...

De meeste mensen gaan naar de dokter omdat ze ergens pijn hebben. Pijn is het signaal om hulp te zoeken en is dus een essentieel fenomeen, waar in zijn acute vorm gelukkig veel aan te doen valt. Maar bij één op vijf mensen wordt hun pijn chronisch. Hun pijn, want bij iedereen neemt de chronisch pijn idiosyncratische vormen aan, getekend door hun persoonlijkheid, levensomstandigheden en context.Chronische pijn is een biopsychosociaal fenomeen op de grens tussen somatische geneeskunde, geestelijke gezondheidszorg en welzijnswerk. Geen wonder dat de 'acceptance and commitment therapy' die ook in de psychiatrie opgang maakt bij chronische pijn wordt aangewend. De behandeling van pijn is vaak het onderwerp van een technisch-medische aanpak, met veel farmacologie en chirurgie. De neveneffecten daarvan zijn dramatisch groot. Die komen onder de vorm van uitbehandelde patiënten, mismeesterd door specialisten die zich op de pijnpunten concentreren en niet naar de rest van de mens kijken, ten einde raad bij pijnspecialisten als Bart Morlion terecht, met een dossier vol ingrepen zonder uitkomst, scans die in het duister tasten en een cocktail van pijnstillers en kalmeringsmiddelen waar ze moeilijk vanaf komen.Morlions visie is duidelijk: de complexiteit van chronische pijn moet interdisciplinair behandeld worden waarbij artsen, kinesisten, psychologen, sociaal werkers, verpleegkundigen, patiënten en hun naasten samen naar oplossingen zoeken. Zo doen ze dat in het Leuvens Algologisch Centrum van Pellenberg dat door Morlion is vorm gegeven en wordt aangestuurd. We moeten dus af van een reparatiegeneeskunde die drijft op ondernemerschap en werken aan preventieve geneeskunde die bekommert is om het duurzame welzijn van de patiënten.Het deskundige verhaal en de gedreven boodschap van Morlion zijn goed en belangrijk. Literair en journalistiek haalt het boek lang niet dat niveau. Het is begrijpelijk dat een druk bezet arts, professor en voorzitter van nationale en internationale Pain Societies zelf geen tijd heeft om een boek te schrijven, maar laat dat dan niet over aan een ghostwriter met beate bewondering voor zijn onderwerp dat leidt tot een boek vol nutteloze uitweidingen (waar staan de duizenden jazz-cd's van Morlion? en waar zijn zijn kookboeken verstopt?) en flauwe opmerkingen (bij het begin van een uitleg over de anatomie van de rug: 'we gaan nu de rug openleggen - maar heb geen schrik, het gaat geen pijn doen').De stijl die heen en weer zwalpt tussen de dokter zelf aan het woord (in ik-vorm) en de ghostwriter die over hem schrijft (in de hij-vorm) is bij wijlen tenenkrullend. Het duurt bijna tot bladzijde 50 voor het eindelijk over chronische pijn begint te gaan, een term die trouwens in de titel niet zou misstaan hebben. Terwijl Morlion pleit voor interdisciplinariteit en de centrale plaats van de patiënt in de behandeling, komen de stemmen van andere belanghebbenden nergens aan bod en blijft de stem van de ervaringsdeskundige beperkt tot twee klinische gevalsbeschrijvingen.Kortom, een boek vol interessante informatie, welgekomen kritiek op cannabis en homeopathie, bruikbare tips, gezonde preventieaanwijzingen en waardevolle beleidsadviezen. Maar die moet je zien te vinden tussen de journalistieke ruis.