...

Onze gps leidt ons naar Edegem, waar het nieuwe revalidatieziekenhuis RevArte in 2012 de deuren opende. De nieuwbouw staat naast het UZA en kan zo'n 300 patiënten opvangen.Terwijl ik in de inkomhal sta te wachten op algemeen directeur Ludo Splingaer en directeur Strategie en Wetenschappelijk Beleid Christophe Lafosse, die mij vandaag zullen rondleiden, trekt een groot, modern kunstwerk mijn aandacht. Een verwijzing naar RevArte - de kunde en kunst van het revalideren, zal ik later leren.RevArte is het grootste revalidatieziekenhuis van België. Het biedt een residentieel en ambulant zorgaanbod aan, met focus op vier diagnosegroepen: locomotorisch, amputatie, dwarslaesie en hersenletsels. Het maakt deel uit van de grotere zorggroep MKL vzw (Maatschappij van Kristelijke Liefdadigheid), met woonzorgcentra en gehandicaptenvoorzieningen.We beginnen ons bezoek in de bewegingsruimte, het 'kloppend hart' van het ziekenhuis - wat het OK zowat is voor een algemeen ziekenhuis. De zaal is opgedeeld volgens de specialisatiegebieden van de therapeuten, legt Christophe Lafosse uit. In een eerste deel zijn ergotherapeuten bijvoorbeeld met orthopediepatiënten aan het trainen op valpreventie. In het daaropvolgende gedeelte leren amputatiepatiënten zich te bewegen met een prothese, enzovoort.Beweging wordt hier opgevat in de brede zin van het woord, zegt Christophe Lafosse. De activiteiten overstijgen het louter versterken van spieren. Sport- en bewegingstherapeuten leren patiënten ook zinvol te bewegen, denk aan het besturen van een handbike, het gebruik van openbaar vervoer, maar ook sportactiviteiten. "Elk jaar doen we ook mee aan de Antwerp 10 Miles. Sommige patiënten hebben een voorbeeldfunctie opgenomen op vlak van sport."Gemiddeld verblijven patiënten zo'n 45 dagen in RevArte, vervolgens stappen ze over naar dagtherapie of ambulante revalidatie. Ik spreek met Mon, die drie jaar geleden getroffen werd door een beroerte. "Ik moest gevoed worden met een lepeltje", herinnert hij zich. Zelfstandig eten ging niet meer, laat staan zich bewegen. Na vier maanden intensieve therapie in RevArte begon hij zijn mobiliteit terug te winnen. Vandaag volgt hij dagtherapie. Daarvoor komt hij tweemaal per week naar het ziekenhuis - "gelukkig heb ik een goede vrouw die me telkens brengt en komt halen". Hij hoopt nog lang naar het ziekenhuis te mogen komen. "Ik besef heel goed dat ik alleen maar achteruit kan gaan. Om te kunnen blijven zoals ik nu ben, moet ik hard werken. Ze helpen me hier, ik word goed begeleid."Uit de meest recente tevredenheids-enquête bij patiënten blijkt dat meer dan 98% van de patiënten opnieuw voor RevArte zouden kiezen mochten ze in dezelfde situatie zitten, merkt Ludo Splingaer fier op. "Menselijk contact, vriendelijk zijn, is een van onze kernwaarden."Mon is niet meer van de jongsten. Naast hem behandelt RevArte ook heel wat geriatrische patiënten. Anders dan de andere revalidatieziekenhuizen in ons land, heeft dit categorale ziekenhuis ook 52 geriatriebedden, zowat een vierde van het totale aantal bedden."Nog een verschil met sommige andere revalidatieziekenhuizen is dat we in RevArte twee artsen aan een behandeling koppelen: naast de revalidatiearts een geriater of internist", zegt Ludo Splingaer. In het ziekenhuis zijn in totaal zes artsen werkzaam.Aanpalend aan de bewegingsruimte ligt een tuintje. Er is ook aandacht voor groen, zeg ik. Alleen is dit niet zomaar een tuin, maar een proeftuin, vertelt Christophe Lafosse. Patiënten leren er stappen en zich te bewegen op verschillende soorten ondergronden, en om te gaan met obstakels zoals bijvoorbeeld een trapje of helling. In weer en wind wordt er met de patiënten geoefend; immers, in het echte leven kan het ook regenen of sneeuwen.Gebeurt het dat patiënten soms moeten terugkeren naar RevArte, vraag ik, omdat het thuis niet blijkt te lukken? "Zoveel als mogelijk worden patiënten voorbereid op 'de grote terugkeer'. Net zoals in de proeftuin wordt daarvoor geoefend op 'dagelijkse' situaties, zoals in de keuken staan en koken, strijken, de was doen, op de computer werken, enz.""Tijdens een hospitalisatie worden ook proefweekends ingelast, zodat de patiënt in kwestie al eens kan proberen of het thuis lukt. Als we menen dat een patiënt daar niet klaar voor is, wordt de revalidatie voortgezet in het dagziekenhuis."De rondleiding leidt ons naar een apart gedeelte van het gebouw, waar de jongvolwassenen tussen 16 en 30 jaar oud verblijven. "Hun specifieke leefwereld en noden vragen een andere inrichting, waardoor je deze groep moeilijk op een zelfde afdeling kan onderbrengen als pakweg geriatrische patiënten", zegt Christophe Lafosse.Aan de muren springen foto's in het oog van enkele jonge revalidanten. Het resultaat van een fotoreportage, gemaakt tijdens een uitstap. "Hier worden vriendschappen voor het leven gesmeed."