...

De vrouw die naast mij aan het onthaal van het UZ Brussel staat, heeft een afspraak in het mortuarium. "Mijn man is vannacht overleden", hoor ik haar zeggen. De harde covidrealiteit van het ziekenhuis komt meteen bij me binnen. Qua overlijdens was het evenwel een minder drukke nacht, vertelt Ron Embrechts, hoofd Facilitaire Diensten van het UZ Brussel, me even later. Ook al blijft de situatie sinds maart van vorig jaar onverminderd acuut. "Ik merk dat een deel van het personeel in eufemismen begint te praten, en dat is veelzeggend", zegt Embrechts. "Zo spreken zij niet langer over het mortuarium, maar over 'de -2'. Alsof het daardoor voor hen minder hard wordt als ze iemand daarnaartoe zien vertrekken."In die omstandigheden besliste het UZ Brussel om te participeren aan het project KVS BREEKT UIT II (zie ook AK 2655): "Het was hoog tijd om te zorgen voor een beetje ontspanning voor de mensen hier, en tegelijk een teken te geven dat oude waarden als kunst en cultuur nog bestaan."Op een moment dat reguliere voorstellingen nog steeds onmogelijk zijn, breekt KVS uit richting de stad. In het UZ Brussel vond het Brusselse stadstheater een gewillige partner. Tot en met eind april zullen artiesten uit diverse disciplines op gezette tijden instaan voor culturele pauzes in het UZ Brussel. Zeer kleinschalig en met aandacht voor alle geldende veiligheidsvoorschriften. KVS en het UZ Brussel kozen samen vier verschillende locaties uit. De personeelskantine springt het meest in het oog. In gewone omstandigheden kunnen daar tot 1.400 personen een maaltijd nuttigen. Omwille van covid echter werd de capaciteit tot 130 teruggebracht, en eet het personeel er in slots van telkens 20 minuten. Daarnaast komen er in een auditorium kleine voorstellingen voor een publiek van steeds 20 mensen, en zijn er ook artistieke interventies gepland in de bezoekerscafetaria, nu een takeaway, en in het groen naast het ziekenhuis. Op de laatste twee locaties kunnen ook bezoekers mee genieten van de performances.Ron Embrechts spreekt van een win-winsituatie voor het UZ Brussel én KVS. "We maken een lange neus tegen covid. Door dit hier te laten leven, geven we de mensen hier én KVS een perspectief." Performer en choreografe Alesandra Seutin beet vorige week donderdag de spits af met een solo in de personeelskantine. Seutin maakte vorig seizoen indruk in Dear Winnie, een coproductie van KVS met het Nederlandse NNT en het driekoppige Belgische gezelschap Jr.c.E.sA.R. Vijf jaar geleden zou ze dit om persoonlijke redenen niet gedaan hebben, bekent ze. Met haar moeder heeft ze al te veel tijd in ziekenhuizen doorgebracht. Maar vandaag vindt Seutin het een noodzaak. "Het is mijn manier om iets te geven aan mensen die continu zelf geven, zonder daarvoor altijd iets in de plaats te krijgen." Haar solo vertrekt van een vraag die ze ooit aan mensen stelde in het kader van een ander artistiek project, namelijk: "Wat was de allereerste keer dat je het gevoel had door iemand anders tot 'een Ander' te zijn gemaakt?" Terwijl in het Engels het antwoord van een van haar respondenten weerklinkt, danst Seutin een geïmproviseerde solo. Ook al speelt ze nu in een ziekenhuis, haar vertrekpunt als artiest is niet anders dan wanneer zij Dear Winnie brengt, een opvoering waarin verzet en representatie centraal staan. "Wat ik maak, is nooit zomaar entertainment", zegt Seutin. "Ik wil altijd een punt maken. Het is mijn rol als kunstenaar om de realiteiten waarin ik sta, op een performatieve manier te delen."Het is een boeiende, maar in deze setting geenszins vanzelfsprekende vertoning. Sommige personeelsleden staan op van hun plaats, en zetten zich op een plek vanwaaruit ze het optreden goed kunnen volgen. Anderen gaan door met de maaltijd, en houden schijnbaar onverstoord een praatje. "Ik besef dat dit initiatief niet iedereen zal aanspreken", zegt Embrechts, "maar je kan nooit voor iedereen goed doen. Eerder dit jaar hebben we bijvoorbeeld een frietkot voor het personeel georganiseerd, met gratis frietjes. Daarop kwamen bedenkingen uit de dieethoek. Desondanks is het geen alternatief om bij de pakken te blijven zitten en niets te doen. We moeten vooruit. Het heeft geen zin om het nieuwe normaal te negeren, het is beter het te omarmen en de vraag te stellen wat je ermee kan en moet."