Er is geen ideaal percentage voor het aantal keizersneden. Essentieel is dat men een goed klinisch zorgpad opstelt, en evidence-based richtlijnen hanteert om de medische noodzaak te bepalen.
...
Van de ziekenhuizen heeft 74% een formeel prenataal klinisch zorgpad uitgewerkt. Voor het bepalen van de indicatie voor een primaire keizersnede gebruikt 86% vastgelegde richtlijnen. Een belangrijke reden om een primaire sectio te plannen is een eerder uitgevoerde keizersnede. Dat vergroot nog het belang van het vermijden van een eerste sectio. De audit schat de meerkost van een keizersnede ten opzichte van een gewone bevalling in op 35%. Vooral de langere ligduur en de extra kosten die dat met zich meebrengt, verklaren het verschil. Die extra uitgaven stellen bij een medische indicatie geen problemen. Maar wanneer bij een eerste bevalling de patiënt om niet-medische redenen de voorkeur geeft aan een keizersnede en die wens ingewilligd wordt, zal de meerkost ook bij volgende bevallingen spelen. De vraag is of dat wel een verstandige besteding van middelen is. Een sleutelelement bij de kraamzorg is dat urgentieprotocollen zijn vastgelegd en een uniform triagesysteem de beschikbaarheid van een OK regelt. Een secundaire keizersnede moet snel kunnen volgen wanneer de gynaecoloog oordeelt dat die noodzakelijk is. In 96% van de ziekenhuizen kan na de decision to incision binnen de 30 minuten een secundaire keizersnede worden uitgevoerd, wat noodzakelijk is bij een hoge urgentie. In 57% kan die ingreep zelfs 15 minuten na de beslissing plaatsvinden. De audit besteedde grote aandacht aan registratie, onder meer de ICD-10-BE-codering. Een goede registratie is belangrijk voor de correcte verdeling van de middelen tussen de ziekenhuizen, maar ook voor de monitoring en opvolging van de kwaliteit van de zorg . Een goede registratie is daarnaast van belang voor de gegevensuitwisseling tussen de zorgverleners. Bij de codering - ook van de laagvariabele zorg - werden enkele tekortkomingen vastgesteld. Voor de ontslagbrief zijn er enkele aandachtspunten. Niet altijd kon worden geverifiëerd dat die naar de huisarts was verstuurd. In maar 60% van de brieven stond de ontslagmedicatie vermeld. Idealiter zou de sector een minimale set van gegevens voor de ontslagbrief vastleggen. Bij de controle van de infectiepreventie en het farmacologisch beleid was de belangrijkste opmerking dat profylactische antibiotica niet altijd al vóór de ingreep worden toegediend. Het goed informeren van de patiënt moet een vast onderdeel zijn van het zorgpad. Is de geïnformeerde toestemming genoteerd in het dossier? Heeft de patiënt de informatie goed begrepen? Bemoedigend was dat in vele ziekenhuizen overleg over het bijsturen van het medische beleid en zelfevaluatie al is ingeburgerd. De meeste ziekenhuizen beschikken over een kwaliteitsmanager.