...

Voor de vereniging van sport- en keuringsartsen SKA organiseert dr. Luc Itterbeek opleidingen. "Vanuit het gevoel dat er soms iets ontbreekt in de expertise en je altijd moet kunnen blijven bijleren", zegt hij. Maar zijn hoofdtaak ligt in de topsportschool volleybal in Vilvoorde en een huis- en sportartsenpraktijk in Groot-Bijgaarden. Wat houdt uw taak voor de topsportschool volleybal in?Er is in de topsportschool volleybal in Vilvoorde een structuur gecreëerd waar je heel snel kan bijsturen en multidisciplinair kan werken. Daar sportarts zijn is door de manier van werken in mijn ideaalbeeld bijna het perfecte plaatje. Communicatie is heel belangrijk en ik heb er bijna dagelijks overleg met kinesisten, coaches,... Dus je krijgt veel feedback, waardoor het vlot loopt, je aan blessurepreventie kan doen en je je opvolging kan individualiseren, in een omkadering met allemaal experten. Ik werk voor een deel ook op federatieniveau - wat kunnen we naar het volleybal als richtlijnen adviseren? - en in de begeleiding van de nationale jeugdploegen. Bij sommige sporters heb je die omkadering niet en dan bestaat het gevaar dat ze te snel herbeginnen door de prestatiedruk. U bent ook duikerarts.Ik doe screenings om duikersattesten te verlenen. Ik ben zelf een recreatieve duiker - het is meer aan vakanties gekoppeld. Vanuit die interesse, en om te weten wat er scheelt als ik zelf iets voor zou hebben, heb ik onder andere een cursus gevolgd bij Nelos & Mfys/VUB. Duiken vergt wel dat je je erin verdiept, want het is een andere manier van onderzoeken dan bij andere sporters. Je kan een duiker afkeuren, maar het zal misschien de enige sport zijn waarvoor hij wordt afgekeurd. Maar afkeuren gebeurt gelukkig zelden. Ik zie het meer als aanbevelingen geven om op een duurzame en gezonde manier verder te kunnen blijven sporten. U doet mee aan triatlons, staat op uw website.Hoe meer ik kan sporten, hoe beter ik functioneer. Als ik een inspanningstest afneem, doet dat zeer als je zelf niet kan sporten. In duursporten heb ik echt wel mijn ding gevonden. Onlangs heb ik deelgenomen aan een marathon. En ik ben aangesloten bij een triatlonclub. Die sport beoefenen, is binnen de tijd die ik heb niet de meest evidente keuze. Maar mij daar op voorbereiden motiveert mij om die extra tijd te vinden. Ik loop graag en fietsen probeer ik in mijn woon-werkverkeer te integreren. Zwemmen is als training moeilijker te combineren. Je kent je lichaam en je beperkingen op den duur goed. Daarom is triatlon een goede keuze, met lopen alleen zou ik te veel belasting op mij laden. Niet elke sporter luistert even goed naar zijn lichaam.Je moet een sporter soms ook een beetje beschermen. Bij sommigen merk je dat op jonge leeftijd de druk vrij groot is voor bepaalde selecties. En dat ze je bepaalde zaken soms niet vertellen, waardoor ze op korte termijn een selectie kunnen behalen, maar op de lange termijn wel hun carrière hypothekeren. Vaak worden dingen van jongeren verwacht die nog niet aan de orde zijn. Zo snel mogelijk de Mont Ventoux op rijden bijvoorbeeld. Sporters zijn nu meer op de hoogte dan tien jaar geleden, maar gezond verstand en een goed gevoel blijven nog altijd het belangrijkste. Hoe meer tools, hoe moeilijker het wordt door het bos de bomen nog te zien. Ik krijg vaak sporters op bezoek die zich willen laten testen omdat ze er niet meer aan uit geraken. Als je tools goed gebruikt, zijn ze een meerwaarde. Maar een gevoel kan je niet registeren. Dat is belangrijk om rekening mee te houden. Hoe groot is de kloof tussen huisarts en sportarts zijn?Ik denk dat beide complementair zijn en mekaar versterken. Die diversiteit houdt mijn blik open. Want we moeten opletten dat we niet te snel denken dat we het gevonden hebben. We moeten ruimer blijven denken en ons afvragen: zijn we niets aan het missen? Als huisarts adviseer ik dat veel bewegen en gezonde voeding cruciaal zijn. Ik zal bij sommige kwalen als eerste stap in de behandeling eerder een boekje bovenhalen met een schema om te bewegen. Dat is een automatisme geworden dat ik niet had toen ik van de schoolbanken stapte. Een website die bij mij vaak openstaat, is Google Maps. Ik vraag patiënten vaak hoe ze naar de praktijk zijn gekomen, en dan schenkt het mij voldoening als iemand de volgende keer te voet of met de fiets komt.