...

Het minste wat je kan zeggen, is dat Monks verjaardag op 10 oktober niet onopgemerkt voorbijging. Zo was er die dag in het Brusselse Flagey een heuse Monk-marathon waarbij 's mans muziek zeven uur lang in de inkomhal werd gedraaid door jazzkenner Marc Van den Hoof. En daar blijft het niet bij. HommageIn datzelfde Flagey presenteert pianist Jason Moran later deze maand In My Mind. Met dat multimediale project herinterpreteert hij het historische concert dat Monk op 28 februari 1959 gaf in het New Yorkse Town Hall. Een dag later doet Moran dit in de Antwerpse concertzaal De Roma nog een keertje over. Ook het Brussels Jazz Orchestra plant een Monk-hommage onder de noemer MONK'estra.Sowieso werd Monks erfenis steeds al goed in leven gehouden. Dat is onder meer te danken aan zijn zoon, de drummer T.S. Monk, die ter nagedachtenis van zijn vader in 1986 het Thelonious Monk Institute of Jazz oprichtte. Deze organisatie is actief op educatief vlak, stichtte de Thelonious Monk International Jazz Competition, en nam mee het initiatief tot International Jazz Day.Een geval apartMaar wat precies maakt het genie van Thelonious Monk uit? Met Dizzy Gillespie en Charlie Parker lag Monk aan de basis van de eerste vorm van moderne jazz, de zogenaamde bebop. Ook binnen die stijl echter was Monk een buitenbeentje, een geval apart, iemand die geheel zijn eigen weg ging. Met als gevolg dat hij pas op het eind van de jaren 1950 echt erkenning vond. Vandaag de dag is Monk, naast Duke Ellington, de meest gespeelde jazzcomponist. In totaal schreef Monk een 70-tal composities. Enerzijds mijmerende en melancholische stukken van een indringende schoonheid, zoals Monk's Mood en het overbekende Round Midnight; anderzijds dartele, haast kinderlijk speelse stukken als Epistrophy en Straight, No Chaser. Alle hebben ze iets hoekigs, iets dwars. Monk slaagde erin om schijnbare uitersten te verenigen: consonantie en dissonantie, swing en non-swing, eenvoud en complexiteit... Ook als pianist viel Monk niet onder één noemer te vangen: hij was geworteld in de traditie van de gospel, de zogenaamde 'stride piano' en de blues, maar baande ook de weg voor latere vrije jazzvormen.EnigmatischOver Monks persoonlijkheid is haast evenveel geschreven als over zijn muziek. Net als Gillespie, had hij een eigen manier van kleden, met pet en zonnebril, vaak strak in pak. Op menselijk vlak kon het verschil met de extraverte, joviale Gillespie echter niet groter zijn. Monk stond bekend als gesloten en zelfs enigmatisch. Mijn vader (jazzkenner Juul Anthonissen, over wiens collectie een tentoonstelling loopt in Cultuurcentrum Zwaneberg, tot 12 november, n.v.d.r.) vertelde me de anekdote dat hij na een concert in Brussel met Monk in een lift belandde en een poging ondernam om een gesprek aan te knopen. Het was alsof hij tegen een muur praatte. Monk gaf geen kik, en leek mijn vaders aanwezigheid zelfs niet te registreren. Over de achtergronden van zijn gedrag doen verschillende verklaringen de ronde. Sommige bronnen spreken van een ongedefinieerde psychische aandoening; andere wijzen op een vorm van hersenschade die hij zou hebben opgelopen na een foute diagnose en remediëring. Bij het begin van de jaren 1970 verdween Monk van het toneel. Zijn laatste jaren bracht hij door in isolement. Hij overleed op 17 februari 1982 aan de gevolgen van een beroerte. Het project In My Mind - Monk at Town Hall, 1959 van Jason Moran speelt op vrijdag 27 oktober om 20u15 in Flagey, Elsene (www.flagey.be) en op zaterdag 28 oktober om 20u in De Roma, Borgerhout (www.deroma.be).