...

Zijn atelier bevindt zich op de eerste verdieping van een arbeidershuisje in de smeltkroes van Antwerpen, Borgerhout. De kamer heeft alles wat een atelier maar kan te bieden hebben. Het lijkt alsof er een bom ontploft is die de verf in alle richtingen heeft laten uiteenspatten. Een reeks werken op canvas staat keurig opgesteld tegen de muren. "Die staan klaar voor een driedaagse internationale kunstbeurs in Kopenhagen", duidt Joachim (Lambrechts).Begin van de zomer kreeg hij zijn eerste solotentoonstelling in Londen, meer bepaald in de Kristin Hjellegjerde Gallery, een van de hotspots van New Contemporary Art. Titel van de expositie: On the Spur of the Moment. "Het verwijst naar mijn manier van werken: ik schilder wat ik voel op dat moment. Ik moet spontaan kunnen werken zoals een kind dat een tekening maakt. Als ik te hard probeer mijn best te doen om een idee in beeld te brengen, dan is het gedoemd om te mislukken." Joachim was haantje de voorste in een gezin van acht kinderen. Alleen: op school wilde het niet te best lukken. Nadat hij drie keer zijn eerste jaar kunsthumaniora had overgedaan, gaf hij er de brui aan en rolde hij van het ene baantje in het andere, als magazijnier, als heftruckchauffeur, als orderpicker... "Er moest immers brood op de plank komen. Van mijn 21ste was ik vader van een schat van een dochter... Maar mijn droom was om kunstenaar te worden. Zelfs als het niet lukt moet je het op zijn minst toch proberen om je droom achterna te gaan", en zo stopte Joachim werken in de fabriek en zette hij alles op alles om kunstenaar te worden."Op mijn eerste tentoonstelling verkocht ik nul werken, nada! Toen zat ik in zak en as. Maar als ik twijfel denk ik aan mijn grootmoeder zaliger die me steeds gestimuleerd heeft om te tekenen en te schilderen. Ze ging zelf naar de Academie en ze vond dat ik talent had. Dankzij haar heb ik volgehouden." Op zijn atelier bewaart Joachim een aquarel van zijn grootmoeder, een foto en haar urne...Sedert een jaar is Joachim gestopt met muurschilderingen, "omdat ik te veel water in de wijn moest doen". Zijn schilderijen tekent hij op achterkant. "Mijn stijl is mijn handtekening." Zoals velen vond hij inspiratie bij Haring, Basquiat en Fernand Léger. Maar zijn werk doet meer en meer aan de Vlaamse expressionisten denken met zijn grote geblokte figuren die het hele doek vullen: Permeke, Vandenberghe, Desmet. Zijn stillevens doen denken aan Jean Brusselmans, zijn boksers aan Prosper De Troyer... "Dat is dan zeker de schuld van mijn oma die me meenam naar tentoonstellingen van Vlaamse schilders."