...

Minister Vandenbroucke zou naar een optionele derdebetalersregeling willen evolueren, ook bij de tandarts. Dat wil zeggen dat de patiënt aan de tandarts enkel het aandeel betaalt dat door de ziekteverzekering niet wordt vergoed. Dit is een druppel op een hete plaat en zal het weinig veranderen aan de toegang tot de mondzorg.Het probleem binnen de tandheelkunde is dat er voor veel behandelingen helemaal geen terugbetaling bestaat, of dat het bedrag dat wordt terugbetaald heel laag is. Ik neem nu het voorbeeld van een parodontale behandeling, die moet voorkomen dat je tanden verliest door een aantasting van het steunweefsel.Als je 55 jaar bent of ouder, dan wordt die gewoon niet meer terugbetaald. Wat haalt een derdebetalerregel dan uit? De drempel blijft voor die mensen net even hoog. Er moet daarentegen eerst een complete herziening komen van de tandheelkundige nomenclatuur, waarbij er veel meer wordt ingezet op preventie. Op die manier kan je dure behandelingen voorkomen of zoveel mogelijk beperken. Maar daar zet deze regering blijkbaar niet op in. Tekenend daarbij is dat er voor de mondhygiënisten, dat zijn bachelors in de mondzorg die gespecialiseerd zijn in preventie, nog helemaal géén nomenclatuur voorhanden is. Terwijl er al verschillende lichtingen mondhygiënisten zijn afgestudeerd in Vlaanderen. Dát zijn de zaken waar de minister prioriteit aan moet geven. Ik heb overigens samen met enkele collega's een voorstel van resolutie geschreven met voorstellen om de mondzorg toegankelijker en betaalbaar te houden.