...

Vlaams minister van volksgezondheid Jo Vandeurzen (CD&V) kantte zich vorige zaterdag op het VBS-symposium over 'het gewijzigde ziekenhuislandschap' tegen een te pessimistische visie op de gezondheids- en welzijnssector. Nochtans schetste Geert Gielens, die vóór de minister aan het woord kwam, met de Maha-studie in de hand een gitzwart beeld van de financiële situatie waarin de ziekenhuissector verkeert.Vandeurzen trok het verhaal open. Hij benadrukte dat de perceptie is dat de gezondheidszorg moet besparen. In realiteit groeit het federale en regionale Riziv-budget nog steeds. "In de gehandicaptenzorg investeerden we eveneens fors. Ook daar zit de perceptie tegen."Hoe dan ook zijn flinke financiële injecties nodig. Vandeurzen: "Het geld kan komen van een combinatie van nieuwe bijkomende middelen en transitieplannen." Een kostenbesparende en kwaliteitverhogende transitie is bijvoorbeeld de concentratie van gespecialiseerde pathologie in een beperkt aantal centra.Ziekenhuizen hebben er alle belang bij om een omgevingsanalyse te maken. "Het gaat ook niet enkel over groei", dixit Vandeurzen. "Laten we ons behoeden voor doemscenario's. Zaken innoveren enorm. Zo moeten we zeker inzetten op het digitale verhaal. Ik geloof dat we een bijzonder goed systeem hebben. Indien we het verder goed blijven managen en verandering accepteren gaan we niet tegen een muur knallen. Ik ben daar absoluut niet pessimistisch over."Wel wees hij op 'de wet van de remmende voorsprong'. "De sector levert kwaliteit. Daarin moeten we wel blijven investeren. Voortdurende innovatie is aangewezen. Bijvoorbeeld in de netwerken. De gemeenschappen en het federaal niveau moeten hierin een gezamenlijk traject afleggen. Een 'stand still' is hoe dan ook wel de minst verstandige keuze."