...

De Canadese biologe Vett Loyd is niet verbaasd dat er zoiets bestaat als langdurige covid, zo meldt ze in British Medical Journal(1). Al was het maar omdat een dergelijk postviraal syndroom zich ook voordeed na SARS, de minder bekende uitbraak met een verwant coronavirus die in de jaren 2002-2004 Zuidoost-Azië trof. Bovendien zijn ook na andere infecties aanslepende klachten beschreven. De meest besproken daarvan is ongetwijfeld de ziekte van Lyme. Maar ook ebola, polio en westnijlkoorts kunnen een dergelijk beeld veroorzaken. Het chronische-vermoeidheidssyndroom zou zelfs in het rijtje passen: volgens sommige bronnen is het aan een virale infectie te wijten. Hoewel de opgesomde infectieziekten uiteenlopende klinische beelden tot stand brengen in de acute fase, ziet men tijdens hun nasleep gemeenschappelijke klachten: vermoeidheid, neurologische afwijkingen, spier- en gewrichtspijn, slaapstoornissen en prikkelbaarheid. Toch hebben die langdurige beelden ieder hun eigen karakteristieken. Vett Loyd leidde een studie op het platteland in Australië. Daarbij stelde ze vast dat 12% van de patiënten die mononucleose, een infectie met Ross River virus of Q-koorts hadden doorgemaakt, na zes maanden nog altijd klachten had. Bij mononucleose was keelpijn kenmerkend. Bij infectie met het Ross River virus stond gewrichtspijn op de voorgrond. Bij Q-koorts was dat hoofdpijn en zweten. Aanslepende postinfectieuze syndromen worden vaak door artsen niet ernstig genomen. Maar ook wat dat betreft, is covid-19 een buitenbeentje. Door het ongeziene aantal mensen dat besmet raakte, heeft meteen ook een groot aantal mensen langdurige covid. Artsen reageerden vrij snel, al was het maar omdat men vreest voor een aanzienlijke weerslag op de gezondheidszorg en de kosten die daaraan verbonden zijn. Onderzoekers kijken uit naar een gemeenschappelijke verklaring voor langdurige postinfectieuze klachten. Verschillende hypothesen zijn naar voren geschoven: een persisterende infectie die niet kan worden aangetoond, auto-immune reacties, ontregeling van het microbioom, blijvende weefselschade, en een zuiver psychogene oorsprong. De Australische infectioloog Andrew Lloyd kan met geen van deze hypothesen vrede nemen, omdat de geldigheid ervan ondanks uitgebreid onderzoek nooit aangetoond is (1). Samen met anderen kijkt hij veeleer in de richting van hersenschade. Maar aangezien de hersenscans van de betrokken patiënten geen afwijkingen aan het licht brengen, zouden de letsels veeleer op niveau van de cel en haar eiwitsynthese te vinden zijn. In het licht van deze hypothese valt een Amerikaanse studie op, die eind september verscheen in Nature Medicine(2). De onderzoekers gebruikten de gegevensbank van het US Department of Veterans Affairs. Daarin vonden ze 154.068 personen die covid-19 hadden doorgemaakt, en die ze vergeleken met bijna zes miljoen gelijktijdige controlepersonen en evenveel historische controlepersonen. De gemiddelde leeftijd van de covid-cohorte bedroeg 61 jaar, en 89% was man. De incidentie van neurologische aandoeningen werd bekeken over een tijdspanne van één jaar. De analyse wees uit dat de personen met een voorgeschiedenis van covid-19 zo'n 7% meer kans hadden om achteraf langdurige neurologische afwijkingen te krijgen. Het risico betrof ook personen die met hun covid-19 niet in het ziekenhuis moesten worden opgenomen, maar het steeg wel met de ernst van het acute beeld. De vastgestelde aandoeningen waren niet zomaar hersenmist of hoofdpijn, maar ook beelden die veel rechtstreekser naar een disfunctie in de hersenen verwijzen, zoals convulsies en bewegingsstoornissen (incluis parkinsonachtige beelden). De post-covid-personen hadden ook tweemaal meer risico op het ontwikkelen van een ziekte van Alzheimer. De conclusie luidt niet dat covid-19 de ziekte van Alzheimer veroorzaakt, omdat er tot nader order consensus bestaat rond het feit dat deze ziekte zich ontwikkelt over een tijdspanne van verschillende decennia. De auteurs denken veeleer dat het hier gaat om personen die de ziekte subliminaal aan het ontwikkelen waren, maar dat covid-19 het begin van de klinische fase bespoedigd heeft. Ook het risico van ischemische beroerte, encefalitis en perifere neuropathie was hoger in de post-covid-groep. Het verhoogde risico was zichtbaar over de verschillende leeftijdscategorieën heen (personen tussen 40 en >80 jaar). Geheugenstoornissen waren zelfs frequenter in de jongere leeftijdsgroepen. Rekening houdend met het grote aantal mensen dat wereldwijd covid-19 heeft gehad, trekken ook deze auteurs aan de alarmbel.