Dokter Christophe Roman werd tweede op het Belgisch kampioenschap waterski in de categorie 35+. Maar daar neemt hij geen genoegen mee.
...
Dokter Christophe Roman: "Tweede worden op het Belgisch kampioenschap 35+ was mooi, maar de bedoeling is dat ik ooit een keer in de open categorie op het podium kan staan." (lacht) Dokter Roman is arts-specialist in de fysische geneeskunde en revalidatie in het AZ Sint-Elisabeth in Zottegem. Hij houdt zich vooral bezig met sportgeneeskunde, en sport een paar keer per week. "Ik heb dat echt nodig", zegt hij. Hoe kwam u in het waterskiën terecht? Mijn vader had een boot, waarmee ik vanaf mijn tiende op het Gardameer in Italië ben beginnen te waterskiën, een weekje of twee in de zomer. Eigenlijk voetbalde ik vooral, waardoor weinig tijd overbleef om te waterskiën. Maar met voetballen ben ik door blessures moeten stoppen, waardoor ik - om mijn energie kwijt te kunnen - vanaf mijn 22 jaar intensiever ben gaan waterskiën. Ik ben competitief aangelegd en omdat waterskiën niet zoveel beoefend wordt in België, zag ik mogelijkheden om daarin in competitieverband iets te bereiken. U werd tijdens het Belgisch kampioenschap tweede. Een prestatie waar u trots op kunt zijn, me dunkt. Of steekt het dat u niet eerste werd? Ik ben er blij mee. De tweede plaats was buiten verwachting goed, omdat het mijn eerste echte wedstrijd was. Mijn trainingsmaat, Basile Graux, werd eerste. Het zou bizar zijn mocht ik hem ooit kunnen verslaan, maar het zou leuk zijn mocht ik ooit een keer eerste worden. Mijn voordeel is dat ik wedstrijdspanning positief kan omzetten, terwijl anderen dan vaak minder goed presteren. Gaat u voor wedstrijden ook naar het buitenland? Voorlopig niet, maar dat is wel de bedoeling. Basile is bij het Europees kampioenschap vierde geworden. Mocht ik meegedaan hebben, zou ik de top tien moeten hebben kunnen halen. Twee jaar geleden had ik niet gedacht dat ik nu zo ver zou staan, maar op zondagmiddag krijgen we - we zijn met een tiental - les in de techniek, dat brengt ons veel bij.Wat zijn uw vooruitzichten? Basile is 42 en wordt nog elk jaar beter, ook al is hij op zijn twaalfde begonnen met skiën. Hoe ouder je wordt, hoe beter je je lichaam beheerst. Ik ben 37, ik denk dat ik nog progressie kan maken. Hoe vaak traint u? Een trainingssessie duurt maar een kwartiertje. 's Winters fiets ik, na de Ronde van Vlaanderen, die ik als liefhebber fiets, begin ik te waterskiën. Omdat ik pas laat ben begonnen met het slalommen, de discipline die ik nu in competitieverband doe, maak ik trager vorderingen dan iemand die jonger is. Daarom train ik relatief veel, zeker drie à vier keer per week. Ik slalom één tot drie sessies per dag. Je moet dan achter een boot zes boeien ronden. Dat is een explosieve, krachtige inspanning. Je kan dat maar een minuut of tien per sessie volhouden. Dat maakt ook dat het perfect te combineren is met mijn job en mijn gezin.Doet u naast slalommen ook sprongen en acrobatieën? Alleen slalom. Ik ben te oud om het figuurskiën nog aan te leren. Het springen kan ik fysiek niet aan. Mijn heupen zouden breken als ik dat doe. (lacht) Dat is een overblijfsel van de slijtage van het voetballen. Maar slalommen kan je, als je het technisch goed uitvoert, bij wijze van spreken tot je tachtigste doen. Bij ons in de club zijn twee skiërs van in de 70, en ze skiën evenveel als ik. Ze zijn superfit. Een waterskiër heeft een bijna perfect evenwichtig lichaam. Waterskiën is een goede training voor je core stability, je arm- en je beenspieren. Het is alleen niet zo'n toegankelijke sport.Nee, er zijn niet veel locaties waar het kan, je moet over een boot en materiaal kunnen beschikken. En het is redelijk duur. Om 55 kilometer per uur te varen, verbruikt de boot wel wat benzine. Het lijkt ontspannen achter een boot hangen, maar Michael Dehaspe, de fotograaf die mee was aan boord, zegt dat het er van dichtbij uitziet als topsport. Als de boot 55 kilometer per uur vaart, kom je bij het ronden van de boeien misschien wel aan 100 kilometer per uur. Het is afremmen en in één seconde optrekken. Die acceleratie en de G-krachten zijn bijna dezelfde als in een formule 1-auto. Als je niet in balans op je ski staat, word je weg gekatapulteerd. Als je in het voorjaar aan het seizoen begint, is het telkens een beetje schrikken hoe snel dat gaat. Het is intens en explosief. Maar mijn heupen zijn er wel beter van geworden. Sinds ik waterski, kan ik weer een keer per week zonder veel last een beetje minivoetballen. (lacht)