...

Om zicht te krijgen op de problematiek van geweld en agressie tegen hulp- diensten, heeft Vias 836 personen bevraagd die werken als brandweerman of -vrouw, ambulancier of op de spoeddiensten. Vias werkte hiervoor samen met verschillende partnerorganisaties. De resultaten zijn ontnuchterend. Bijna drie op vier van de hulpverleners werd in de laatste 12 maanden uitgescholden. 15% van de hulpverleners krijgt elke week wel eens een scheldpartij te horen. Het blijft niet bij woorden. Een op zes kreeg het voorbij jaar te maken met seksuele intimidatie, zoals bijvoorbeeld seksueel getinte opmerkingen. Bij een op tien ging het om handtastelijkheden. Bovendien gaf de helft van de respondenten aan dat zij de laatste 12 maanden geconfronteerd werden met fysieke agressie. Het gaat dan over duwen, slaan of schoppen, gooien met of vernielen van voorwerpen of het fysiek hinderen van iemand. Maar liefst 8% heeft maandelijks met fysieke agressie te maken. De daders zijn voor het grootste deel (60%) patiënten. In 17% gaat het om iemand uit de entourage van de patiënt en in 15% om een omstaander. In 6% van de gevallen werd een collega agressief. De helft van de personen die agressie uitte, was volgens de respondenten onder invloed van alcohol. Bij een derde bestond er een vermoeden van druggebruik en bij 23% was er sprake van gebruik van medicatie. Veel gevallen van agressie worden niet aangegeven, zodat de dader on- gestraft blijft. Zo meldt slechts 29% zware feiten aan zijn leidinggevende, en in slechts een op zes gevallen wordt er aangifte gedaan bij de politie. Een kwart van de bevraagde hulpverleners overwoog al om van job te veranderen omwille van agressie. De psyschische gevolgen zijn dan ook zwaar: 7% van de hulpverleners voelt zich dagelijks gestresst omwille van feiten van agressie en geweld, en een derde van de hulpverleners slaapt ook slecht door de feiten. Vias pleit voor een betere opvolging van het probleem. In de eerste plaats dienen alle feiten gemeld te kunnen worden en moeten geweld en agressie bespreekbaar zijn. Daarnaast moeten hulpverleners weerbaar gemaakt worden voor mogelijke problemen die ze tegenkomen tijdens het uitoefenen van hun functie.