...

In zijn Heer der planten beschrijft Carlos Magdalena zijn wereldomspannende pogingen om zeldzame, bedreigde en vermeend-verdwenen plantensoorten terug te vinden en een tweede kans te geven. Hij kreeg op zijn 30ste een stageplaats in Kew op basis van zijn 'zesde zintuig' om planten die niet wilden bloeien of zaad dragen toch zover te krijgen dat ze gingen voortplanten. Redder der plantenMagdalena doet dat niet alleen in de kweekkassen en laboratoria in Londen. Hij trekt de wereld rond om lokale botanici en tuiniers op te leiden om verdoemde, vergeten en vaak unieke soorten te helpen overleven. Vaak hangt dat samen met de ecologische omstandigheden en de ecosystemische complexiteit waarvan het uitzaaien en uitplanten afhankelijk is. Een plant staat nooit alleen want heeft een specifieke plaats of functie in een groter geheel. Magdalena haalt met zijn groene vingers planten terug van de vergetelheid, planten die door anderen al waren afgeschreven als botanische geschiedenis. Naast boeiende reisverhalen, van de Peruaviaanse kustwoestijn tot de Australische outback, kom je terecht in spannende scènes die in een thriller niet zouden misstaan. Hoe hij bijvoorbeeld enkele zaden terugvindt in de lijm van een dichtgekleefde omslag of een laatste exemplaar in een kleine bron.Zijn ultieme boodschap is daarbij klaar en duidelijk: één vijfde van alle plantensoorten staan op punt te verdwijnen. Terwijl mensen ze nodig hebben voor voedsel, kleding of gezondheid en voor de levensnoodzakelijke zuurstof die ze uitademen. Zonder planten zijn we nergens en te weinig mensen zijn daarvan doordrongen.Botanisch IQIn zijn epiloog opent Magdalena een nieuw perspectief. Planten zijn meer dan levensnoodzakelijk, ze zijn ook intelligent. Planten spreken niet en bewegen niet maar dom zijn ze allerminst. Die stelling werkt Stefano Mancuso uit in Briljant groen, geschreven samen met de wetenschapsjournaliste Alessandra Viola. Planten moeten energie vinden, zich voortplanten en belagers afweren. Om dat mogelijk te maken zijn ze slim en gevoelig. Ze hebben minstens 15 zintuigen waarmee ze licht kunnen waarnemen, net als elektromagnetische straling, het magnetisch veld, de zwaartekracht en concentraties van vluchtige en vloeibare stoffen. Ze communiceren via vluchtige chemische moleculen met andere planten en organismen. Overleven stelt hen voor problemen allerhande en zij hebben de intelligentie ontwikkeld om die op te lossen. Ze vinden de weg naar het zonlicht, waarvan ze afhankelijk zijn voor hun fotosynthese. De vleesetende planten (er zijn 600 soorten carnivore planten bekend) die complexe strategieën hebben ontwikkeld om hun prooi te vinden, vangen en verteren. Planten zijn vindingrijk en sensitief. Ze kunnen dingen onthouden (wat nodig is als je wil overleven in een ingewikkelde en immer veranderende wereld) en combineren flexibiliteit met standvastigheid. Plantaardig internetMancuso put uit een leven lang eigen experimenteel werk en dat van vele collega's om aan te tonen dat plantenintelligentie geen loze metafoor is. Het bewijs is stilaan onontkoombaar dat de intelligentie van planten schuilt in hun wortelstelsel. Worteltippen geven signalen af, net als neuronen in de hersenen. Een enkele worteltip kan niet veel maar één wortelsysteem omvat gemakkelijk miljoenen wortelpunten.Planten hebben zo een netwerk van kleine rekeneenheden, een soort plantaardig internet. Deze evolutionaire oplossing maakt het mogelijk dat een plant zelfs kan overleven na 90 procent van zijn biomassa te verliezen. Mancuso treedt hiermee in de voetsporen van Charles Darwin die anderhalve eeuw geleden al schreef dat "de kiemwortel werkt als het brein van de lagere diersoorten". Planten zijn zo geëvolueerd dat ze vraat, brand of kap kunnen overleven. Daarom hebben planten geen centraal brein, het zou hen te kwetsbaar maken. Het ontbreken van een brein wil daarom niet zeggen dat ze niet intelligent zijn. We moeten één plant leren zien als een kolonie met een gedistribueerd brein, eerder dan als een individu. Filosofisch een brug te verDieren en planten zijn het resultaat van twee verschillende evolutionaire wegen. Planten leven in een heel andere, tragere tijdsdimensie dan dieren, onzichtbaar voor het hoogfrequente dierenleven. De meeste biologen hebben zich daarom bezig gehouden met genen en moleculen van planten, niet met hun gedrag. Laat staan met hun intelligentie, voor velen nog een filosofische brug te ver.Dankzij het werk van Mancuso en collega's en dit ogenopenende en leesbare boek kan daar nu verandering in komen. Dat is hoog tijd. Zowat 99 procent van de biomassa op deze planeet bestaat uit planten. De dieren en de mens als één soort binnen het dierenrijk zijn er volkomen afhankelijk van. Van de planten weten we nog zo goed als niets. Volgens de meest optimistische schattingen kennen we (misschien) al de helft van alle plantensoorten. Onbekend en onbemind verdwijnen ze samen met grote delen van de vegetatie van de aarde, gebulldozerd om plaats te maken voor meer mensen. De planten zijn een drijvende kracht achter de planetaire biofysische processen (van zuurstofvoorziening tot regenval). Zij zijn de sleutel voor een leefbare toekomst. Mancuso en Magdalena geven al dat stilzwijgende groen een stem die node moet gehoord worden.Carlos Magdalena, Heer der planten. Avontuurlijke reizen door het plantenrijk. Oorspronkelijke titel: The Plant Messiah, vertaald door Hanneke Bos. Atlas Contact, 300 blz, 24,99 euro.Stefano Mancuso en Alessandra Viola, Briljant groen. De intelligentie van planten. Oorspronkelijke titel: Sensibilità e intelligenza del mondo vegetale, vertaald door Etta Maris. Uitg. Cossey, 175 blz, 22,99 euro.