen. Zo bleven ze overeind, blijkt uit de jongste Maha-analyse van Belfius. So far so good. Maar de sector ontsnapt niet aan de algemene economische crisis waarmee we post-covid geconfronteerd worden: torenhoge inflatie, structurele personeelstekorten, flink uit de kluiten gewassen energiefacturen... You name it.

Al die extra uitgaven maken de ziekenhuizen meer dan ooit afhankelijk van overheidsmanna. Daar knelt ook het schoentje. Vadertje staat is zelf armlastig, ooit wordt de broeksriem toch aangespannen. Goed voorbereid op de toekomst zijn de ziekenhuizen dus niet. En de hervormde ziekenhuisfinanciering herverdeelt de middelen wellicht wel beter, maar zorgt niet voor extra geld. Het is ook nog toekomstmuziek.

Goed voorbereid op de toekomst zijn de ziekenhuizen niet

De ziekenhuisnetwerken zijn er wel al. Alle onvolkomenheden en kritiek ten spijt, kan daarvan toch enig soelaas verwacht worden. Samenwerken, samen materialen en verbruiksgoederen aankopen, gezamenlijk investeren in dure machines... Het impliceert een rationeler gebruik van de schaarse budgetten. Met dien verstande dat een ziekenhuis(netwerk) zijn essentiële opdrachten in ere moet houden. Met name basiszorg aanbieden en beschikbaar houden dichtbij de bevolking enerzijds. En anderzijds het concentreren van complexe/dure zorg waarvoor ervaren artsen nodig zijn. Beide taken blijvend combineren, blijft een uitdaging. Geïntegreerde zorg houdt overigens ook in dat ziekenhuizen zich inschakelen in het hele zorg- en welzijnsplaatje.

Vraag is of we met de netwerken niet aan de vooravond van een nieuwe fusiegolf staan. Vergeleken met het buitenland is de schaalgrootte van onze ziekenhuizen nog steeds redelijk beperkt. Gaan we de komende jaren naar megafusies? Is ZAS, de fusie van GZA en ZNA in Antwerpen, een voorbode?

De overheid pompte tijdens de coronajaren massaal veel extra middelen in de algemene ziekenhuizen. Zo bleven ze overeind, blijkt uit de jongste Maha-analyse van Belfius. So far so good. Maar de sector ontsnapt niet aan de algemene economische crisis waarmee we post-covid geconfronteerd worden: torenhoge inflatie, structurele personeelstekorten, flink uit de kluiten gewassen energiefacturen... You name it. Al die extra uitgaven maken de ziekenhuizen meer dan ooit afhankelijk van overheidsmanna. Daar knelt ook het schoentje. Vadertje staat is zelf armlastig, ooit wordt de broeksriem toch aangespannen. Goed voorbereid op de toekomst zijn de ziekenhuizen dus niet. En de hervormde ziekenhuisfinanciering herverdeelt de middelen wellicht wel beter, maar zorgt niet voor extra geld. Het is ook nog toekomstmuziek. De ziekenhuisnetwerken zijn er wel al. Alle onvolkomenheden en kritiek ten spijt, kan daarvan toch enig soelaas verwacht worden. Samenwerken, samen materialen en verbruiksgoederen aankopen, gezamenlijk investeren in dure machines... Het impliceert een rationeler gebruik van de schaarse budgetten. Met dien verstande dat een ziekenhuis(netwerk) zijn essentiële opdrachten in ere moet houden. Met name basiszorg aanbieden en beschikbaar houden dichtbij de bevolking enerzijds. En anderzijds het concentreren van complexe/dure zorg waarvoor ervaren artsen nodig zijn. Beide taken blijvend combineren, blijft een uitdaging. Geïntegreerde zorg houdt overigens ook in dat ziekenhuizen zich inschakelen in het hele zorg- en welzijnsplaatje. Vraag is of we met de netwerken niet aan de vooravond van een nieuwe fusiegolf staan. Vergeleken met het buitenland is de schaalgrootte van onze ziekenhuizen nog steeds redelijk beperkt. Gaan we de komende jaren naar megafusies? Is ZAS, de fusie van GZA en ZNA in Antwerpen, een voorbode?