...

Op een BFM van meer dan 6 miljard euro voor de al- gemene ziekenhuizen is 6 miljoen peanuts. In zijn nota over de hervorming van de ziekenhuisfinanciering rekende minister Vandenbroucke (Vooruit) zelf uit dat het gemiddeld om pakweg 50.000 euro per Belgisch ziekenhuis gaat. Maar het bedrag dat een ziekenhuis krijgt, is afhankelijk van het aantal punten dat het behaalt en van de 'verantwoorde activiteit'. Sommige instellingen zullen meer krijgen, andere minder. De FOD Volksgezondheid berekent het aantal punten dat ziekenhuizen verdienen op basis van de inspanningen die ze leveren op vlak van kwaliteit en veiligheid. Voor de meeste indicatoren doet de FOD het opzoekwerk. Het P4P-programma (Pay for Performance, aanvankelijk had men het over Pay for Quality of P4Q) gaat mee sinds 2018. Dat initiatief van voormalig federaal Volksgezondheidsminister Maggie De Block (Open VLD) is ondertussen aan zijn vijfde jaarlijkse iteratie toe. In 2018 werd heel precies 6.060.935 euro over de ziekenhuizen verdeeld, dit jaar 6.431.913 euro. Ziekenhuizen kunnen volgens het plan maximum 80 punten halen. Ieder jaar zijn er 55 punten voor ziekenhuisbrede indicatoren en 25 punten voor pathologiegebonden indicatoren. Het bedrag dat een ziekenhuis krijgt, is afhankelijk van het aantal verdiende punten maar ook van het aantal verantwoorde, of soms erkende, bedden. Het toegekende bedrag wordt opgenomen in het BFM. De zieken- huizen krijgen een feedbackrapport in juli en kunnen dan hun reactie kwijt samen met hun andere opmerkingen over het BFM. Eventuele correcties worden verrekend in de inhaalbedragen voor een volgend jaar. De FOD Volksgezondheid publiceerde de criteria voor 2022 in januari op haar website. De belangrijkste ziekenhuisbrede 'structuurindicatoren' zijn een ISQUA-accreditatie (goed voor maximum 25 punten), het gebruik van het Veiligheidsmanagementsysteem (VMS, maximum 10 punten), en deelname aan bepaalde kwaliteitsbevorderende activiteiten of het verwerven van kwaliteitslabels (maximum 10 punten). Een ziekenhuisbrede 'procesindicator' is deelname aan de patiëntenpeiling (maximum 15 punten). De 25 punten voor pathologiegebonden indicatoren kunnen de ziekenhuizen binnenhalen door voor bepaalde oncologische aandoeningen (longkanker, rectumkanker,...) het juiste stadium (cTNM) in het Belgian Cancer Registry te melden. Het lijstje van indicatoren is in vijf jaren tijd weinig geëvolueerd. De eerstvolgende stap lijkt de huidige minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid nu te willen zetten met zijn plannen voor de hervorming van de ziekenhuisfinanciering. Ht P4P- onderdeel zou al in 2023 zijn beslag moeten hebben. Vandenbroucke wil een "substantieel" bedrag besteden aan de P4P - hij noemt nog geen cijfer maar refereert aan de 2% van het hele bedrag van de financiering die Medicare in de VS in hanteert. De Vooruit-minister zegt ook niet te willen streven naar een breed 'dashboard' van indicatoren. Hij stelt voor om te focussen op één belangrijk aspect van de patiëntenveiligheid: het voorkomen van het aantal nosocomiale infecties. België scoort hier slechter dan het Europese gemiddelde. Kwaliteitsindicatoren die gemeten kunnen worden, zijn bijvoorbeeld het voorkomen van katheter-gerelateerde sepsis, en het aantal postoperatieve wondinfecties of gevallen van ventilator acquired pneumonia. De P4P-financiering binnen het BFM zou bovendien kunnen passen binnen het Belgische actieplan 'One Health' voor het bestrijden van antibioticaresistentie.