Die gegevens zijn echter vertekend en laten dus niet toe formele conclusies te trekken. Om het effect van hiv-infectie op die respiratoire aandoeningen preciezer te evalueren, heeft een groep Franse vorsers van de Universiteit van Montpellier een spirometrische studie uitgevoerd bij 1.053 rokers van meer dan 40 jaar met of zonder hiv-infectie. De studie werd in januari 2018 gepubliceerd in het tijdschrift AIDS.

Een studie exclusief uitgevoerd bij rokers

De 351 hiv-geïnfecteerde patiënten werden gerekruteerd in de populatie van de CHEST-studie, een verkennende studie die het nut van een CT-scan van de thorax met een lage stralingsdosis heeft onderzocht bij het opsporen van longkanker in een vroeg stadium. De studie werd uitgevoerd bij patiënten van 40 jaar of ouder die rookten of minder dan drie jaar geleden waren gestopt met roken en die minstens 1 pakje per dag gedurende 20 jaar hadden gerookt. De virologische inclusiecriteria waren > 350 CD4-cellen/mm³ tijdens een chronische behandeling en > 100 CD4-cellen bij de laatste controle voor inclusie.

Exclusiecriteria waren een actieve kanker, een met aids samenhangende aandoening of een luchtweginfectie tijdens de laatste twee maanden voor inclusie in de studie. De 702 hiv-negatieve proefpersonen werden gerekruteerd in de CONSTANCES-studie, een studie die meer dan 200.000 patiënten van 18 tot 69 jaar volgt. Voor die laatste groep werden dezelfde inclusie- en exclusiecriteria gebruikt als voor de hiv-geïnfecteerde patiënten. Het ging overwegend om mannen (83%), de gemiddelde leeftijd was 50 jaar en het gemiddelde aantal CD4-cellen in de hiv+ groep was 573. De gemiddelde virale belasting was minder dan 50 kopieën/ml.

Bewezen link tussen hiv en snellere achteruitgang longfunctie

Het primaire eindpunt van de studie was de Tiffeneau-index (ESW/FVC) bij spirometrie. Bij vergelijking van de cijfers in de twee groepen was de ESW-FVC-verhouding significant minder goed bij de hiv-geïnfecteerde patiënten dan bij de hiv-negatieve patiënten: respectievelijk 70% en 77% (p < 0,0001). De studie heeft ook de prevalentie van COPD in de twee groepen vergeleken. COPD werd gedefinieerd als een ESW-FVC-verhouding < 70% en een ESW < 80% van de theoretische waarde. Het aantal patiënten met COPD was significant hoger bij de hiv-geïnfecteerden dan bij de hiv-negatieve patiënten: respectievelijk 19% en 9% ( p < 0,0001). Bij multivariate analyse correleerden vier factoren met COPD en bronchusobstructie: een hiv-infectie, de leeftijd, het aantal pakjesjaren en een concomitante hepatitis C-virusinfectie.

Twee factoren bleken te beschermen tegen COPD, namelijk het vrouwelijke geslacht en de BMI. Een stijging van de BMI met 1 punt ging gepaard met een gemiddelde stijging van de Tiffeneau-index met 0,29. Er werd echter geen correlatie vastgesteld tussen bronchusobstructie en rookstop of cannabisgebruik.

Spirometrie aanbevolen vanaf veertig jaar

Volgens de auteurs bevestigt de studie de hogere frequentie van bronchusobstructie en COPD bij hiv-geïnfecteerde patiënten van 40 jaar of ouder die roken. Het verdient dan ook stellig aanbeveling om regelmatig de longfunctie te meten bij hiv-geïnfecteerde rokers vanaf de leeftijd van veertig jaar om COPD op te sporen. Naargelang van de resultaten van de spirometrie kunnen dan de geschikte therapeutische maatregelen worden genomen. Tot besluit, een kort woordje over de mogelijke oorzaken van de hogere frequentie van bronchusobstructie bij hiv-geïnfecteerde patiënten: een eventuele interactie met het hiv, permanente activering van het immuunsysteem in de longen ondanks een goede antiretrovirale behandeling en intens roken van op jonge leeftijd, allemaal factoren die oxidatieve stress, lokale ontsteking en vernietiging van het bronchusweefsel zouden bevorderen.

Ref.: Makinson A. et al. AIDS 14/01/2018, Vol 32(2): 227-232.

Die gegevens zijn echter vertekend en laten dus niet toe formele conclusies te trekken. Om het effect van hiv-infectie op die respiratoire aandoeningen preciezer te evalueren, heeft een groep Franse vorsers van de Universiteit van Montpellier een spirometrische studie uitgevoerd bij 1.053 rokers van meer dan 40 jaar met of zonder hiv-infectie. De studie werd in januari 2018 gepubliceerd in het tijdschrift AIDS.Een studie exclusief uitgevoerd bij rokersDe 351 hiv-geïnfecteerde patiënten werden gerekruteerd in de populatie van de CHEST-studie, een verkennende studie die het nut van een CT-scan van de thorax met een lage stralingsdosis heeft onderzocht bij het opsporen van longkanker in een vroeg stadium. De studie werd uitgevoerd bij patiënten van 40 jaar of ouder die rookten of minder dan drie jaar geleden waren gestopt met roken en die minstens 1 pakje per dag gedurende 20 jaar hadden gerookt. De virologische inclusiecriteria waren > 350 CD4-cellen/mm³ tijdens een chronische behandeling en > 100 CD4-cellen bij de laatste controle voor inclusie. Exclusiecriteria waren een actieve kanker, een met aids samenhangende aandoening of een luchtweginfectie tijdens de laatste twee maanden voor inclusie in de studie. De 702 hiv-negatieve proefpersonen werden gerekruteerd in de CONSTANCES-studie, een studie die meer dan 200.000 patiënten van 18 tot 69 jaar volgt. Voor die laatste groep werden dezelfde inclusie- en exclusiecriteria gebruikt als voor de hiv-geïnfecteerde patiënten. Het ging overwegend om mannen (83%), de gemiddelde leeftijd was 50 jaar en het gemiddelde aantal CD4-cellen in de hiv+ groep was 573. De gemiddelde virale belasting was minder dan 50 kopieën/ml.Bewezen link tussen hiv en snellere achteruitgang longfunctieHet primaire eindpunt van de studie was de Tiffeneau-index (ESW/FVC) bij spirometrie. Bij vergelijking van de cijfers in de twee groepen was de ESW-FVC-verhouding significant minder goed bij de hiv-geïnfecteerde patiënten dan bij de hiv-negatieve patiënten: respectievelijk 70% en 77% (p < 0,0001). De studie heeft ook de prevalentie van COPD in de twee groepen vergeleken. COPD werd gedefinieerd als een ESW-FVC-verhouding < 70% en een ESW < 80% van de theoretische waarde. Het aantal patiënten met COPD was significant hoger bij de hiv-geïnfecteerden dan bij de hiv-negatieve patiënten: respectievelijk 19% en 9% ( p < 0,0001). Bij multivariate analyse correleerden vier factoren met COPD en bronchusobstructie: een hiv-infectie, de leeftijd, het aantal pakjesjaren en een concomitante hepatitis C-virusinfectie. Twee factoren bleken te beschermen tegen COPD, namelijk het vrouwelijke geslacht en de BMI. Een stijging van de BMI met 1 punt ging gepaard met een gemiddelde stijging van de Tiffeneau-index met 0,29. Er werd echter geen correlatie vastgesteld tussen bronchusobstructie en rookstop of cannabisgebruik.Spirometrie aanbevolen vanaf veertig jaarVolgens de auteurs bevestigt de studie de hogere frequentie van bronchusobstructie en COPD bij hiv-geïnfecteerde patiënten van 40 jaar of ouder die roken. Het verdient dan ook stellig aanbeveling om regelmatig de longfunctie te meten bij hiv-geïnfecteerde rokers vanaf de leeftijd van veertig jaar om COPD op te sporen. Naargelang van de resultaten van de spirometrie kunnen dan de geschikte therapeutische maatregelen worden genomen. Tot besluit, een kort woordje over de mogelijke oorzaken van de hogere frequentie van bronchusobstructie bij hiv-geïnfecteerde patiënten: een eventuele interactie met het hiv, permanente activering van het immuunsysteem in de longen ondanks een goede antiretrovirale behandeling en intens roken van op jonge leeftijd, allemaal factoren die oxidatieve stress, lokale ontsteking en vernietiging van het bronchusweefsel zouden bevorderen.Ref.: Makinson A. et al. AIDS 14/01/2018, Vol 32(2): 227-232.