...

Beeldende therapie is vandaag één van de non-verbale expressiemodi waarmee mensen met psychische moeilijkheden hun emoties kunnen uitdrukken en verwerken.Sofie Mulier, beeldend therapeut: "In 1963 begon dokter Michel Outtier hier al met de eerste vormen van beeldende therapie. Op dat vlak was hij in België een echte pionier. Dokter Outtier was zelfs internationaal van betekenis voor de beeldende therapie. Hij nam deel aan congressen en stelde tentoon in binnen- en buitenland. Hier in Kortenberg was hij diensthoofd van de dienst 'Creatieve therapie en ergotherapie', dienst die hij trouwens zelf heeft uitgebouwd. Dokter Outtier was een duizendpoot, hij schilderde ook zelf. Hij had oog voor de kunstwerken uit de therapie en haalde er moeiteloos de betere werken uit."Innerlijke wereldBart Marius en Arnout De Cleene, twee experts van het Museum Dr. Guislain in Gent, bezochten recent de ateliers voor beeldende therapie van het UPC KU Leuven op campus Kortenberg en stonden versteld van de omvang en de volledigheid van het archief dat ook een grote historische en wetenschappelijke waarde heeft.Sofie Mulier: "De patiënten mogen hier vrijuit werken rond wat ze hebben gedroomd, wat hen bezighoudt... Ze krijgen de kans om iets van hun innerlijke wereld naar buiten te brengen. Wij werken hier heel bewust niet met opdrachten, net zoals het vrij spreken in de psychotherapie. Als therapeut zijn we wel aanwezig en begeleiden we het hele proces. Voor ons is het proces belangrijker dan het eindproduct. Het mooie bij beeldende therapie is dat het tastbaar blijft: de werken worden verzameld in een persoonlijke map die we bewaren. Zo kun je teruggaan in de tijd en het hele proces bekijken als een soort dagboek."Enorm archiefHet archief bestaat grotendeels uit schilderijen, tekeningen en kleiwerken, maar vandaag werkt men ook met andere materialen."Het materiaal dat wij ter beschikking hebben, is vrij basic, maar de patiënt bepaalt zelf wat hij gebruikt. Dat kan ook klei, houtskool of afvalmateriaal zijn. Onze patiënten zoeken een materiaal dat hun het meest aanspreekt", vervolgt Sofie Mulier."Tussen 1963 en 1984 hebben we zo al zeker een 1.000-tal dossiers aangelegd en elk van die dossiers bevat minstens tien werken. Daar zitten ook dossiers bij met werken van mindere kwaliteit, maar ook dat heeft zijn waarde als tijdsdocument. De experts van het Museum Dr. Guislain vonden dat juist interessante tijdsdocumenten. Bovendien is het interessant om het archief in zijn volledigheid te bewaren. Een collage met foto's uit de jaren 1960 werpt je bijvoorbeeld direct terug in de tijd, zelfs al is het werk zelf misschien van mindere kwaliteit."Medische observatiesDe dossiers werden aangevuld met medische observaties en analyses van de beeldende werken. Die systematiek liep door tot midden de jaren 1980. Dat gigantische archief is van een uitzonderlijke kwaliteit en vertelt veel over een belangrijke fase in de ontwikkeling van de beeldende therapie in België."Precies omdat het een belangrijk archief is, willen we dat beter kunnen conserveren. Momenteel kunnen we het archief niet in optimale omstandigheden bewaren. Zeker de oudste werken uit de jaren 1960 zijn vaak op minderwaardig papier getekend. We weten dat die werken na verloop van tijd verloren gaan, als we ze niet beter kunnen archiveren en conserveren. De nodige financiering en voldoende expertise zijn dan de belangrijkste voorwaarden om dat te realiseren."MuseumwaardigSommige werken in het archief horen qua artistieke kwaliteit in een museum thuis. De historische waarde van het archief is zelfs groter, want naast persoonlijke ontwikkelingen vind je er ook veranderende medische visies en praktijken terug, evenals institutionele verschuivingen en internationale theorieën over creatieve therapie en artistieke expressie van psychiatrische patiënten. Naast de kunstwerken zitten er ook artikels, persknipsels en briefwisseling van stichter dokter Outtier in het archief. Een rijke voedingsbodem voor wetenschappelijk onderzoek over de geschiedenis van het atelier zelf, over de visie van de stichter en over eventuele verbanden met ontwikkelingen in binnen- en buitenland.Na afspraak is de tentoonstelling nog tot eind juni te bezichtigen in het UPC KU Leuven, campus Kortenberg. Cera stelt de archiefwerken tentoon met een grotere tentoonstelling voor het brede publiek in het voorjaar 2020 in de forumruimte van het Cera-gebouw in Leuven.Contact: dr. Erik Thys, psychiater, erik.thys@upckuleuven.be en Sofie Mulier, beeldend therapeut, sofie.mulier@upckuleuven.be