Mijn columns komen bijna altijd vanuit een plaats die me nauw aan het hart ligt. Iets dat me kwaad, of blij, of bang maakt. Iets dat me inspireert. Iets waarmee ik hoop anderen te inspireren. Maar van alle onderwerpen die ik al heb aangesneden, maakt dit me het meest nerveus, omdat dit iets is waar ik zelf nog zoveel twijfels rond ervaar.

Ik wil het hier graag hebben over gewichtsstigmatisatie in de geneeskunde. Meer bepaald onze fixatie op BMI en het erin gepeperde geloof dat een BMI boven de magische afkaplijn van 25 gelijk staat aan ongezond zijn.

Nu wil ik alvast duidelijk maken dat ik niet poneer een beter alternatief klaar te hebben. Ik weet dat er belangrijke correlaties bestaan tussen obesitas en verschillende gezondheidsproblemen, en dat we als arts instaan voor het promoten van gezondheid. Maar ik sta elke keer weer versteld van hoe snel mensen volgens het BMI worden geclassificeerd als dik. En ik weet dat er artsen zijn die zich daar zozeer op blindstaren dat ze soms zelfs niet meer op zoek gaan naar mogelijke andere oorzaken voor lichamelijke klachten.

Wat we daarin soms lijken te vergeten is dat lichamen heel veel vormen kunnen aannemen, en dat een bepaalde vorm niet steeds gelijk hoeft te staan aan een ongezonde levensstijl.

Moet mijn lichaam er op een bepaalde manier uitzien voor ik serieus genomen word?

Ik ben nooit dun geweest, niet als kind en ook nu niet als volwassene. Mijn gezondheid daarentegen is best oké. Ik heb een actief leven, ik sport regelmatig en eet gevarieerd. Mijn bloeddruk, suikerwaarden en cholesterol zijn tiptop in orde.

Ik rook niet, gebruik geen drugs en drink met mate. En de reden dat ik dit hier opsom, is omdat ik op dagelijkse basis de sociale druk voel om mezelf te verdedigen voor mijn gewicht. Om tegen mensen te zeggen: ik kan wél gezond zijn, ook al ben ik niet dun, ook al eet ik ook wel eens iets ongezond.

Moet mijn lichaam er op een bepaalde manier uitzien voor ik serieus genomen word? Soms voelt dat wel zo, ja. Moet mijn lichaam er op een bepaalde manier uitzien voor ik waarde heb? Soms voelt ook dat zo, helaas.

Het is tenslotte wat er door de media wordt ingedramd en wat we als kind onvermijdelijk internaliseren. Tegenwoordig wordt het debat rond representatie in de media meer en meer opengetrokken. Mensen beginnen eindelijk te beseffen hoe belangrijk het is om ook jezelf gereflecteerd te zien in de wereld rondom je, zowel op gebied van huidskleur als gender als seksuele oriëntatie als lichaam.

Pas nu begin ik te beseffen hoezeer deze mediarepresentatie mijn eigen overtuigingen heeft gekleurd, en mijn eigenwaarde heeft aangetast

Ik ben groot geworden met films en tv die bijna exclusief blanke, heteroseksuele, dunne mensen toonden. Dikke mensen in de media waren overwegend aanwezig voor komische doeleinden, of als slechterik. Pas nu begin ik te beseffen hoezeer deze representatie mijn eigen overtuigingen heeft gekleurd, en mijn eigenwaarde heeft aangetast.

Je krijgt impliciet de boodschap mee dat je als dik persoon niet blij kan zijn met je lichaam en dat je altijd moet streven naar dat magische, ideale gewicht volgens dat magische, ideale BMI-cijfer. En als je niet bezig bent met afvallen, als je durft om van je lichaam te houden zoals het is, dan promoot je ongezondheid. Dus niet alleen krijg je een haat voor je eigen lichaam aangeleerd, je krijgt er ook nog eens zelf de schuld van!

Natuurlijk doet dat geen afbreuk aan het feit dat mensen soms door welke reden dan ook veel bijkomen en zich daarom niet goed voelen in hun lichaam, of dat sommige mensen wel degelijk moeten afvallen om niet in belangrijke gezondheidsproblemen te geraken. Ik weet dat houden van je lichaam geen medicijn kan vervangen, maar ik heb een hekel aan het idee dat het haten van je lichaam de oplossing moet zijn.

Fysieke gezondheid is inderdaad belangrijk. Maar waarom zijn we zo bereid om bij dikke mensen ons blind te staren op fysieke gezondheid en al de rest te negeren?

Fysieke gezondheid is inderdaad belangrijk. Het staat samen in de lijst met veiligheid, mentale gezondheid, voldoening, intimiteit, etc. Maar waarom zijn we zo bereid om bij dikke mensen ons blind te staren op fysieke gezondheid en al de rest te negeren?

Ik hoop dat ik ooit in mijn leven op een punt zal komen dat ik mijn eigen lichaam oprecht graag kan zien, maar zeker ben ik daar niet van. Ik heb mijn zelfbeeld en zelfappreciatie gebouwd rond andere aspecten, omdat ik van jongs af aan om me heen keek en dacht: ik zie er verkeerd uit. Als het niet mijn lichaam is dat waarde heeft, dan zal het mijn brein moeten worden.

Maar wat ik vooral hoop is dat het voor de toekomstige generaties niet hetzelfde hoeft te zijn. Dat jezelf goed voelen in je lichaam als dikkere persoon niet gelijk staat aan moedig zijn in het beste geval, of ongezondheid promoten in het ergste. Ik hoop dat we als artsen ons eigen stigma rond lichaamsgewicht durven te adresseren, en dat we kunnen kijken naar patiënten als volledige personen, en niet als BMI-cijfer.

Mijn columns komen bijna altijd vanuit een plaats die me nauw aan het hart ligt. Iets dat me kwaad, of blij, of bang maakt. Iets dat me inspireert. Iets waarmee ik hoop anderen te inspireren. Maar van alle onderwerpen die ik al heb aangesneden, maakt dit me het meest nerveus, omdat dit iets is waar ik zelf nog zoveel twijfels rond ervaar.Ik wil het hier graag hebben over gewichtsstigmatisatie in de geneeskunde. Meer bepaald onze fixatie op BMI en het erin gepeperde geloof dat een BMI boven de magische afkaplijn van 25 gelijk staat aan ongezond zijn. Nu wil ik alvast duidelijk maken dat ik niet poneer een beter alternatief klaar te hebben. Ik weet dat er belangrijke correlaties bestaan tussen obesitas en verschillende gezondheidsproblemen, en dat we als arts instaan voor het promoten van gezondheid. Maar ik sta elke keer weer versteld van hoe snel mensen volgens het BMI worden geclassificeerd als dik. En ik weet dat er artsen zijn die zich daar zozeer op blindstaren dat ze soms zelfs niet meer op zoek gaan naar mogelijke andere oorzaken voor lichamelijke klachten. Wat we daarin soms lijken te vergeten is dat lichamen heel veel vormen kunnen aannemen, en dat een bepaalde vorm niet steeds gelijk hoeft te staan aan een ongezonde levensstijl. Ik ben nooit dun geweest, niet als kind en ook nu niet als volwassene. Mijn gezondheid daarentegen is best oké. Ik heb een actief leven, ik sport regelmatig en eet gevarieerd. Mijn bloeddruk, suikerwaarden en cholesterol zijn tiptop in orde. Ik rook niet, gebruik geen drugs en drink met mate. En de reden dat ik dit hier opsom, is omdat ik op dagelijkse basis de sociale druk voel om mezelf te verdedigen voor mijn gewicht. Om tegen mensen te zeggen: ik kan wél gezond zijn, ook al ben ik niet dun, ook al eet ik ook wel eens iets ongezond. Moet mijn lichaam er op een bepaalde manier uitzien voor ik serieus genomen word? Soms voelt dat wel zo, ja. Moet mijn lichaam er op een bepaalde manier uitzien voor ik waarde heb? Soms voelt ook dat zo, helaas. Het is tenslotte wat er door de media wordt ingedramd en wat we als kind onvermijdelijk internaliseren. Tegenwoordig wordt het debat rond representatie in de media meer en meer opengetrokken. Mensen beginnen eindelijk te beseffen hoe belangrijk het is om ook jezelf gereflecteerd te zien in de wereld rondom je, zowel op gebied van huidskleur als gender als seksuele oriëntatie als lichaam. Ik ben groot geworden met films en tv die bijna exclusief blanke, heteroseksuele, dunne mensen toonden. Dikke mensen in de media waren overwegend aanwezig voor komische doeleinden, of als slechterik. Pas nu begin ik te beseffen hoezeer deze representatie mijn eigen overtuigingen heeft gekleurd, en mijn eigenwaarde heeft aangetast.Je krijgt impliciet de boodschap mee dat je als dik persoon niet blij kan zijn met je lichaam en dat je altijd moet streven naar dat magische, ideale gewicht volgens dat magische, ideale BMI-cijfer. En als je niet bezig bent met afvallen, als je durft om van je lichaam te houden zoals het is, dan promoot je ongezondheid. Dus niet alleen krijg je een haat voor je eigen lichaam aangeleerd, je krijgt er ook nog eens zelf de schuld van!Natuurlijk doet dat geen afbreuk aan het feit dat mensen soms door welke reden dan ook veel bijkomen en zich daarom niet goed voelen in hun lichaam, of dat sommige mensen wel degelijk moeten afvallen om niet in belangrijke gezondheidsproblemen te geraken. Ik weet dat houden van je lichaam geen medicijn kan vervangen, maar ik heb een hekel aan het idee dat het haten van je lichaam de oplossing moet zijn.Fysieke gezondheid is inderdaad belangrijk. Het staat samen in de lijst met veiligheid, mentale gezondheid, voldoening, intimiteit, etc. Maar waarom zijn we zo bereid om bij dikke mensen ons blind te staren op fysieke gezondheid en al de rest te negeren?Ik hoop dat ik ooit in mijn leven op een punt zal komen dat ik mijn eigen lichaam oprecht graag kan zien, maar zeker ben ik daar niet van. Ik heb mijn zelfbeeld en zelfappreciatie gebouwd rond andere aspecten, omdat ik van jongs af aan om me heen keek en dacht: ik zie er verkeerd uit. Als het niet mijn lichaam is dat waarde heeft, dan zal het mijn brein moeten worden.Maar wat ik vooral hoop is dat het voor de toekomstige generaties niet hetzelfde hoeft te zijn. Dat jezelf goed voelen in je lichaam als dikkere persoon niet gelijk staat aan moedig zijn in het beste geval, of ongezondheid promoten in het ergste. Ik hoop dat we als artsen ons eigen stigma rond lichaamsgewicht durven te adresseren, en dat we kunnen kijken naar patiënten als volledige personen, en niet als BMI-cijfer.