"Het vertrouwen tussen alle partijen - huisartsen, ziekenhuizen, specialisten, lokale besturen - is nu ongelooflijk groot. Dit is een momentum dat we moeten aangrijpen en structureel verankeren door vaccinatiecentra om te bouwen tot preventiecentra."
...
Aan het woord is dokter Jan Van Emelen, medisch coördinator van het vaccinatiecentrum in Malle zaterdag jongstleden op het 'Eindsymposium covid-19'. Heel wat prominenten tekenden present en/of voerden op dit event het woord. Onder meer zakten Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA), voorzitter van de taskforce vaccinatie professor Dirk Ramaekers en topman van het Agentschap Zorg en Gezond-heid dokter Dirk De Wolf af naar de Kempen. Het event zette een punt achter de werking van het vaccinatiecentrum. Of toch niet? De eerstelijnszone Voorkempen - met zorgactoren uit Brecht, Malle, Schilde, Wijnegem, Zandhoven en Zoersel - wil alvast verder gaan. Jan Van Emelen: "In globo bedraagt de vaccinatiegraad 83%, bij de 18-plussers 93% en bij de 65-plussers zelfs 96%. Dat zijn zeer goede resultaten. Vraag is welke lessen we daaruit en uit de pandemie trekken? We mogen de ervaringen van het team, het vertrouwen tussen de verschillende partners en de opgedane kennis met populatiemanagement niet verloren laten gaan. Het kan toch niet dat we op 15 oktober de deuren sluiten en alle data zouden vernietigen. Dit is een momentum dat we moeten aangrijpen om er iets structureels uit te puren." Een eerste aanzet werd daarom ge- geven tot ombouw van het vaccinatiecentrum in Malle naar een preventiecentrum. Daarin zouden chronische aandoeningen, infectieziekten, mentaal welzijn, griep enz. aan bod komen. "Politici en vooral het gemeentebestuur waren zeer geïnteresseerd", zegt Van Emelen. "Zo kunnen aandoeningen in groep gedetecteerd worden. Mits een aantal bemerkingen werd het idee van een preventiecentrum conceptueel goedgekeurd." Uiteraard dient er evidence-based gewerkt te worden, is er aangepaste financiering nodig én bestuurlijke eenheid. Het is ook niet de bedoeling dat én de provincie én het gemeentebestuur én de Vlaamse én federale overheid zich ermee bezig houden, zo luidt het. Een eerstelijnszone is een uitgelezen operationele 'unit of care', vindt Van Emelen. "De hele Europese Unie is nu duidelijk georganiseerd in afgelijnde zones en de Wereldgezondheids-organisatie is voorstander van populatiemanagement om infectieziekten te bestrijden. Voor de task force vaccinatie is dit eveneens een interessante tool." Hij verwijst ook naar het voorstel van de lokale huisartsen om griepvaccinatie via populatiemanagement aan te pakken. "Er zijn dan doelstellingen nodig - waar?, hoe?, wanneer? -, een financieel en een businessmodel. Israël heeft als doel bijvoorbeeld een bepaald percentage 65-plussers te vaccineren tegen griep. In functie van deze outcome- criteria worden ziekenfondsen er variabel gefinancierd. België beloont ziekenfondsen in functie van de snelheid waarmee ze gegevens doorgeven. Dat is een ander spoor", dixit Van Emelen. Bij griepvaccinatie zouden dan enkele huisartsen toezicht houden en registreren in Vaccinnet, het vaccineren zelf gebeurt door verpleegkundigen. "Om iedereen, vooral de huisartsen, mee te krijgen is overleg en een win-win nodig. Dit kan huisartsen ontlasten van vervelend en admini- stratief werk", denkt Van Emelen. In een aantal domeinen - screening op borst, baarmoeder-, dikke darm- kanker... - wordt suboptimaal ge- werkt. "Huisartsen volgen dat louter individueel op, niet structureel op populatieniveau. Dat kan beter. Idem voor het opsporen van risicofactoren", zegt de Kempense arts. "Voor 20 aandoeningen in chronische zorg en mentaal welzijn hebben we al risico- factoren opgelijst. Het gaat niet over diagnoses natuurlijk, wel kan hieruit een huisartsenconsult voortvloeien." Concreet is er momenteel nog niets. Om verder te gaan zou de populatie- manager per eerstelijnszone best een plan van aanpak opstellen voor de verdere afhandeling van de corona- pandemie - vaccinatie van nieuwe 12-jarigen, instromers uit het buitenland, enz. "Uiteraard zijn dat geen grote aantallen. Over doelstellingen, staf en de aanpak in 2022 kunnen zieken- huizen, gemeentebesturen, huisartsen, de gezondheidsraad van het ELZ enz. verder nog discussiëren. Belangrijk is dat de preventiecentra gezien worden als operationele units en dat populatiemanagement centraal staat." Uiteraard is er te weinig werk om alle vaccinatiecentra open te houden. Eén vaccinatiecentrum per eerstelijnszone is aangewezen. "Potentieel zijn zij hiervoor het beste uitgerust; het gaat niet noodzakelijk over een fysiek gebouw. Wel hebben de 60 Vlaamse zones bewezen dat ze snel kunnen schakelen. De hele vaccinatiecampagne is daarop gebouwd. Een eerstelijnszone is een geografisch afgebakend gebied, een ideale unit of care voor preventie en geïntegreerde zorg. Vele combinaties zijn mogelijk, bijvoorbeeld met school- en arbeidsgeneeskunde, milieuzorg enz. Voorwaarde is wel dat er voldoende financiering is." Sommige huisartsen reageerden erg kritisch tot allergisch op het voorstel. Onder andere Stijn Geysenbergh, zelf huisarts in Brecht en syndicaal actief bij het Vlaams Artsensyndicaat hekelde het "verder uitkleden van de huisartsenij. Ik ben dat kotsbeu", twitterde hij.