...

Het interview vindt plaats in de gigantische galerie die Tim Van Laere eerder dit jaar opende op Nieuw Zuid in Antwerpen. Rinus Van de Velde is samen met de galeriehouder de laatste details aan het regelen voor de grote opening en stelt voor dat ik al even de totaalinstallatie doorloop. Bij het wandelen door de decors herken ik de 'diner' uit de film met de gigantische hamburger van karton. Het is als lopen door een van de vele Amerikaanse films die in het geheugen zitten vastgeroest. De lange hotelgang doet automatisch aan The Shining van Stanley Kubrick denken. Bij de kamernummers denk ik aan 2046 van Wong Kar-Wai die de titel van zijn film reeds via een nummer in een eerdere film aankondigde. Dan belanden we voor een hemelsbreed filmscherm waar je vanop de lange houten zitbank in de beelden van Van de Velde's eigen film wordt opgezogen. We schrikken haast omdat we de kersverse filmmaker niet hadden horen binnenkomen.Wat deed je besluiten om een film te maken naast de kleinere kleurtekeningen/ gigantische houtskooltekeningen en ook keramiek die je blijft produceren?Voor mijn grote houtskooltekeningen bouwde ik steeds eerst een decor in mijn atelier en dat fotografeerde ik. Op basis van die foto maakte ik een grote tekening, enigszins te vergelijken met een schilder die eerst een schets maakt. Als ik dan mijn tekening zag, schrok ik er steeds van hoeveel details er verloren waren gegaan. Ik abstraheer veel. Het interesseert mij niet om alles in detail te tekenen. Het decor is eigenlijk heel knap als sculptuur op zich, is helemaal uitgewerkt en beschilderd. Dat beeld verlies ik dan. Daarom toonde ik in het verleden ook al op tentoonstellingen af en toe de decors. Het is schier onmogelijk alles bij te houden en te exposeren. Toen ik een film over André Bréton zag waarin men diens appartement filmde na zijn dood, besefte ik dat een camera het perfecte instrument vormt om die decors te documenteren. Dus besloot ik de decors te filmen, stills eruit te nemen en die te tekenen. Tijdens dat proces dacht ik 'mijn werk is zo filmisch, waarom probeer ik er niet ineens een film van te maken'. Dat was twee jaar geleden.Je besloot in alle rust in het zuiden van Frankrijk aan het scenario te werken, maar daar kwam niet het gewenste resultaat uit?Ik had daar een te romantisch idee van. Een script schrijven is een apart métier en dat beheers ik niet. Mijn werkwijze is andersom in feite. Ik bedenk beelden en terwijl ik daaraan werk komt er een verhaal bij. Door te beginnen filmen en te monteren ontstond het verhaal zelf. Als je twee scènes na elkaar plaatst, communiceren die met elkaar en kan de kijker een verband zien. Ik film de bergen waarop je een huis ziet. Het volgende shot is een schilder in een atelier en dan kan je vermoeden dat het atelier zich in dat huis bevindt. Die connectie zie je veel minder met twee tekeningen naast elkaar. In het begin dacht ik een voice over te gebruiken of ondertitels zoals bij mijn tekeningen. Na de montage bleek dat niet nodig. We zijn als Vlaming geconditioneerd om ondertitels te lezen en dat leidt af van het visuele.Letterlijk alles is decor, zelfs geen echte tv, een afzetten tegen overdreven realisme van films en televisie? De vondst van de acteur die met zijn hoofd achter dat televisietoestel staat is fenomenaal. Ik had het alvast niet door.Ik wil niet buiten filmen. Dat is sowieso de eerste premisse. Daardoor moet ik nadenken hoe ik alles namaak. Vanwaar die nood komt om in mijn atelier te blijven, geen idee. Mijn manier om de werkelijkheid te leren kennen gebeurt via mijn fantasie. Om het voorbeeld van de 'diner' te gebruiken. Als ik op zoek zou gaan naar een bestaande eettent, zal die nooit tegemoetkomen aan wat ik in gedachten heb.Je laat de beelden voor zich spreken. Toen ik de film bekeek, zat ik in het begin te denken 'Wat bedoelt hij met dit of dat personage ?' Van zodra ik dat losliet, geraakte ik er echt in. Moet je kunst helemaal vatten ?De personages verwijzen soms naar personen die inspireren. In de schilder die ondersteboven hangt, kan je Baselitz en Pollock herkennen. Bij de monoloog op de berg kwam de inspiratie van Thierry De Cordier. Allemaal betekenissen die je niet noodzakelijk moet snappen, zolang het voor mij maar klopt. Daarom wens ik er ook geen handleiding bij te geven die de personages uitlegt, iets wat ik met de ondertitels van mijn tekeningen soms te veel doe. Ik hou het meest van films die in mijn hoofd blijven malen.Welke films/regisseurs inspireren jou?Ik ben een enorme fan van Werner Herzog. Hoe hij vertelt dat zijn documentaires meer fictie zijn en zijn films meer documentair, wow. Hij gaat zo ver om te filmen wat hij in gedachten heeft, tot een boot over een berg trekken in Fitzcarraldo of filmen op een eiland waar een vulkaan op uitbarsten staat. Dingen die ik zou verbeelden in mijn werk maar niet aan de lijve zou willen ondervinden. Zo ook de personages in mijn film die ik in omstandigheden afbeeld, die ik zelf niet wil meemaken, vandaar de fictieve autobiografie.Rinus Van de Velde, The Villagers van 5 september tot 12 oktober in Tim Van Laere Gallery, 2000 Antwerpen. Alle info op TimvanLaeregallery.com.