...

Zo was er artikel 43, § 6, tweede lid van de WUG. Daarin staat dat het medisch voorschrift voor kinesitherapie 'in elk geval het maximaal aantal behandelingsbeurten bij de kinesitherapeut' dient te vermelden. De bepaling is sinds 1 januari opgeheven en vervangen door artikel 28 van de Zorgkwaliteitswet. Dat regelt het zogenaamde verwijsvoorschrift en bepaalt de voorwaarden waaraan het moet voldoen. Een van de voorwaarden is dat het voorschrift wat betreft de therapeutische verstrekkingen - dus ook voor kinesitherapeutische - het maximaal aantal behandelingen 'kan' vermelden. Van een verplichting is dus niet langer sprake. Uit de parlementaire voorbereiding blijkt niet of de wetgever deze verplichting bewust heeft opgeheven. Nog belangrijker is de tweede wijziging. Artikel 43, § 6, derde lid van de WUG bepaalde dat een kinesitherapeut andere prestaties mocht verrichten dan wat de arts had voorgeschreven. En hij kon er ook voor opteren om niet alle voorgeschreven prestaties uit te voeren. Telkens had hij daarvoor wel de toestemming nodig van de voorschrijvende arts. Ook deze bepaling is opgeheven. Artikel 28, 6° van de Zorgkwaliteitswet bepaalt nu wel in algemene termen dat de beroepsbeoefenaar die een verwijsvoorschrift ontvangt daarvan kan afwijken. De afwijking moet 'binnen de perken van de hem door of krachtens de wet toegewezen bevoegdheden' blijven. Belangrijk is dat kinesitherapeuten zich niet op deze bepaling kunnen beroepen om af te wijken van het voorschrift. De Zorgkwaliteitswet wijzigde immers niets aan hun bevoegdheden. Als een kinesitherapeut afwijkt van het voorschrift van de voorschrijvende arts zou dat erop neerkomen dat hij zelfstandig een diagnose stelt of een behandeling opstart. En die bevoegdheid heeft hij momenteel niet. Bovendien kan de arts hem daartoe niet langer de toestemming verlenen. Ook het vierde lid van artikel 43, § 6 van de WUG werd opgeheven. Dat bepaalde dat op verzoek van de voorschrijvende arts de kinesitherapeut hem een verslag over de uitvoering van de behandelingen en de verkregen resultaten diende te bezorgen. Dat blijft wel. Artikel 28, 8° van de Zorgkwaliteitswet bevat een vergelijkbare bepaling.