...

Het Riziv maakte vorige week het derde monitoringrapport voor 2020 publiek. Dat brengt de evolutie van de gezondheidszorguitgaven voor heel het jaar 2020 in kaart. Uit dit nieuwe rapport blijkt dat de uitgaven voor de zorg in de tweede helft van het jaar 2020 buiten het ziekenhuis weer min of meer een normale groei vertoonden. Maar in het ziekenhuis lagen de uitgaven voor de zorg in het tweede semester nog altijd een stuk lager dan in 2019. Vooral de geboekte uitgaven voor de artsenhonoraria in het ziekenhuis bleven het hele jaar door abnormaal laag liggen. Covid trof niet alle zorgverstrekkers op dezelfde manier. Bij de artsen volgde in de tweede helft van het jaar een herstel van de uitgaven voor de ambulante consultaties en adviezen (groei van de geboekte uitgaven met 8,1% ten opzichte van 2019). Alleen in november 2020 zag je hier nog een kleine krimp (-3,7%), gevolgd door herstel in december (+17,4%). Maar niet zo wat de uitgaven binnen het ziekenhuis betreft. In de crisismaanden oktober en november 2020 daalden de totale geboekte uitgaven in ziekenhuizen met respectievelijk 5,3% en 17,7% ten opzichte van het jaar ervoor. Vooral de artsenhonoraria voor prestaties in het ziekenhuis (klinische biologie, medische beeldvorming, consultaties, chirurgie, technische verstrekkingen ...) daalden globaal genomen met 7% in oktober en met 22,5% in november. Ook in december lagen ze nog 4,5% lager dan het jaar ervoor. Het Riziv maakte een schatting van de minderuitgaven in 2020. In de ziekenhuizen bedroegen die alles tezamen genomen 782 miljoen euro in het eerste semester en 397 miljoen euro in het tweede. Buiten het ziekenhuis, in de ambulante zorg, bedroeg de minderuitgave in het eerste semester 445 miljoen. In het tweede semester was er wel een meeruitgave van 150 miljoen euro. De totale minderuitgave voor 2020 komt daarmee op anderhalf miljard euro te liggen.