...
Is suiker een oorzaak van kanker? Ja en neen, antwoordt prof. Charette: "Er bestaat een indirect verband. De consumptie van geraffineerde suiker is gecorreleerd met obesitas. En dat is een risicofactor voor de meeste soorten kanker. In de VS wordt obesitas momenteel beschouwd als de meest voorkomende vermijdbare risicofactor voor kanker, vóór alcohol en roken. Dat is één zaak. Maar als een tumor zich eenmaal ontwikkeld heeft, is het zinloos suiker te vermijden."Een luis in de pels van dit betoog is toch wel het Warburg-effect, ook al was het oorspronkelijk niet zo bedoeld. Het Warburg-effect werd beschreven door de Duitse arts Otto Warburg in de jaren 1920. Het verwijst naar de massale opname van glucose door tumorcellen, die hiermee de glycolyse aandrijven als belangrijkste mechanisme voor de aanmaak van ATP. Dit in tegenstelling tot normale cellen, die preferentieel ATP produceren met mitochondriale oxidatie.De glycolyse is een anaeroob proces, maar de kankercellen doen het ook in aanwezigheid van voldoende zuurstof op volle toeren draaien. Het is een weinig effectieve optie, omdat betrekkelijk veel glucose verbruikt wordt per aangemaakte ATP-molecule. Waarom tumorcellen voor deze vorm van metabolisme opteren, is niet duidelijk. Onderzoek in vitro heeft uitgewezen dat de glycolyse gerelateerd is aan de overexpressie van oncogenen. Maar dat bewijst nog niet dat het een primum movens zou zijn voor het ontstaan van een tumor. Is het misschien een bevorderende factor voor tumorgroei?"Nobelprijswinnaar (1931) Otto Warburg baseerde zich op het bestuderen van kankercellen in kweek", kadert Nicolas Charette. "De oorzaak en de consequenties van wat hij beschreef blijven grotendeels raadselachtig. We hebben er dan toch iets positiefs mee kunnen doen: de werking van de PET-scan stoelt op de gretige opname van glucose door kankercellen. Maar er zijn ook minder aangename gevolgen. Sommige gezaghebbende auteurs prijzen bij kankerpatiënten suikerarme voedingsdiëten aan. Ze baseren zich grotendeels op studies uitgevoerd bij dieren en in vitro. Resultaten die niet in hun kraam passen, worden genegeerd.""We kennen het Warburgeffect al meer dan een eeuw", vervolgt de oncoloog. "Maar sindsdien kon geen enkele studie bij de mens aantonen dat een koolhydraatarme voeding doeltreffend en veilig zou zijn. Kwaadaardige tumoren lusten suiker, maar ze zijn niet de enige. De hersenen hebben ook glucose nodig." Daar komt nog bovenop dat een koolhydraatarm dieet gewichtsverlies induceert, wat bij kanker aanleiding geeft tot een kwalijke prognose.(1)Ook vasten is dus waarschijnlijk niet efficiënt, hoewel sommigen het aanbevelen? "Als men lang vast (meer dan drie à vier dagen) past het lichaam zich aan met de aanmaak van ketonen. Jammer genoeg vindt de normale aanpassing aan vasten niet plaats als er tegelijk sprake is van een inflammatoir syndroom", weet Nicolas Charette."Als een kankerpatiënt op langere termijn vast, zal hij geen ketonen gaan produceren. Hij breekt veeleer spierweefsel af. Vasten speelt dus waarschijnlijk in de kaart van de tumor. Hij krijgt toegang lipiden en aminozuren die hij goed kan gebruiken, meer bepaald glutamine, wat een gegeerde voedingsbron is. Dus: zelfs als de patiënt een ketogeen dieet kan verdragen, kunnen we ons afvragen of dat niet gewoon koren op de molen van de tumor is." (2)En in het specifieke geval van chemotherapie, is vasten dan nuttig? Neen, luidt het assertieve antwoord: "Afhankelijk van het soort tumor en het soort chemotherapie kan het zelfs contraproductief zijn. Een patiënt die minder eet, verliest gewicht. Terwijl we weten dat het bij patiënten onder chemotherapie nu net belangrijk is het lichaamsgewicht te vrijwaren. En nog iets: als men proefdieren doet vasten en hen toxische stoffen toedient, hebben ze duidelijk een hoger risico op kanker. Dat is zeer verontrustend, want sommige vormen van chemotherapie lokken een secundaire kanker uit. Toegegeven, het is een zeldzaam verschijnsel. Maar wie vast, verhoogt zijn risico daarop tot 20 maal. Kankerpatiënten laten vasten kan dus rampzalige gevolgen hebben."Een studie bij een muismodel van huidkanker gooit een extra knuppel in het hoenderhok.(3) "Die studie is bijzonder interessant omdat ze aantoont dat glucose voor tumorcellen misschien niet zo belangrijk is als men oorspronkelijk dacht. De onderzoekers hebben hierbij het enzym lactaatdehydrogenase (LDH), dat onontbeerlijk is voor de glycolyse, uitgeschakeld. Het celmetabolisme kon dus niet langer glucose gebruiken."Resultaat? Of de muizen nu glucose konden gebruiken of niet, het aantal tumoren dat ze ontwikkelen is precies hetzelfde: hetzelfde volume op hetzelfde ogenblik. "Als men het gebruik van glucose door tumorcellen belemmert, gebeurt er dus niets", concludeert prof. Charette. "Of toch bijna niets. De onderzoekers hebben vastgesteld dat de enzymen die betrokken zijn bij het metabolisme van glutamine, in activiteit toenemen. Als men glutamine traceert, ziet men dat deze molecule veel meer opgenomen wordt door de tumorcellen dan door cellen die wel glucose kunnen gebruiken." Conclusie? "Het helpt niet om het gebruik van glucose door kankercellen te belemmeren. Ze stappen over op glutamine, wat hen net zo goed uitkomt."Daarentegen: "Een massa gegevens wijst erop dat lichaamsbeweging een gunstig effect heeft op kanker. Bij borstkanker bijvoorbeeld, is lichaamsbeweging praktisch even doeltreffend als adjuvante chemotherapie. Als iemand dan toch absoluut zijn tumor glucose wil ontzeggen, kan hij of zij dat dus op een nuttige manier doen door wat te sporten. Zolang hij of zij maar voldoende glucose met de voeding blijft opnemen."