...

(Over de resultaten van de regeringsonderhandelingen leest u meer in de kadertekst onderaan.)Het Verzekeringscomité keurde vorige week maandag een begroting van het Riziv goed van 35,2 miljard euro. Daarin inbegrepen dus de groeinorm, en een gezondheidsindex van 8,14% (in juni werd nog gerekend op 8,02%). Dat levert een indexmassa op van bijna 1,5 miljard euro. Het verschil tussen de 'begrotingsdoelstelling 2023' en de geraamde uitgaven voor dat jaar zonder nieuwe maatregelen - na nogal wat plussen en minnen, zoals de 207 miljard voorschot die de zorgverleners al in 2022 kregen op de index voor 2023 - blijft er een te besteden marge over van 175 miljoen. Geld dat goed gebruikt kan worden om voor iedereen de zorg zo betaalbaar mogelijk te houden, zorginstellingen leefbaar te houden en zorgverleners zich beter in hun vel te laten voelen. Het Verzekeringscomité formuleerde dan ook een aantal vragen naar het begrotingsconclaaf. Blijf van de indexmassa van de zorgverleners af. Het geld is nodig om uit de kosten te kunnen komen: er zijn immers de inflatie en de daarmee gestegen loonkosten voor het personeel. Laat de beschikbare marge, dankzij de beloofde groeinorm, onaangetast. Ze wordt besteed aan belangrijke maatregelen. Vind een oplossing voor de gestegen energiekosten in de zorg - buiten de gezondheidszorgbegroting. Blijf de specifieke kosten door covid voorlopig nog via een afzonderlijk mechanisme financieren. Volgende week maandag is het de beurt aan de Algemene Raad van het Riziv om zich over de gezondheidszorgbegroting te buigen. Maar het ziet er, na de beleidsverklaring van premier Alexander De Croo, naar uit dat voor 2023 het Verzekeringscomité zijn zin kan krijgen. Lees verder: Gezondheidszorg in transitie.