...

Ze zijn daarvoor uitgegaan van de gegevens van 944 patiënten in het pijnregister van Quebec met een klinische diagnose van chronische neuropathie (> 3 maanden) en een score ≥ 3 op de eerste 7 items van de DN4-vragenlijst van wie de resultaten van een initiële evaluatie en een evaluatie na 6 maanden beschikbaar waren.Die gegevens werden na 6 maanden vergeleken met die van gematchte personen die niet werden behandeld, volgens een propensity score die rekening hield met de leeftijd, het geslacht, het scholingsniveau, de tewerkstelling, de initiële intensiteit van de pijn, de duur, de tendens tot catastroferen en de andere geneesmiddelen.Bij 23% van de patiënten is een daling van de gemiddelde intensiteit van de pijn na 6 maanden met ≥ 30% gemeten.Er was geen significant verschil tussen de patiënten die antidepressiva, gabapentinoïden of zwakke opioïden innamen, en de patiënten die er geen kregen.Het percentage patiënten waarbij de pijn ≥ 30% was verminderd, was lager bij de patiënten die sterke opioïden innamen, dan bij de patiënten die een andere behandeling kregen (14% vs. 27%; p < 0,04). Op grond van die resultaten concluderen de auteurs dat langdurige toediening van sterke opioïden slechts nuttig is bij een beperkt aantal patiënten. Vandaar hun advies: probeer eerst de andere geneesmiddelen die als eerste- of tweedelijnstherapie worden aanbevolen, en zet de medicatie stop als ze geen significante verlichting geeft en/of na een tijdelijke verergering van de pijn als dat de reden was van voorschrijven.X Moisset et al. Pain. 2022; 63: 964-74.https://doi.org/10.1097/j.pain.0000000000002461