Regelmatig zoomt Artsenkrant in op recente ontwikkelingen binnen de healthtechsector. Health technology is een van de snelst groeiende startupscènes in ons land. Deze aflevering: de zorg(medewerkers) in de eerstelijnspraktijk beter en efficiënter coördineren.
...
In januari van dit jaar rondden Max Van de Ven, Ruben Styl en Stijn Bruggeman (niet bij het interview aanwezig) de Health RampUp af van BlueHealth Innovation Center, een zes maanden durend coachingprogramma voor kersverse healthtechstartups. Max is apotheker van opleiding, Ruben werkt als basisarts in een wijkgezondheidscentrum en zet in september zijn geneeskundetraject verder als huisarts in opleiding. Ze zijn studievrienden. Met allebei een achtergrond in het (bio)medische, gebeurt het al eens dat het gesprek op gezondheidszorg komt. Ruben Styl: "Eind 2021 schreef Max een korte paper over het wetenschappelijke potentieel van Patient-Reported Outcome Measures, ook wel 'PROMs' genoemd. Zijn idee was om dergelijke vragenlijsten ook in de huisartsenpraktijk te introduceren zodat huisartsen de zorg voor hun patiënten beter kunnen opvolgen. Ik bracht hem in contact met Stijn, die software- ingenieur van opleiding is. Hun plannen maakten mij zo enthousiast, dat ik niet veel later ben aangesloten." Max Van de Ven: "Al snel bleek dat om binnen de eerste lijn vragenlijsten te kunnen gebruiken, eerst een duidelijk beeld nodig is van de populaties bij wie er gezondheidsacties kunnen worden genomen. In eerstelijnspraktijken zijn de patiëntendossiers vaak nog onvolledig gecodeerd waardoor het moeilijk is om een accuraat overzicht van de populatie te bekomen." Ruben Styl: "Uit gesprekken met huisartsen bleek ook dat PROMs an sich niet zouden volstaan om een positieve impact te hebben op de opvolging en bij uitbreiding coördinatie van zorg in de eerstelijnspraktijk. Wel kwam in deze gesprekken vaak de nood aan digitale hulpmiddelen bovendrijven met als doel de efficiëntie en kwaliteit van zorg binnen de praktijk te verhogen. Op deze insteken hebben we vervolgens voortgebouwd." Vandaag werken Max, Ruben en Stijn aan een digitale tool om multidisciplinaire samenwerking binnen (en op termijn buiten) de praktijk te stimuleren. Ruben Styl: "We zien dat huisartsen meer en meer een zorgcoördinerende rol opnemen binnen multidisciplinaire eerstelijnspraktijken. Met het aanwerven van zorgpersoneel gaat vaak echter een bijkomende administratieve last gepaard. Dat is contradictorisch. Met onze tool bieden we een handvat om zorg en zorgpersoneel zo efficiënt mogelijk te coördineren." Styl geeft het voorbeeld van werken met een praktijkassistente- of verpleegkundige. "Om als huisarts taken of verstrekkingen te kunnen delegeren, is er een goed overzicht nodig van de doelpatiëntengroepen." "Wat we nu vaak zien, is dat data uit het EMD worden geëxtraheerd naar een Excel-file. Met die Excel-file gaat de verpleegkundige vervolgens aan de slag om opvolgingsacties of preventieve acties op te zetten. Dat is een tijdrovend en omslachtig proces. Veel makkelijker en sneller zou zijn dat je de beoogde patiëntenpopulaties in de gegevensdatabase kan oproepen en selecteren, denk bijvoorbeeld aan 'alle diabetespatiënten die de laatste zes maanden niet op consult zijn gekomen'. Onze tool maakt dat mogelijk." "Zie het als een dashboard dat fungeert als dynamische laag boven het EMD en data uit het EMD werkbaar maakt voor de huisarts, praktijkverpleegkundige of andere eerstelijnswerker", vult Max Van de Ven aan. Ruben Styl: "Precies. Zodat zij het veelvoud aan beschikbare data in de eerstelijnspraktijk optimaal kunnen benutten. Dat maken we mogelijk door de beschikbare data met behulp van artificiële intelligentie te coderen en in een overzichtelijk geheel te brengen. En bovenal, zonder dat er een data-analist aan te pas moet komen, want dat kan uiteraard niet de bedoeling zijn." Naast een duidelijk en gestructureerd overzicht van de patiëntenpopulaties en hun data zijn protocollen het middel bij uitstek om geïntegreerde zorg en interdisciplinaire samenwerking in een praktijk op te zetten. Max Van de Ven: "In onze tool willen we dan ook praktijkverpleegkundigen ondersteunen in het protocollair uitvoeren van specifieke gedelegeerde taken en verstrekkingen. Vanuit de overheid komen er incentives om met praktijkverpleegkundigen aan de slag te gaan, maar er zijn tot op heden weinig hulpmiddelen voorhanden die specificeren hoe men die praktijkverpleegkundige nu het beste kan inzetten. Uit gesprekken met eerstelijnspraktijken in het Antwerpse en docenten van een ViHP-opleiding, weten we dat momenteel druk aan protocollen gewerkt wordt, maar dat het nog moeilijk is om een doelpopulatie voor een welbepaald protocol te identificeren. Hier willen we met onze tool ondersteuning bieden." Om nog beter zicht te hebben op de behoeften en noden van huisartsen(praktijken), houden de oprichters nog volop gesprekken met huisartsen. "We zijn op zoek naar huisartsen die met ons willen co-creëren. De software is in ontwikkeling. In 2024 willen we starten met een pilootproject in Vlaanderen." Ondertussen deelde Co-Medic een subsidieaanvraag in bij VLAIO (Agentschap Innoveren en Ondernemen van de Vlaamse overheid) en bereiden Max, Ruben en Stijn zich voor op een aanmelding voor het acceleratieprogramma van imec.istart. Aan toekomstvisie en -plannen alvast geen gebrek. "Eens er zicht is op de doelpopulaties kunnen ter voorbereiding van consulten ook gevalideerde vragenlijsten uitgestuurd worden", vertelt Ruben Styl enthousiast, "wat aansluit bij ons oorspronkelijke idee om met vragenlijsten te werken binnen de eerstelijnspraktijk". Max Van de Ven: "Veel zo niet de meeste van de vragen op deze vragenlijst worden nu door de arts of praktijkverpleegkundige tijdens het consult gesteld, de patiënt heeft op zijn beurt parameters mee die de thuisverpleegkundige op een papiertje geschreven heeft. Door de patiënt een digitale vragenlijst te sturen in de aanloop van een consult, kunnen thuisverpleegkundigen, maar ook mantelzorgers meehelpen met het invullen ervan. Deze gegevens komen dan bovenop de parameters die in praktijk gemeten worden. Zo ontstaat er een digitale verbinding tussen de patiënt, het zorgnetwerk rond de patiënt en de huisartsenpraktijk. Het doel van deze vragenlijsten is de opvolging van chronisch zieken te ondersteunen, waarbij de patiënt en zijn omgeving worden opgeleid in wat belangrijk is om op te volgen." Maar, zo zegt Max Van de Ven in eenzelfde adem, "belangrijk is om stap per stap te gaan in het ontwikkelingsproces. In eerste instantie willen we nauw aansluiten op de huidige workflow van de huisartsenpraktijk. Op termijn willen we mee helpen bouwen aan een meer overkoepelend patiëntendossier, en de bredere eerste lijn digitaal beter met elkaar te verbinden."