...

Om na te gaan waarom MS, een invaliderende auto-immuunziekte, minder vaak voorkomt bij mannen, hebben vorsers van de Northwestern University onderzoek verricht op genetisch gewijzigde muizen.Zij hebben daarbij kunnen aantonen dat testosteron bij mannetjesmuizen de vorming mestcellen, cellen van het aangeboren immuunsysteem, bevordert. Mestcellen produceren een eiwit dat een sleutelrol speelt in het ontstekingsproces, meer bepaald het cytokine IL-33. IL-33 activeert een inflammatoire kettingreactie die overexpressie van Th17-lymfocyten verhindert. Die lymfocyten vallen de myelineschede aan.IL-33 beschermde de mannetjesmuizen dus tegen MS. En als de wijfjesmuizen werden behandeld met IL-33, verdwenen hun symptomen.Dat verklaart waarom een hoge plasmaconcentratie van testosteron beschermt tegen MS, waarom de incidentie van MS lager is bij mannen (de testosteronconcentratie is zeven- tot achtmaal hoger bij mannen dan bij vrouwen) en waarom mannen MS pas later in het leven krijgt (bij het verouderen daalt de testosteronconcentratie).Dat zou kunnen uitmonden in een nieuwe behandeling voor MS via interleukine IL-33 of via de wegen die door IL-33 worden gestimuleerd. Directe toediening van testosteron is immers niet haalbaar op lange termijn gezien de vele bijwerkingen van het mannelijke hormoon. (referentie: PNAS, 29 januari 2018, DOI: 10.1073/pnas.1710401115)