...

Binnenkort vieren we de 60ste verjaardag van de eerste transplantatie wereldwijd van een nier van een hersendode donor: het was prof. Guy Alexandre die de ingreep in ons land uitvoerde op 3 juni 1963. De leeftijdsgrens voor transplantatie lag toen op 50 jaar, maar uit de recentste gegevens blijkt dat er sindsdien veel veranderd is op dat vlak. Gezien de vergrijzing zijn kandidaten voor transplantatie van 60, of zelfs 70 jaar oud geen zeldzaamheid meer. De overlevingscijfers zijn goed, er is dus geen reden om deze oudere patiënten een transplantatie te ontzeggen.Op voorwaarde dat ze goed geselecteerd worden. "De biologische leeftijd is belangrijker dan de chronologische", benadrukte prof. Jacques Pirenne (KULeuven) op het symposium 'World Liège Liver Day', dat onlangs in het CHU van Luik plaatsvond ter gelegenheid van de wereldleverdag en de 1.000ste levertransplantatie in het Luikse universitaire ziekenhuis. "In Leuven hebben wij bijvoorbeeld een lever getransplanteerd van een 84-jarige donor bij een 75-jarige patiënt", gaf prof. Pirenne als voorbeeld. "De lever is bestand tegen senescentie en kan op lange termijn goed blijven functioneren." In 2019 was er zelfs het geval van een leverdonor van liefst 93 jaar oud... Naast de leeftijd van donor en ontvanger, is de verkorting van de ischemietijd van het transplant een van de bepalende criteria voor een succesvolle afloop. "Elk uur dat we winnen, door oxygenering, constante warme perfusie,... geeft ons betere resultaten. Ook hier behaalt België de beste resultaten binnen Eurotransplant", stelt prof. Pirenne verheugd vast.Wegens de pandemie kende het aantal orgaandonoren in 2020 een terugval tot 21 per miljoen inwoners. De trend zit sindsdien in een stijgende lijn, tot 26,6 donoren per miljoen inwoners (pmi) vorig jaar. Daarmee zitten we nog niet aan de recordhoogte van 2017 (30,6 pmi), maar ons land staat wel op kop en laat Kroatië (23,5), Slovenië (23,3) en Oostenrijk (22,1), drie partners binnen Eurotransplant, achter zich.Van de 309 donoren die in 2022 werden geregistreerd (tegenover 245 in 2020, het covidjaar), waren er 135 gevallen van DCD (donation after circulatory death) en 174 van DBD (donation after brain death). "We hoopten dat het aantal DCD-donoren het aantal beschikbare transplanten zou opkrikken, maar dat is niet het geval, aangezien het aantal DBD-donoren afneemt", betreurt prof. Pirenne. Twee derde van de donoren is niet afkomstig uit de universitaire ziekenhuizen - denk in die context aan het GIFT-project dat de overheid in 2006 lanceerde om alle acute ziekenhuizen te mobiliseren voor orgaantransplantatie. Medische contra-indicaties vormen de voornaamste redenen om een orgaan niet te preleveren (33%), gevolgd door weigering door de familie (17%). Weigering via het Rijksregister is slechts in 2,3% van de niet-preleveringen in het spel. Vorig jaar telde dat register 211.420 weigeringen, tegenover 453.911 instemmingen voor donatie. Dat laatste getal is sinds 2010 meer dan verviervoudigd, ook al is er een systeem van opting-out van toepassing. Sinds juli 2020 kan de huisarts overigens de keuze van zijn patiënten invoeren. Burgers kunnen dat ook zelf doen via mijngezondheid.be, zonder nog op het stad- of gemeentehuis te moeten langsgaan. De gemiddelde leeftijd van de donoren in 2022 bedraagt 55 jaar - de jongste was een pasgeborene, de oudste was 86 (DBD, lever). Er werden in ons land 63 harten, 95 longen, 267 levers (+2 split), 423 nieren en 25 pancreassen getransplanteerd. Toch blijven er wachtlijsten bestaan, en heel wat patiënten overlijden nog door een tekort aan organen: vorig jaar wachtten 83 mensen op een hart (zeven overleden), 111 op een long (negen overlijdens), 130 op een lever (39 sterfgevallen), 22 op een pancreas en zowat 1.200 op een nier (43 overlijdens).