En garde. Prêt? Allez!

Jules-Emile De Visscher heeft bijna het einde van zijn studies geneeskunde bereikt. Ondertussen probeert hij zich als schermer te kwalificeren voor de Olympische Spelen in Tokyo."Ik heb al mijn stage voltooid, net als mijn klinisch eindexamen", zegt hij. "Mijn coassistentschap heb ik uitgesteld omdat ik de focus op de Olympische Spelen heb. In januari pik ik mijn studies weer op en kan ik hopelijk starten in de fysische geneeskunde of orthopedie, ik twijfel nog. De kwalificatie voor de Spelen loopt van april 2019 tot april 2020, maar het is nog niet zeker dat ik die haal. Maar ook als het niets zou worden, is het een mooie weg geweest om af te leggen."Schermen is niet de meest voor de hand liggende sport om te beoefenen.Ik zwom en ik tenniste, maar er bleef steeds minder tijd over om dat te kunnen blijven doen. Schermen viel net iets gemakkelijker te regelen. Ik speelde als kind trouwens ook altijd Zorro ( grijnst). Ik ben aangesloten bij de club die in de Lakenhal van het Gentse Belfort schermt, de oudste schermclub ter wereld. Hij bestaat al van in 1613. Het publiek dat in schermen geïnteresseerd is, is niet altijd even groot omdat er veel regels zijn die je moet laten uitleggen. Je ziet altijd wel een piek in de populariteit als er net Olympische Spelen zijn geweest, zoals met Seppe Van Holsbeke bij de vorige editie.Scherm je met degen, sabel of floret?Ik scherm met de sabel. Dat is een beetje toevallig gekomen eigenlijk. Je komt als beginner automatisch bij sabel of floret uit, maar alleen met die laatste kan je doorgroeien naar de degen. Ik vond sabel leuk, dus ik ben dat blijven doen. Het is een slag- en steekwapen, de degen is alleen om te steken. Bij sabel en floret heb je ook nog voorrangsregels.Hoe combineer je het schermen met je studies?Dat was niet altijd even gemakkelijk. Ik was altijd geslaagd, maar wel een paar keer in de tweede zittijd omdat januari de drukste maand is in het schermen. Vaak moest ik me in die periode verplaatsen en kende ik daardoor niet altijd de beste voorbereiding op de examens. In België zijn er, denk ik, 20 à 30 clubs, maar als je echt hogerop wil, moet je ook aan wedstrijden deelnemen in het buitenland, Frankrijk of Duitsland bijvoorbeeld. Eens je daarvan hebt geproefd, kan je de hele wereld rond. Je hebt vaak ook nog stages in Italië, Hongarije of Zuid-Korea bijvoorbeeld, dat zijn zowat de grootste landen in het schermen.Zuid-Korea?Ja, die zijn nog maar recent begonnen met schermen, maar ze zijn er zeer sterk in geworden. Zuid-Korea is nu eigenlijk het beste land met de sabel. Ze hebben die discipline wat hervormd en naar hun eigen hand gezet, waardoor de andere landen nu moeten bijbenen.Hoe hebben ze het naar hun hand gezet?Ze maken het veel fysieker, sneller en leniger, waardoor ze hun uitvallen veel groter kunnen uitvoeren. Het is aan andere landen om zich daaraan aan te passen en zich die stijl ook wat eigen te maken om mee te kunnen.Pik je als student geneeskunde iets op uit het schermen?Je leert er zeer veel uit, zoals concentratievermogen. Ze zeggen niet voor niets dat schermen snelschaken is. Je moet anticiperen op wat de tegenstander zou kunnen doen. En proberen hem een of twee stappen voor te zijn. Conditioneel is het wel niet de meest uitdagende sport. Je krijgt immers veel pauzes tussen de treffers. Maar mentaal is het zwaar en fysiek niet te onderschatten, want je staat vaak in dezelfde houding. Hoewel het een vechtsport met wapens is, komen er relatief weinig blessures voor. Je bent ook goed beveiligd omdat je drie vesten aan hebt, waaronder een in kevlar, en een masker dat elke wedstrijd gecontroleerd wordt.Je ziet er zoals de meeste schermers rank uit.Er bestaat wat dat betreft ook wel wat verschil tussen de wapens: bij floret is het beter dat je kleiner gebouwd en snel bent omdat je alleen op de romp mag raken; bij degen zie je vaak grotere gestaltes omdat je daar ver moet kunnen reiken en de tegenstander op afstand moet kunnen houden.Op het WK voor junioren behaalde je brons.Ja, dat was in Oezbekistan bij de -20. Ik had een heel goed seizoen gekend, met twee medailles in wereldbekerwedstrijden voor junioren én ik stond twaalfde op de wereldranglijst. Het goed gevoel waarmee ik aan dat WK begonnen was, heb ik de hele dag door kunnen zetten. En dan sta je ineens in de halve finale. Dat was een van de leukste dagen van mijn leven."Ga je na je studies verder blijven schermen?Het is de bedoeling dat het straks meer een hobby wordt. Ik probeer nog een plaats te bemachtigen voor de Olympische Spelen, maar daarna zie ik het meer als vrijetijdsbesteding. Ik ben ook actief als trainer in de club, misschien kan ik daarin nog groeien.