...

In deze e-learning bespreekt prof. Marc Claeys, interventiecardioloog UZA, achtereenvolgens aortaklepstenose en -regurgitatie, mitralisklepstenose en -regurgitatie, en tricuspiedregurgitatie . Bij elke aandoening gaat hij in op de mogelijke oorzaken, de pathofysiologie die de ausculatie zal verklaren, de diagnosestelling, het klinische beeld en de behandelingen (medisch en chirurgisch). De laatste module gaat over endocarditis, een aandoening die nog steeds niet onfrequent is en een heel ongunstige prognose kan hebben. Al blijft echocardiografie de hoeksteen van de diagnose bij alle klepaandoeningen, klassiek kan je stenose van regurgitatie onderscheiden door hartauscultatie. Aortaklepstenose geeft een (ruw) systolisch geruis. Ausculteer dus regelmatig het hart van uw oudere patiënten, want ze kunnen lang asymptomatisch blijven, luidt de raad van prof. Claeys. En ook: alleen de klassieke anticoagulantia zijn geïndiceerd wanneer bij uw patiënt onder openhartchirurgie een mechanische aortaklep werd ingebracht, en dit levenslang. Mitralisklepregurgitatie veroorzaakt ook een systolisch geruis, al is dit hier hoogfrequent, eerder blazend. Moet ik een asymptomatische patiënt behandelen? Wanneer een mitraclip inbrengen? De e-learning beantwoordt al deze vragen en nog veel meer.Tricuspiedregurgitatie is eveneens hoorbaar als een systolisch lekgeruis maar dan meer centraal op de borst dan bij mitralisregurgitatie, en het wordt luider bij diepe inademing. Auscultatie bij aortaklepregurgitatie geeft een diastolisch, fluitend geruis, moeilijk hoorbaar indien matig, duidelijker bij ernstig lekken. Gemakkelijker voor het stellen van diagnose is de combinatie van een heel lage diastolische bloeddruk (<70 mmHg) met een normale of licht verhoogde systolische druk. De follow-up van de bloeddruk kan dus een aanwijzing geven over de evolutie van de ernst van de regurgitatie. Bij mitralisklepstenose, hoorbaar als een diastolisch geroffel, met voorkamerfibrillatie zijn klassieke anticoagulantia eveneens verplicht ter preventie van trombussen en embolen. Wat is hier de eerstekeuzebehandeling als de last aanhoudt? Aan de basis van endocarditis ligt een infectie door stafylo- of streptokokken (tanden, urologisch, huid, longen) met bacteriëmie. De vegetaties die daardoor ontstaan op (meestal al) zieke hartkleppen, kunnen septische embolen geven en destructie van de klepbladen. Twee belangrijke praktijktips: (1) neem, bij koorts van onduidelijke origine bij een patiënt met gekend kleplijden, altijd eerst bloed af voor een bloedkweek alvorens antibiotica te starten; en (2) stel antibioticaprofylaxis in bij hoogrisicopatiënten die een tandheelkundige ingreep moeten ondergaan, dit zijn patiënten met kunstkleppen, een voorgeschiedenis van endocarditis, een congenitale of verworven shunt . Als afsluiter kan u de 'vragen' beantwoorden en checken of u alles goed onthouden hebt. Met de e-learning klepaandoeningen en endocarditis kan u 1 accreditatiepunt behalen.