...

Vorig jaar waren er in ons land 110 erkende wijkgezondheidscentra (WGC) die samen 73,3 miljoen euro kostten aan het Riziv. Dat is een forse stijging met 11,23% die schril afsteekt bij de achteruitgang van de reguliere huisartsgeneeskunde (zie AK 2171). VervijfvoudigingOp tien jaar tijd zijn de uitgaven voor medische huizen meer dan vervijfvoudigd: van 13,8 miljoen euro naar 73,3 miljoen euro, zo blijkt uit het gestandaardiseerd verslag 2010 van het Riziv. Artsen nemen zo'n 30,2 miljoen voor hun rekening, verpleegkundigen en kinesitherapeuten zijn goed voor respectievelijk 32,1 en 11 miljoen uitgaven. De groei die de medische huizen lieten optekenen, was het sterkst bij de verpleegkundigen (15,5%), gevolgd door de artsen (8,4%) en kinesisten (7,4%).Hoe het forfaitaire stelsel precies werkt, is bekend. Per ingeschreven patit ontvangen de wijkgezondheidscentra (WGC) een forfait. De manier waarop dat forfait becijferd wordt, is herhaaldelijk het voorwerp van discussie. Men vertrekt van de gemiddelde Rizivkost per patit voor eerstelijnsgeneeskunde en telt daar - gespreid over drie schijven - 31% bovenop. Het forfaitaire model slaat vooral in Brussel aan, maar heeft ook aanhangers in Luik, Henegouwen en Oost-Vlaanderen.Medische huizen hebben de wind in de zeilen. Wat opvalt, is dat het Riziv een verband ziet met de achteruitgang van de huisartsgeneeskunde per prestatie. In 2010 waren er namelijk 6,2% minder visites en 4% minder consultaties. "Deze terugval kan natuurlijk niet volledig worden toegeschreven aan het groeiend" succes van de medische huizen, maar een beperkt deel kan daar wel zijn oorsprong vinden", staat er in het auditverslag."In de hypothese dat ieder nieuwe ingeschrevene van een medisch huis een gemiddelde van vijf huisartscontacten heeft per jaar, heeft een toename van 20.000 nieuw ingeschrevenen een vermindering van om en bij de 100.000 huisartscontacten tot gevolg", lezen we. 2,2% ingeschrevenToch blijft de populatie van WGC-patiten al bij al nog verwaarloosbaar. In 2010 waren er afgerond 240.000 patiten ingeschreven bij een WGC, dat komt overeen met 2,2% van de Belgische bevolking. Het aantal artsen dat voor forfaitaire geneeskunde kiest, is wel flink toegenomen: van 289 in 2008 tot 367 in 2010.