...

In het hele land moet er een centraal oproepnummer komen voor medische hulp buiten de diensturen. Samen met een aantal andere beproefde maatregelen kan dat volgens het KCE de belasting door wachtdiensten verminderen. Andere suggesties zijn het inschakelen van triageverpleegkundigen en het invoeren van een telefonisch consult.Het KCE bestudeerde op vraag van de huisartsenkringen de problemen die in sommige gebieden rijzen met de wachtdiensten. Vooral in landelijke gebieden en in grensregio's zijn deze problemen reëel. Een aantal van de oplossingen die de kringen zelf hebben uitgetest, vinden zeker genade in de ogen van het Kenniscentrum: samenvoegen van wachtdienstgebieden voor de nachtdienst, afhandelen van nachtelijken oproepen door het ziekenhuis, het aantrekken van wachtdienstartsen en het organiseren van wachtposten.Centraal oproepnummer met triageHet KCE wilt echter vooral de experimenten met het centrale 1733-nummer uitbreiden tot het hele grondgebied. Het denkt daarbij veeleer in de richting van triage dan van loutere dispatching. Is het uitsturen van de MUG, het doorschakelen naar de wachtdienst of het doorverwijzen naar het normale spreekuur het beste? Het KCE oppert om, naar het voorbeeld van het Verenigd Koninkrijk en Nederland, triageverpleegkundigen in te schakelen. Bovendien zouden telefonische consulten mogelijk moeten worden.Dat alles vraagt een aanpassing van de wet, goede richtlijnen en protocols, en zeer goede afspraken. Het KCE wijst er bijvoorbeeld op dat verpleegkundigen volgens de wet geen diagnosen mogen stellen. Afhankelijk van de juiste uitwerking van het systeem is een aanpassing van de wet over de uitoefening van gezondheidszorgberoepen (KB nr. 78) nodig. En voor de honorering van een telefonisch consult heeft het KCE geen pasklare oplossing. Uniforme regeling voor wachtpostenMaar ook de oplossingen die door de huisartsenkringen zelf al werden uitgetest, vragen ook om aanpassingen. Het samenvoegen van wachtdienstregio's, bijvoorbeeld, is nu niet altijd wettelijk. De wet schrijft immers voor dat er een wachtdienst moet zijn voor 30.000 inwoners. Maar de ervaring leert dat er in de loop van de nacht maar één à twee oproepen binnenkomen per 100.000 inwoners. De wet aanpassen moet hier de ruimte bieden voor een meer realistische benadering.Ook voor wachtdienstartsen moet er een betere wettelijke regeling komen. Nu voldoen deze artsen vaak niet aan de wettelijke erkenningscriteria.Het ziekenhuis inschakelen voor het beantwoorden van oproepen gedurende nacht is, volgens het KCE wettelijk zeer goed mogelijk. Maar wel moeten goede afspraken de zorgcontinuïteit verzekeren. Een huisbezoek door de huisarts moet mogelijk blijven wanneer de patiënt zich zelf niet kan verplaatsen.Wachtposten hebben positieve gevolgen voor de huisartsen én de patiënten, stelt het KCE. Maar voor de overheid zijn de voordelen minder duidelijk. De concrete organisatie van de wachtposten en de financiering lopen sterk uiteen. De bijkomende kost voor een raadpleging in een wachtpost schommelt tussen 17 en 23 euro, en de kosten van de organisatie variëren van 0,15 eurocent per jaar en per inwoner tot 5,0 euro.De financiering moet uniformer geschieden. Wachtposten zijn voor het KCE vooral nodig in gebieden waar geen ziekenhuis aanwezig is. Het KCE verwijst ook naar het onderzoek dat het Riziv bestelde naar een optimale geografische spreiding.Evidence en informatieHet Kenniscentrum stelt voor om de effecten van de verschillende voorgestelde oplossing grondig in kaart te brengen voor de huisartsen, de patiënten en de overheid. Het formuleert daarnaast nog een rits van algemene aanbevelingen: het uitwerken van evidence-based richtlijnen en protocollen, het opleiden van het betrokken personeel - bijvoorbeeld in communicatieve vaardigheden -, elektronische platforms voor een goede beslissingsondersteuning en informatiedoorstroming, correcte informatie voor de patiënten over een efficiënt gebruik van de diensten en eventuele wachttijden, en het routinematig inzamelen van gestandaardiseerde gegevens om de efficiëntie en de kwaliteit te kunnen beoordelen.