...

Een wisselmeerderheid zonder CD&V en CDH keurde woensdag verregaande aanpassingen aan de euthanasiewet goed. Het mag niet verbazen dat de media-aandacht zich vooral toespitste op de uitbreiding naar oordeelsbekwame minderjarigen. Minder aandacht was er in de algemene pers voor de doorverwijsplicht die ook op tafel lag maar uiteindelijk, in een chaotische zitting, niet gestemd werd. Het valt te verwachten dat dit volgende keer alsnog zal gebeuren. Dokters die zelf om levensbeschouwelijke of andere overtuigingen verkiezen geen euthanasie toe te passen, zouden dan verplicht worden om patiënten met een euthanasieverzoek door te verwijzen naar een andere arts. In zekere zin worden ze dan gedwongen om indirect mee te werken aan iets dat ze op morele, ethische of religieuze grond afkeuren. Artsen die gewetensbezwaren hebben tegen euthanasie, zouden zich er helemaal buiten moeten kunnen houden.Zo'n verwijsplicht zou nog maar eens suggereren dat er zoiets als een recht op euthanasie bestaat, terwijl daar helemaal geen sprake van is. Omgekeerd is er ook geen euthanasieplicht voor de arts: artikel 14 van de wet zegt duidelijk dat geen enkele arts gedwongen kan worden euthanasie toe te passen. Maar van zodra de euthanasiewet in 2002 van kracht werd, zijn patiënten het recht op euthanasie beginnen claimen. Het loutere bestaan van een wet wekt al de indruk dat er sprake is van een recht dat op een of andere manier afdwingbaar is. De verwijsplicht die vroeg of laat ook nog wel in de wet wordt ingeschreven, versterkt die indruk alleen maar.Een verwijsplicht voor artsen met gewetensbezwaren is allesbehalve een liberaal idee. Het is dan ook een paradox dat uitgerekend Open VLD hier de forcing wilde voeren.