...

Vias institute heeft de bestaande gegevens over ongevallen met elektrische steps geanalyseerd in samenwerking met de spoeddiensten van vijf Belgische ziekenhuizen. Het doel van deze exploratieve studie was om na te gaan of de situatie zo ernstig is als blijkt uit alarmerende artikelen die vorig jaar in de media verschenen. Uit de studie blijkt dat ongevallen met elektrische steps vooral in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gebeuren. In Wallonië en Vlaanderen komen ze veel minder vaak voor. In Brussel wordt gemiddeld 1 slachtoffer per week op de spoeddiensten opgenomen Het aantal spoedopnames is sterk weersafhankelijk: bij mooi weer zijn er meer. Bij de overgrote meerderheid is enkel de gebruiker van de elektrische step betrokken in een ongeval. Die ongevallen komen het vaakst overdag voor op plaatsen waar er veel verkeer is en waar verschillende weggebruikers de rijbaan delen. Nochtans was er op sommige plaatsen ook een fietspad waar de step had kunnen rijden. Na een bepaald uur is er een grotere proportie van ongevallen waarbij de bestuurders van de elektrische steps onder invloed van alcohol of drugs zijn. Van alle gebruikers die zich aanmeldden bij de spoeddiensten droeg niemand een helm. Het gevolg is dat hoofdletsels en kaakbreuken het vaakst voorkomen. Sommige gebruikers hadden letsels aan de onderbuik door de botsing met het stuur. Ook breuken aan de bovenste ledematen, zoals een polsbreuk, komen vrij frequent voor. Verwondingen aan de onderste ledematen zoals de knieën komen minder voor. De meerderheid van de verwondingen zijn licht, maar gezichtsletsels hebben wel een esthetische impact. Vias wijst ook op de impact op het beroepsleven: een polsbreuk leidt al gauw tot een werkverlet van 8 weken. Uit de cijfers blijkt verder dat de meerderheid van de ongevallen gebeurt met een occasionele gebruiker of iemand die voor de eerste keer op een elektrische step rijdt. De slachtoffers zitten vooral in de leeftijdsgroep van 20 tot 40 jaar. Gebruikers van een deelstep gedragen zich volgens het onderzoek risicovoller dan wie een eigen step bezit. Die laatste groep is meestal beter uitgerust en schat de risico's beter in.