...

Het intieme Palazzo Merulana in hartje Rome vormt de ideale habitat voor het experiment. Belgische kunstenaars uit twee tijdvakken worden uitgespeeld tegenover kunstwerken uit de collectie van het museum. Uit de periode 1920-40 zijn dat onder meer Magritte, Spilliaert, Permeke, Oscar Jespers, George Minne, De Chirico, Pirandello, Balla... Hun werk wordt in relatie gebracht met hedendaagse creaties van Alÿs, Borremans, Fabre, Sofie Muller, de Italiaanse topper Maurizo Cattelan en anderen. Stuk voor stuk zijn het werken waarin de neus essentieel is, zodanig dat je soms het gevoel hebt het werk te kunnen ruiken, soms vanuit de suggestie, soms vanuit een reële ervaring. Heel bijzonder is het olfactorische werk van de Antwerpse kunstenaars Laura De Coninck en Peter de Cupere. De Coninck gebruikt al eens geuren om haar werk multisensorieel te laten inwerken bij de toeschouwer. Zij creëerde ook in samenwerking met meester parfumeur Sonia Constant en het wereldvermaarde parfumhuis Givaudan, een moedermelk parfum, Recovery. Vandaar de titel van het werk, Recovery of the good object lost. "In het parfum verwerkte ik ook een destillatie van de moedermelk zelf, om het feromoon andostrenone mee te hebben", vertelt Laura. "Het is deze stof die de baby aantrekt waardoor hij de tepel blindelings weet te vinden. Dit hormoon speelt ook op latere leeftijd een rol bij de aantrekking tussen partners." Op haar website brengt de kunstenares dit fenomeen in verband met de theorieën van psychoanalyticus Jacques Lacan. Kort door de bocht: wanneer de baby zich realiseert dat hij niet samenvalt met die moederborst, ervaart hij dit als een trauma en is hij veroordeeld om zijn hele leven lang te verlangen... Deze installatie heeft de intentie je langs je neus terug te katapulteren naar die symbiose, voor de breuk.Het werk van De Coninck is de blikvanger in zaal 1 van de expo. Het is een reusachtige borst in namaakbont die een opvallend litteken vertoont. Iedere ochtend passeert de suppoost met een flesje Recovery parfum om enkele druppels op de borst aan te brengen zodat de bezoeker zich bij het bekijken van het kunstwerk, onbewust of bewust kan laven aan de bijzondere olfactorische gewaarwording. Het werk van Peter De Cupere is van een heel andere orde. Dit Olfactorisch zelfportret is een monochroom zwart schilderij in een gouden kader, waarbij de toeschouwer uitgenodigd wordt om zachtjes over het werk te wrijven en vervolgens aan de vingers te ruiken. Door het wrijven komt een geur vrij die De Cupere omschrijft als "een zelfgemaakte geurcompositie waarin ik mezelf identificeer". De Cupere experimenteert al ruim 20 jaar met olfactorische kunstwerken en is een van de vooraanstaande artiesten op dit vlak in Europa. Voorts zijn er heel wat bijzondere neuzen te ontdekken op de tentoonstelling. Van Jan Fabre bijvoorbeeld zien we onder meer een recente sculptuur The Love for the Lie of the Imagination, een zelfportret - zo menen we - met een reusachtige Pinocchio-neus. In een ander werk zien we een replica van de persoon Jan Fabre die met bloedende neus tegen een kunstwerk aanplakt. Van Michael Borremans zien we het werk Oblivion, een portret van een man wiens zintuigen door een zwart vlak bedekt zijn. Heel bijzonder ook is het werk Fontein van Thomas Lerooy, een sculptuur in brons en marmer dat een urinoir voorstelt met daarin een reusachtige neus. Soms is de neus expliciet aanwezig in het kunstwerk, soms eerder suggestief, zoals in het werk van Spilliaert waarin je de zee als het ware ruikt, of De graanoogst van Permeke waarin je het zweet van de boer op een zwoele zomeravond meent waar te nemen. Kortom een expositie waarop heel wat te bekijken en te besnuffelen valt! Met de neus en met de verbeelding.