...

Het BVR voert het decreet van 18 mei 2018 over het 'niet-dringend liggend ziekenvervoer' verder uit. Het BVR vult een eerder BVR van 8 februari dit jaar uit, dat over de uiterlijke kenmerken en de controle op deze diensten niet sluitende genoeg was.Het belang van de herkenbaarheid van deze wagen voor bijvoorbeeld politie moet niet onderschat worden. De Gemeenschappen en Gewesten maakten hier gezamenlijke afspraken over.Zowel de werking van de diensten als het in orde zijn van de wagens wordt gecontroleerd. De controle van de wagens kan steekproefgewijs maar ook systematisch verlopen.De Raad van State merkte op dat de controle niet echt sluitend is, dat een dienst voor niet-dringend, liggend ziekentransport toch kansen krijgen om met niet-conforme wagens te blijven rijden, en om aan niet alle vergunningsvoorwaarden te voldoen.De Vlaamse regering brengt daartegen in dat ze rekening houdt met de normale afschrijvingstermijnen voor wagens en kledij. Ze legt enige soepelheid aan de dag omdat deze diensten voor de hervorming geen subsidies ontvangen van de overheid.De Kamer Gezondheid van de Vlaamse Raad voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin reageert zeer tevreden op het Besluit, omdat een volgende stap wordt gezet naar de organisatie van een kwaliteitsvol niet-dringend ziekentransport. Het minder ruimte laten voor interpretatie maakt eerlijke concurrentie en een objectieve kostenberekening beter mogelijk, vindt de Kamer, voorgezeten door meester Tom Balthazar.Maar het werk is niet af, onderstreept de Vlaamse Raad WVG. De Vlaamse regering moet ook werk maken van het betaalbaar houden van dit niet-dringend liggend ziekentransport.Een goede organisatie van dit soort transport zal des te belangrijker worden met de uitbouw van de ziekenhuisnetwerken.