CAMELLIA-TIMI 61 (Cardiovascular and Metabolic Effects of Lorcaserin in Overweight and Obese Patients-Thrombolysis in Myocardial Infarction 61) werd uitgevoerd bij ongeveer 12 000 patiënten met obesitas of overgewicht en een verhoogd cardiovasculair risico. De patiënten werden ingedeeld in twee behandelingsgroepen: lorcaserine of een placebo boven op de klassieke niet-farmacologische maatregelen en de eventuele lopende behandeling. Iets meer dan de helft van de patiënten had diabetes en ongeveer een derde prediabetes.

Tijdens een mediane follow-up van iets meer dan 3 jaar was de incidentie van evolutie naar diabetes bij patiënten met prediabetes 19% lager in de lorcaserinegrep dan in de placebogroep: respectievelijk 172 van de 2015 patiënten en 204 van de 1976 patiënten. Het aantal patiënten met prediabetes waarbij de glykemie normaal werd, was hoger in de lorcaserinegroep dan in de placebogroep: respectievelijk 9,2% (185 op de 2015) en 7,6% (151 op de 1976).

Het aantal diabetespatiënten dat in remissie ging, was hoger in de lorcaserinegroep dan in de placebogroep: respectievelijk 7,1% (242 op de 3385) en 6% (206 op de 3431). Het risico op microvasculaire complicaties (persisterende microalbuminurie, retinopathie of neuropathie) bij diabetespatiënten was lager in de lorcaserinegroep dan in de placebogroep. Bij de diabetespatiënten die in de studie werden opgenomen, was de glykemie bij inclusie in de studie goed onder controle, maar daalde het HbA1c-gehalte toch in de lorcaserinegroep. Dat zou de hogere frequentie van hypoglykemie kunnen verklaren in de lorcaserinegroep (6,6%, n = 223, versus 5,8% n = 199). Bij de patiënten die werden behandeld met insuline of sulfonylureumderivaten (waarvan bekend is dat ze hypoglykemie kunnen veroorzaken), zijn 12 gevallen van ernstige hypoglykemie gedocumenteerd in de lorcaserinegroep en 4 in de placebogroep.

De CAMELLIA-TIMI 61-studie toont dus aan dat toevoeging van lorcaserine aan de klassieke niet-farmacologische maatregelen bij patiënten met prediabetes het risico op evolutie naar diabetes tegengaat en bij diabetespatiënten de waarschijnlijkheid van remissie verhoogt en het risico op microvasculaire complicaties verlaagt.

Die gunstige effecten zijn te danken aan een duurzaam gewichtsverlies (gemiddeld 4,2 kg na één jaar versus 1,4 kg in de placebogroep). Het percentage patiënten dat na één jaar minstens 5%/10% was vermagerd, bedroeg 39%/17% in de lorcaserinegroep en 15%/5% in de placebogroep. Er hebben zich niet meer cardiovasculaire accidenten voorgedaan in de lorcaserinegroep. Toediening van lorcaserine kan dus worden overwogen om type 2-diabetes te voorkomen en te controleren. De CAMELLIA-TIMI 61-studie werd nog tijdens de presentatie gepubliceerd in The Lancet.

Dr. Jean-Claude Lemaire, EASD 2018, 1-5 oktober 2018

CAMELLIA-TIMI 61 (Cardiovascular and Metabolic Effects of Lorcaserin in Overweight and Obese Patients-Thrombolysis in Myocardial Infarction 61) werd uitgevoerd bij ongeveer 12 000 patiënten met obesitas of overgewicht en een verhoogd cardiovasculair risico. De patiënten werden ingedeeld in twee behandelingsgroepen: lorcaserine of een placebo boven op de klassieke niet-farmacologische maatregelen en de eventuele lopende behandeling. Iets meer dan de helft van de patiënten had diabetes en ongeveer een derde prediabetes. Tijdens een mediane follow-up van iets meer dan 3 jaar was de incidentie van evolutie naar diabetes bij patiënten met prediabetes 19% lager in de lorcaserinegrep dan in de placebogroep: respectievelijk 172 van de 2015 patiënten en 204 van de 1976 patiënten. Het aantal patiënten met prediabetes waarbij de glykemie normaal werd, was hoger in de lorcaserinegroep dan in de placebogroep: respectievelijk 9,2% (185 op de 2015) en 7,6% (151 op de 1976).Het aantal diabetespatiënten dat in remissie ging, was hoger in de lorcaserinegroep dan in de placebogroep: respectievelijk 7,1% (242 op de 3385) en 6% (206 op de 3431). Het risico op microvasculaire complicaties (persisterende microalbuminurie, retinopathie of neuropathie) bij diabetespatiënten was lager in de lorcaserinegroep dan in de placebogroep. Bij de diabetespatiënten die in de studie werden opgenomen, was de glykemie bij inclusie in de studie goed onder controle, maar daalde het HbA1c-gehalte toch in de lorcaserinegroep. Dat zou de hogere frequentie van hypoglykemie kunnen verklaren in de lorcaserinegroep (6,6%, n = 223, versus 5,8% n = 199). Bij de patiënten die werden behandeld met insuline of sulfonylureumderivaten (waarvan bekend is dat ze hypoglykemie kunnen veroorzaken), zijn 12 gevallen van ernstige hypoglykemie gedocumenteerd in de lorcaserinegroep en 4 in de placebogroep.De CAMELLIA-TIMI 61-studie toont dus aan dat toevoeging van lorcaserine aan de klassieke niet-farmacologische maatregelen bij patiënten met prediabetes het risico op evolutie naar diabetes tegengaat en bij diabetespatiënten de waarschijnlijkheid van remissie verhoogt en het risico op microvasculaire complicaties verlaagt.Die gunstige effecten zijn te danken aan een duurzaam gewichtsverlies (gemiddeld 4,2 kg na één jaar versus 1,4 kg in de placebogroep). Het percentage patiënten dat na één jaar minstens 5%/10% was vermagerd, bedroeg 39%/17% in de lorcaserinegroep en 15%/5% in de placebogroep. Er hebben zich niet meer cardiovasculaire accidenten voorgedaan in de lorcaserinegroep. Toediening van lorcaserine kan dus worden overwogen om type 2-diabetes te voorkomen en te controleren. De CAMELLIA-TIMI 61-studie werd nog tijdens de presentatie gepubliceerd in The Lancet.Dr. Jean-Claude Lemaire, EASD 2018, 1-5 oktober 2018