...

De tijd dat de Belgische huisarts wereldkampioen was in het afleggen van huisbezoeken ligt al een behoorlijk aantal jaren achter ons. De meesten verkiezen nu de beslotenheid van het dokterskabinet. Voor consultaties is dat uiteraard ook het meest geschikt. Daarnaast is het zaak zo weinig mogelijk tijd te verliezen met verkeers- en parkeerproblemen. Artsen verplaatsen zich enkel nog als het echt nodig is, zo blijkt. Eén huisarts op tien gebruikt zijn wagen niet tijdens werkdagen, 11% legt maximaal tien kilometer af - bij artsen-specialisten is dat respectievelijk zelfs 21,5% en 10,2%. De cijfers komen uit de mobiliteitsenquête die Artsenkrant en het maandblad de Apotheker in oktober-november 2022 organiseerde. Daaraan namen een kleine duizend artsen en apothekers deel. Huisbezoeken zijn dus enkel een optie als het echt niet anders kan. En dan gebruikt een overweldigende meerderheid (86,8%) de wagen. Een derde (33,1%) ondervindt 'vaak' en 42,9% 'soms' parkeerproblemen. Daar staat tegenover dat bijna één op vijf (19%) helemaal geen verkeersproblemen heeft. En hoewel de auto nog steeds vervoermiddel nummer één is, wisselen huisartsen al eens af. Allicht als het mooi weer is, wordt het stalen ros (14%) of de e-bike (18,0%) bovengehaald. Maar zelfs met de fiets of de e-bike blijven artsen niet altijd gespaard van parkeerproblemen. Opmerkelijk is ook wel dat nogal wat artsen (16,9%) huisbezoeken te voet afleggen. Huisartsen en specialisten met patiënten in woonzorgcentra ondervinden, blijkens deze enquête, meer mobiliteitsproblemen. Meer dan de helft wordt er 'altijd' (15,6%) of 'soms' (37,5%) mee geconfronteerd. Een kleine helft van de dokters (46,1%) zegt slechts heel zelden of nooit mobiliteitsproblemen te ondervinden op de weg naar het woonzorgcentrum. Lees ook: Elektrificatie wagenpark volop aan de gang