...

De sector kijkt al een tijdje reikhalzend uit naar de eerste concrete stappen in de hervorming van het ziekenhuislandschap. En kijk, nu iedereen stilaan begon te wanhopen, komt het er van. Op 22 maart kreeg de overleggroep ziekenhuisfinanciering van het kabinet De Block toelichting over de manier waarop de laagvariabele ziekenhuiszorg gefinancierd zou worden.Pro memorie. Een essentieel luik in de hervorming is de opsplitsing van zorg in laag, midden- en hoogvariabele pathologiegroepen. Het grootste deel, de 'gemakkelijke' laagvariabele zorg, zou voortaan niet meer per prestatie maar prospectief - lees forfaitair - gefinancierd worden. Bij (dag)hospitalisatie wordt dus een vast bedrag uitgekeerd, eerst voor de honoraria, later voor het Budget Financiële Middelen, de geneesmiddelen, enz.In 2016 publiceerde het KCE een studie over het clusteren van pathologiegroepen. Dokter Marc Geboers, directeur algemene ziekenhuizen bij Zorgnet-Icuro: "Het rapport definieert pathologiegroepen die onder laagvariabele zorg vallen. Laagvariabele zorg is echter geen synoniem van laagcomplexe zorg." Daarom toetsten artsen van de FOD Volksgezondheid en het Riziv de KCE-pathologiegroepen klinisch af. Dat resultaat legden ze voor aan acht expertgroepen - chirurgie, urologie, gynaecologie enz. "Op basis van volumes en opnames per ingreep leidde dat tot een cluster van 54 patiëntengroepen voor 9 subgroepen", dixit Geboers. Voor chirurgie gaat het bijvoorbeeld over de pathologiegroepen sinus en mastoïed procedures, herstel gespleten lip en palatum enz.Vanaf 2018 worden de honoraria voor laagvariabele zorg voor elke patiënt uit één van deze 54 patiëntengroepen gefactureerd als één globaal prospectief bedrag - dat verschilt per patiëntengroep. De facturatie wordt op nul gezet maar de artsen moeten de nomenclatuurnummers wel blijven registreren.