Wat begon als een laat-ons-nog-eens-iets-gaan-eten-en-wat-bijpraten-moment, leidde tot een gesprek over de gezondheidszorg in al zijn uithoeken en meningen, doorspekt met een goeie côte à l'os. De wijn lieten we achterwege, Tournée Minérale of niet.

Toen we begonnen over digitalisering, klikte het. Hoe komt het dat het zo traag vooruit gaat? Hoe komt het dat we in de gezondheidssector gemiddeld tien jaar achterlopen op andere industrieën als het op digitalisering aankomt? Conclusie: we leven in een bubbel. Allemaal...

We leven elk in onze eigen echokamer. In het zorgsysteem zijn er verschillende belangen, sommige lopen gelijk, andere zijn ronduit tegenstrijdig. En iedereen leeft in zijn eigen bubbel. Wat ik hiermee bedoel, is dat we horen wat we willen horen. We leren wat we willen leren. We onthouden wat we willen onthouden. Sommigen hebben het een en ander door. Anderen hebben het helemaal niet door. En nog anderen willen het niet doorhebben. De 'powers that be' zien graag hun wereldbeeld herbevestigd worden. Iedereen die daartegenin gaat, is fout. Ik wil hier niet het woord 'fake news' in de mond nemen, want de man die het echokamer-effect tot een kunst heeft verheven, krijgt mijns inziens al veel te veel aandacht.

We leven elk in onze eigen echokamer

Dat merk ik heel regelmatig als ik lezingen geef over digitalisering in de zorg. Ik gebruik bewust geen voorbeelden die te futuristisch zijn (hoe het 'ooit' zou kunnen zijn); ik heb het over toepassingen die nu al gebruikt worden in medische praktijken. De reactie komt telkens vanuit bubbels. Je hebt er die instemmend knikken en je hebt er die de hele argumententrommel bovenhalen om je voorbeeld proberen te ontkrachten.

Onlangs voerde ik zo'n gesprek, over een aantal medisch gekeurde apps. Argument nr. 1: "Dat zal wel niet medisch gekeurd zijn door echte artsen." "Toch wel, meerdere klinische studies", luidde het (mijn) antwoord. Argument nr. 2: "Maar alleen in Europa of de VS dan." "Neen, zowel FDA als CE klasse 2." Argument drie: "Maar het Riziv betaalt dat nog niet terug, dus daar zal wel iets niet pluis mee zijn." Hierop zucht ik doorgaans eens diep, want het terugbetalingsargument klopt, maar niet omdat er iets niet pluis is, wel omwille van de inertie van het systeem. Als je vervolgens het proces erachter toelicht, is meestal ook dit argument van de baan.

Daarna lijkt de argumententrommel leeg. Tot het ultieme go-to argument volgt - als je merkt dat je een discussie echt niet kan halen. Een argument waar niemand iets tegenin kan brengen: "Ik geloof dat toch allemaal niet goed". Daar sta je dan, want met geloof valt niet te redetwisten. Het is de ene overtuiging ten opzichte van de andere, de ene bubbel versus de andere bubbel.

Ik besef nu dat ook ik in een bubbel zit. Als we dat allemaal zouden beseffen, zouden veel gesprekken vlotter verlopen. Als het dan toch neerkomt op geloof en overtuiging is, dan kunnen we beter gesprekken beëindigen met de prachtige Engelse zin: "Let's agree to disagree". We zijn het eens dat we niet eens zijn. Respectvol, elk vanuit zijn eigen bubbel, het grote gelijk achterwege latend.

Wat een côte à l'os niet in gang steekt. Welkom in mijn bubbel!

Wat begon als een laat-ons-nog-eens-iets-gaan-eten-en-wat-bijpraten-moment, leidde tot een gesprek over de gezondheidszorg in al zijn uithoeken en meningen, doorspekt met een goeie côte à l'os. De wijn lieten we achterwege, Tournée Minérale of niet.Toen we begonnen over digitalisering, klikte het. Hoe komt het dat het zo traag vooruit gaat? Hoe komt het dat we in de gezondheidssector gemiddeld tien jaar achterlopen op andere industrieën als het op digitalisering aankomt? Conclusie: we leven in een bubbel. Allemaal...We leven elk in onze eigen echokamer. In het zorgsysteem zijn er verschillende belangen, sommige lopen gelijk, andere zijn ronduit tegenstrijdig. En iedereen leeft in zijn eigen bubbel. Wat ik hiermee bedoel, is dat we horen wat we willen horen. We leren wat we willen leren. We onthouden wat we willen onthouden. Sommigen hebben het een en ander door. Anderen hebben het helemaal niet door. En nog anderen willen het niet doorhebben. De 'powers that be' zien graag hun wereldbeeld herbevestigd worden. Iedereen die daartegenin gaat, is fout. Ik wil hier niet het woord 'fake news' in de mond nemen, want de man die het echokamer-effect tot een kunst heeft verheven, krijgt mijns inziens al veel te veel aandacht.Dat merk ik heel regelmatig als ik lezingen geef over digitalisering in de zorg. Ik gebruik bewust geen voorbeelden die te futuristisch zijn (hoe het 'ooit' zou kunnen zijn); ik heb het over toepassingen die nu al gebruikt worden in medische praktijken. De reactie komt telkens vanuit bubbels. Je hebt er die instemmend knikken en je hebt er die de hele argumententrommel bovenhalen om je voorbeeld proberen te ontkrachten. Onlangs voerde ik zo'n gesprek, over een aantal medisch gekeurde apps. Argument nr. 1: "Dat zal wel niet medisch gekeurd zijn door echte artsen." "Toch wel, meerdere klinische studies", luidde het (mijn) antwoord. Argument nr. 2: "Maar alleen in Europa of de VS dan." "Neen, zowel FDA als CE klasse 2." Argument drie: "Maar het Riziv betaalt dat nog niet terug, dus daar zal wel iets niet pluis mee zijn." Hierop zucht ik doorgaans eens diep, want het terugbetalingsargument klopt, maar niet omdat er iets niet pluis is, wel omwille van de inertie van het systeem. Als je vervolgens het proces erachter toelicht, is meestal ook dit argument van de baan. Daarna lijkt de argumententrommel leeg. Tot het ultieme go-to argument volgt - als je merkt dat je een discussie echt niet kan halen. Een argument waar niemand iets tegenin kan brengen: "Ik geloof dat toch allemaal niet goed". Daar sta je dan, want met geloof valt niet te redetwisten. Het is de ene overtuiging ten opzichte van de andere, de ene bubbel versus de andere bubbel. Ik besef nu dat ook ik in een bubbel zit. Als we dat allemaal zouden beseffen, zouden veel gesprekken vlotter verlopen. Als het dan toch neerkomt op geloof en overtuiging is, dan kunnen we beter gesprekken beëindigen met de prachtige Engelse zin: "Let's agree to disagree". We zijn het eens dat we niet eens zijn. Respectvol, elk vanuit zijn eigen bubbel, het grote gelijk achterwege latend. Wat een côte à l'os niet in gang steekt. Welkom in mijn bubbel!