...
Van oudsher worden emoties beschouwd als een tijdelijk verschijnsel: de persoon die eraan onderhevig is, komt tot rust en kan de draad van het gewone leven weer oppikken. Maar sinds de jaren 90 hebben verschillende studies aangetoond dat een emotie niet verdwijnt als die ene enkeling zich herpakt heeft. De reden daarvoor is duidelijk: waarschijnlijk heeft hij zijn emotie intussen met iemand anders gedeeld. Of zoals Bernard Rimé, emeritus professor aan de faculteit psychologie van UCLouvain, het uitdrukt: als iemand net een heftige emotie gehad heeft, is zijn hoogste prioriteit om er met zijn omgeving over te praten. Niet overtuigd? Onderzoek wijst uit dat die drang bestaat in 80 tot 95% van de gevallen. Er bestaan verklaringen voor die hoge cijfers. Als je iemands aandacht wil krijgen, vertel hem dan een emotioneel geladen belevenis. De luisteraar zal waarschijnlijk in het verhaal opgaan: de emotie wordt gedeeld. Er ontstaat en sterkere band tussen spreker en luisteraar. Het delen van emoties heeft aldus een belangrijke sociale betekenis, met verschillende dimensies. Als je iemand vertelt wat voor leuks je beleefd hebt, dan zal hij als klankbord voor je positieve gevoelens optreden, zodat je er nog net iets gelukkiger bij wordt. Heb je zopas een nare episode achter de rug, dan toont het gehoor medeleven. "Erkenning is van cruciaal belang voor een slachtoffer", duidt prof. Rimé. "Niets is voor hem of haar erger dan ongeloof." Laten we wel wezen: niet alleen de persoon die rechtstreeks iets uitzonderlijks beleefd heeft, gaat op zoek naar de gunstige implicaties van gedeelde informatie. Het delen van een emotioneel gebeuren doet veeleer denken aan een tennisbal die wordt weggeslagen en niet één, maar twee of drie keren opbotst. Dat weten we, want de mechanismen die in werking treden bij het verspreiden van het relaas over een emotionele gebeurtenis, zijn grondig bestudeerd.Als iemand bij een gebeurtenis een matig forse emotie ervaart, vertelt hij of zij dat doorgaans aan enkele naasten - zo'n vier of vijf. Ieder van die luisteraars leeft op zijn beurt mee, wat hem of haar ertoe aanzet het verhaal verder te vertellen. Maar deze keer zal hij met zijn informatie slechts tot bij drie tot vier mensen lopen. Het nieuws verspreidt zich zo verder naar een derde echelon, dat opnieuw kleiner is. Hier zijn de luisteraars meestal mensen die de indexpersoon nooit ontmoet hebben. In totaal bereikt het relaas een 60-tal personen, waarschijnlijk in minder dan 24 uur. Het proces komt uiteindelijk tot stilstand omdat de intensiteit van de emoties bij ieder stadium afneemt. Een evenement boeit ons immers des te minder naarmate de persoon die er rechtstreeks bij betrokken is, verder van ons af staat.Die wetmatigheid heeft secundaire implicaties. De vertellers zullen immers het verlies aan belangstelling dat zich over de verschillende schakels laat voelen, proberen te compenseren. Vertrouw iemand een geheim toe en vraag hem het niet verder te vertellen. Je kan erop rekenen dat hij er bijna onmiddellijk een derde partij mee benadert - dat toont de statistiek aan.Maar er is meer: de secundaire verteller zal het zodanig uitleggen dat men kan afleiden van wie het nieuwtje komt, ook al geeft hij de naam van die persoon niet expliciet mee. Het mechanisme hierachter? De betrokkene weet dat zijn verhaal een stuk minder interessant wordt als zijn bron onbekend blijft. "Op die manier komt de indexpersoon zonder het te weten in het midden van een nieuw gecreëerd sociaal netwerk te staan", legt Bernard Rimé uit. "De belevenissen van mensen spelen mee in de manier waarop ze in gezelschap benaderd worden, terwijl die mensen vaak niet weten dat anderen in hun omgeving op de hoogte zijn van hun zogenaamde geheimen." Het delen van emoties verbindt mensen met elkaar. Maar dan moet delen wel mogelijk zijn. Bernard Rimé ziet twee mogelijke obstakels. Enerzijds kan de belevenis tot schaamte of tot schuldgevoelens aanleiding geven. Daardoor zal de betrokkene er liever over zwijgen, hoe sterk zijn emoties ook waren. Een typisch voorbeeld is seksueel misbruik. Het zwijgen blijft niet zonder gevolgen: als de emoties niet gedeeld worden, zal de patiënt geen erkenning vanuit de omgeving krijgen. En ook geen sociale steun. Met andere woorden, zijn ontreddering wordt niet opgevangen door de omgeving. Het tweede obstakel is van een andere orde: de luisteraar heeft geen voeling met wat hem verteld wordt - wat is het probleem? - of ziet het als een bedreiging. Een typisch voorbeeld is dat van een zware ziekte: de naasten geven de patiënt praktische steun, maar zijn niet altijd even bereid om te blijven luisteren naar zijn klachten of de uitingen van zijn angst. Dat komt omdat dit soort dramatische situaties buitenstaanders met henzelf confronteert. Iedereen kan immers zwaar ziek worden. Onderzoek heeft uitgewezen dat personen met een ernstige chronische ziekte gaandeweg minder en minder met hun omgeving over hun gezondheid praten. Ook hun gevoelens delen ze op termijn niet meer. "Zoals gezegd, delen mensen in het dagelijkse leven 80 tot 95% van de belevenissen die hen emotioneel treffen, maar bij chronische patiënten is dat maar 25%", stelt prof. Rimé vast. "Ze zijn dus bang om zich te uiten." Een ander voorbeeld vinden we bij sommige overlevenden van concentratiekampen. De dingen die ze oorspronkelijk vertelden, waren zo verschrikkelijk dat er rond hen een black-out ontstond. Ze kwamen tot het besef dat hun belevenissen eigenlijk beter niet verteld konden worden. Hun leven werd er niet draaglijker bij, maar uiteindelijk zwegen ze. De boodschap is duidelijk: de drang om emotionele gebeurtenissen te delen is geen absoluut gegeven. Soms doen mensen er het zwijgen toe om hun sociale contacten te vrijwaren. Uiteindelijk houden ze hiermee de mogelijkheid gaaf om andere (emotioneel geladen) gebeurtenissen met de omgeving te blijven delen. Dat verklaart waarom alles beter is dan sociale uitsluiting. Een illustratie daarvan vinden we in het werk van de Amerikaanse neuropsycholoog Walter Cannon. Begin jaren 40 interesseerde hij zich voor de dood in de voodoocultus. Als een tovenaar binnen die traditie naar iemand wijst met een bot van een dier, wordt de aangeduide persoon door de gemeenschap - ook door zijn naasten - verstoten. De ongelukkige kwijnt stilaan weg, eerst moreel, daarna lichamelijk, tot de dood erop volgt. Voor Bernard Rimé is dat voorspelbaar: "Als je iemand uit een gemeenschap verstoot, is dat vrijwel een doodsvonnis. Hij mist zijn naasten, waardoor hij niet meer emotioneel kan communiceren." Informatie communiceren over een emotioneel geladen gebeurtenis is een relatief neutraal gegeven, met a priori duidelijke sociale voordelen. Daarnaast is er kennelijk informatie die je moeilijk met anderen kan delen, omdat ze voor buitenstaanders niet invoelbaar is, zoals de ervaring van een chronische ziekte of deportatie. De volgende stap in het spectrum van de ondoorgrondelijkheid is het geheim.Psychologen van de UCL hebben hier onderzoek naar gedaan. Ze bespraken een geheim met deelnemers aan een onderzoek. Ze gaven expliciet aan dat ze het er niet inhoudelijk zouden over hebben, maar wilden wel weten of de deelnemers het met iemand gedeeld hadden en zo ja, met wie. Meestal zegden de deelnemers in een eerste fase: "Ik heb er met niemand over gesproken." Bij nader onderzoek bleek echter dat die personen de informatie toch gedeeltelijk of helemaal hadden prijsgegeven aan één of meerdere personen uit hun omgeving.Conclusie? Terwijl het delen van emotioneel geladen informatie sociale voordelen met zich meebrengt, veroorzaakt het moeten bewaren van een geheim veeleer nadelen, onder vorm van sociaal isolement. Los van sociale factoren, wijzen de deelnemers aan studies erop dat het bewaren van een geheim een permanente mentale inspanning vergt: men mag zichzelf niet tegenspreken, en ook niet stokken. Opbiechten is dus de boodschap.